Parlementaire vraag nr. 53 van de heer Franky Demon dd. 17.11.2014

Date :
17-11-2014
Language :
French Dutch
Size :
2 pages
Section :
Regulation
Type :
Parliamentary questions
Sub-domain :
Fiscal Discipline

Summary :

aanvullende gemeentebelasting op de PB - inkohiering

Original text :

Add the document to a folder () to start annotating it.

Contact | Disclaimer | FAQ
   
Quick search :
Fisconet plus Version 5.9.23
Service Public Federal
Finances
Home > Advanced search > Search results > Parlementaire vraag nr. 53 van de heer Franky Demon dd. 17.11.2014
Parlementaire vraag nr. 53 van de heer Franky Demon dd. 17.11.2014
Document
Content exists in : nl fr

Search in text:
Print    E-mail    Show properties

Properties

Document type : Parliamentary questions
Title : Parlementaire vraag nr. 53 van de heer Franky Demon dd. 17.11.2014
Document date : 17/11/2014
Keywords : aanvullende gemeentebelasting op de PB / inkohiering
Document language : NL
Name : Parlementaire vraag nr. 53 van de heer Franky Demon dd. 17.11.2014
Version : 1
Question asked by : Franky Demon

Parlementaire vraag nr. 53 van de heer Franky Demon dd. 17.11.2014

 

Kamer, Vragen en Antwoorden, 2014-2015, QRVA 54/005 dd. 22.12.2014, blz. 46

 

Uitbetaling van de gelden uit de personenbelasting

 

VRAAG (van de heer Demon)

Verschillende gemeenten meldden mij hun ongerustheid omtrent de tegenvallende financiën. Uit de eindafrekening van de aanvullende personenbelastingen blijkt immers dat ze véél minder ontvangen dan oorspronkelijk aangekondigd. Dit is voor vele een serieuze hap uit hun begroting. Zij denken eraan om nog meer te moeten besparen op de werkingskosten en op de personeelsuitgaven. Volgens de FOD Financiën hoeven de gemeentebesturen zich geen zorgen te maken: de rest van het bedrag zou later volgen. Er zou enkel meer tijd nodig zijn om alle gegevens te verwerken. Maar velen staan echter terecht sceptisch tegenover dit verhaal. Vanuit West-Vlaanderen dacht Oostkamp voor 2014 7,2 miljoen euro te krijgen dat blijkt nu 7 miljoen euro te zijn. In 2013 had ze al 700.000 euro te weinig ontvangen. Blankenberge ontvangt 3,85 miljoen euro in plaats van 4,08 miljoen euro. Torhout krijgt geen 5.959.000 euro, maar slechts 5.300.000 euro. Damme ziet de inkomsten uit de belasting dalen met 412.000 euro. De overheid belooft een voorschot te bezorgen zodat ze niet met liquiditeitsproblemen komen te zitten. Maar het is duidelijk dat dergelijke verliezen niet aangewezen zijn om de begrotingsbesprekingen voor 2015 aan te vatten. De uitbetaling van de gelden uit de personenbelasting is dringend nodig. De FOD Financiën liet reeds weten het verlies te compenseren door een voorschot op de raming van 2015 te zullen betalen.

1. Kunt u duidelijkheid hieromtrent verschaffen ?

2. Is het correct dat de FOD Financiën een verschot op de raming van 2015 zal betalen ?

3. Wanneer mogen de West-Vlaamse gemeentes dit voorschot verwachten ?

4. Hoeveel bedraagt de eindafrekening van de aanvullende personenbelasting voor West-Vlaanderen ?

5. Kunt u het verschil met 2013 hieromtrent meedelen ?

 

ANTWOORD (van de minister van Financiën)

1. De bijstelling van de ramingen inzake de aanvullende gemeentebelasting op de personenbelasting spruit voornamelijk voort uit schommelingen op vlak van het inkohieringsproces. De inkomensmix van de ingekohierde belastingplichtigen bepaalt finaal wat de omvang is van de afrekeningen zowel naar de federale overheid toe als naar de gemeenten toe. Vermits elk aanslagjaar over een tijdsspanne van twee kalenderjaren wordt ingekohierd, treden er verschuivingen op tussen de inkohieringen tot en met oktober van jaar X en het ingekohierd bedrag tot en met juni van het jaar X+1. De opdeling tussen de bovenvermelde tijdsspannes is cruciaal met betrekking tot de doorstorting van de aanvullende gemeentebelasting in jaar X of jaar X+1 gezien de effectieve betaling of teruggaaf die voortvloeit uit het aanslagbiljet van de belastingplichtigen hoofdzakelijk twee maand nadien concreet wordt uitgevoerd. Op dat moment verkrijgt immers elke gemeente de verschuldigde gemeentebelasting. Dat is uiteraard ook zo voor de West-Vlaamse gemeenten. Er dient dus duidelijk aangestipt dat elke gemeente finaal verkrijgt wat haar toekomt, en dit om voor de hand liggende redenen. De bovenvermelde aanpassing van de ramingen heeft dus enkel te maken met een verschuiving van de toegewezen middelen in de tijd. In dat verband is het van belang te weten dat mijn administratie momenteel werkt aan "structurele" oplossingen om de gemeenten een meer stabiele inkomstenstroom aan ontvangsten te verzekeren. Voor meer details verwijs ik u naar mijn antwoord op de mondelinge vraag nr. 65 gesteld door de heer Peter Van Velthoven betreffende de invoering van een structureel voorschottensysteem bij de verwerking van de personenbelasting. (Integraal Verslag, Kamer, 2014/2015, commissie voor de Financiën en de Begroting, 19 november 2014, CRIV 54 COM 21, p. 13)

2 en 3. Het is inderdaad correct dat, om aan de financiële problemen van de gemeenten in kwestie tegemoet te komen, ik beslist heb om voorschotten toe te kennen aan deze gemeenten. Het globaal voorschot voor alle betrokken gemeenten in België bedraagt 231.391.434,58 euro. Voor alle West-Vlaamse gemeenten samen beloopt het voorschot 24.021.505,24 euro. Wat het tijdstip van de uitbetaling van het voorschot betreft, kan ik u meedelen dat de bedragen op 18 december 2014 op rekening worden gestort van de onderscheiden gemeenten.

4 en 5. Wat de eindafrekening voor de begrotingsjaren 2013 en 2014 aangaat, is het zo dat vorig jaar aan de West-Vlaamse gemeenten 252.760.420,62 euro aan ontvangsten is geaffecteerd. Voor het jaar 2014 is een bedrag voorzien van 262.854.134,37 euro.