Commentaar van art. 145^28, WIB 92

Date :
05-02-2018
Langue :
Français Néerlandais
Taille :
14 pages
Section :
Régulation
Type :
Comments
Sous-domaine :
Fiscal Discipline

Résumé :

Commentaar van art. 145^28, WIB 92. Commentaar van art. 145^28, WIB 92. Bijwerking Com.IB 92 d.d. 02.01.2018 TITEL II: PERSONENBELASTING HOOFDSTUK III: BEREKENING VAN DE BELASTING Afdeling I: Gewoon stelsel

Texte original :

Ajoutez le document à un dossier () pour commencer à l'annoter.

Contact | Disclaimer | FAQ
   
Quick search :
Fisconet plus Version 5.9.23
Service Public Federal
Finances
Home > Advanced search > Search results > Commentaar van art. 145^28, WIB 92
Commentaar van art. 145^28, WIB 92
Document
Content exists in : nl fr

Search in text:
Print    E-mail    Show properties

Properties

Document type : Comments
Title : Commentaar van art. 145^28, WIB 92
Document date : 05/02/2018
Document language : NL
Name : Commentaar van art. 145^28, WIB 92
Version : 1

Bijwerking Com.IB 92 d.d. 02.01.2018

TITEL II: PERSONENBELASTING

HOOFDSTUK III: BEREKENING VAN DE BELASTING

Afdeling I: Gewoon stelsel van aanslag

Onderafdeling IInonies: Vermindering voor de uitgaven met het oog op de verwerving van een elektrisch voertuig of met het oog op de installatie van een oplaadpunt voor elektrische voertuigen

Art. 14528, WIB 92

INHOUDSOPGAVE

I. WETTEKST

14528/0

II. KB/WIB 92

14528/1

III. ALGEMEEN

14528/2

IV. BELASTINGVERMINDERING VOOR VERWERVING VAN NIEUWE ELEKTRISCHE VOERTUIGEN

14528/3-22

A. Bedoelde belastingplichtige

14528/4-5

B. In aanmerking genomen uitgaven

14528/6

C. Soort voertuig

14528/7-13

D. Formaliteiten

14528/14

E. Berekening van de vermindering

14528/15-22

V. BELASTINGVERMINDERING VOOR DE INSTALLATIE VAN EEN ELEKTRISCH

OPLAADPUNT

14528/23-29

A. Bedoelde belastingplichtige

14528/24

B. Bedoelde woning

14528/25

C. In aanmerking genomen uitgaven

14528/26

D. Uitgesloten uitgaven

14528/27

E. Formaliteiten

14528/28

F. Berekening van de vermindering

14528/29

VI. VOORBEELDEN

14528/30-32

 

Art. 14528, WIB 92

Deze bijwerking heeft betrekking op art. 14528, WIB 92, zoals het van toepassing is voor het aj. 2017. Het is van toepassing in de huidige versie sinds het aj. 2015 (art. 34 en 72, 1ste lid, W 08.05.2014, BS 28.05.2014, Ed.2).

Voor deze belastingvermindering blijft de federale overheid bevoegd, maar niet exclusief. De gewesten kunnen ter zake ook eigen fiscale initiatieven nemen.

I. WETTEKST

14528/0

Art. 14528, WIB 92

Art. 14528- § 1. Er wordt een belastingvermindering verleend voor de uitgaven die werkelijk zijn betaald gedurende het belastbaar tijdperk met het oog op de verwerving in nieuwe staat van een personenauto, een auto voor dubbel gebruik of een minibus of een motorfiets, driewieler of vierwieler zoals omschreven in de reglementering inzake inschrijving van motorvoertuigen op voorwaarde dat:

a)  ze uitsluitend worden aangedreven door een elektrische motor;

b)  ze geschikt zijn voor het vervoer van tenminste twee personen;

c)   voor de besturing ervan het bezit van een Belgisch rijbewijs geldig voor voertuigen van categorie A of B of een gelijkwaardig Europees of buitenlands rijbewijs vereist is.

De belastingvermindering is niet van toepassing op de uitgaven die in aanmerking komen voor de toepassing van de korting op factuur bedoeld in artikel 147 van de programmawet van 27 april 2007 zoals het bestond voor het is opgeheven door artikel 70 van de wet van 28 december 2011.

De belastingvermindering is gelijk aan 15 pct. van de aanschaffingswaarde bij de aankoop van een motorfiets, een driewieler of een vierwieler met een maximum van :

-     3.280 euro in geval van aanschaffing van een vierwieler;

-     2.000 euro in geval van aanschaffing van een motorfiets of een driewieler.

Voor de uitgaven betaald in de jaren 2010 tot 2012, is de belastingvermindering gelijk aan 30 pct. van de aanschaffingswaarde met een maximum van 6.500 euro bij de aankoop van een uitsluitend door een elektrische motor aangedreven personenwagen, wagen dubbel gebruik of minibus.

In geval van gemeenschappelijke aanslag wordt de belastingvermindering evenredig omgedeeld in functie van het overeenkomstig artikel 130 belaste inkomen van elk der echtgenoten ten opzichte van de som van de overeenkomstig artikel 130 belaste inkomens van de beide echtgenoten.

§ 2. De Koning bepaalt de toepassingsmodaliteiten van de belastingvermindering, evenals de wijze waarop het bewijs wordt geleverd dat het voertuig voldoet aan de hiervoor vermelde voorwaarden.

§ 3. Er wordt een belastingvermindering verleend voor de uitgaven die werkelijk zijn betaald gedurende de belastbare tijdperken 2010 tot 2012 met het oog op de installatie van een aan de buitenkant van een woning geplaatst oplaadpunt voor elektrische voertuigen.

De belastingvermindering is gelijk aan 40 pct. van de werkelijk gedane uitgaven bedoeld in het eerste lid met een maximum van 180 euro.

De belastingvermindering is niet van toepassing op uitgaven die:

a)  in aanmerking genomen zijn als werkelijke beroepskosten;

b)  recht geven op de in artikel 69 vermelde investeringsaftrek;

c)   in aanmerking komen voor de toepassing van de artikelen 14524, 14525, 14530 en 14531.

Wanneer een gemeenschappelijke aanslag wordt gevestigd, wordt de belastingvermindering voor de in het eerste lid bedoelde uitgaven evenredig omgedeeld in functie van belastbaar inkomen van elk der echtgenoten ten opzichte van de som van de belastbare inkomsten van de beide echtgenoten.

II. KB/WIB 92

14528/1

Art. 6313, KB/WIB 92

Art.6313- § 1. Onder een in nieuwe staat verworven elektrisch voertuig als bedoeld in artikel 14528, § 1, van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992, moet worden verstaan, het voertuig dat nog niet het voorwerp heeft uitgemaakt van een inschrijving in België of in het buitenland op de datum die is vermeld op de aankoopfactuur van het voertuig.

§ 2. De uitgaven beoogd in artikel 14528 van hetzelfde Wetboek worden slechts in aanmerking genomen voor de in dat artikel bedoelde belastingvermindering wanneer de factuur afgeleverd door de verkoper de volgende formule bevat:

ꞌVerklaring in toepassing van artikel 6313 van het KB/WIB 92 betreffende een elektrisch voertuig beoogd in artikel 14528 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992.

Ik ondergetekende … bevestig dat het voertuig beschreven in deze factuur nog niet het voorwerp heeft uitgemaakt van een inschrijving in België of in het buitenland, en dat het beantwoordt aan de voorwaarden als bedoeld in artikel 14528 van het genoemde Wetboek.ꞌ

§ 3. De belastingplichtige die de in artikel 14528 van hetzelfde Wetboek beoogde belastingvermindering vraagt, moet de volgende documenten ter beschikking van de Federale Overheidsdienst Financiën houden:

- de aankoopfactuur van het voertuig waarvoor de belastingvermindering wordt gevraagd;

- het bewijs van betaling van het bedrag voorkomend op die factuur.

III. ALGEMEEN

14528/2

Deze belastingvermindering werd in 2004 ingevoerd om de aanschaf en het gebruik van elektrisch aangedreven voertuigen te stimuleren om zo een milieuvriendelijker Belgisch wagenpark te verkrijgen.

Deze wagens zijn veel duurder in aankoop in vergelijking met conventionele voertuigen en zijn uitgerust met een technologie die zich nog niet bewezen heeft. Daarom is er in België ondersteuning nodig voor de aankoop van deze voertuigen. Daarnaast moet er ook gezorgd worden voor de nodige infrastructuur, zodat deze wagens optimaal gebruikt kunnen worden.

Daarom voorziet het art. 14528, WIB 92 in:

-     een belastingvermindering voor uitgaven met het oog op de verwerving in nieuwe staat van een personenauto, een auto voor dubbel gebruik of een minibus of een motorfiets, driewieler of vierwieler die uitsluitend worden aangedreven door een elektrische motor (art. 14528, § 1, WIB 92);

-     een belastingvermindering voor uitgaven met het oog op de installatie van een oplaadpunt voor elektrische voertuigen (art. 14528, § 2, WIB 92).

IV. BELASTINGVERMINDERING VOOR VERWERVING VAN NIEUWE ELEKTRISCHE VOERTUIGEN

14528/3

De belastingvermindering voor uitgaven gedaan met het oog op de verwerving van een elektrische motorfiets, driewieler of vierwieler, bedoeld in art. 14528, § 1, WIB 92, is van toepassing op de uitgaven gedaan vanaf 01.01.2010 en is niet begrensd in de tijd.

De belastingvermindering voor uitgaven met het oog op de verwerving van een elektrische personenauto, auto voor dubbel gebruik of minibus, bedoeld in art. 14528, § 1, WIB 92, is enkel van toepassing voor de uitgaven betaald in 2010 tot 2012. Sinds aj. 2014 is er voor deze elektrische voertuigen geen belastingvermindering meer.

A. Bedoelde belastingplichtige

14528/4

De belastingvermindering wordt enkel toegekend aan natuurlijke personen: zowel rijksinwoners (onderworpen aan de personenbelasting –hierna: PB) als niet-inwoners (onderworpen aan en geregulariseerd in de belasting van niet-inwoners/natuurlijke personen – hierna BNI/Nat. Pers.) die een elektrisch voertuig in nieuwe staat verwerven.

Rechtspersonen komen hiervoor niet in aanmerking. Voor hen bestaan andere specifieke maatregelen (zie circ. nr. AAFisc 15/2011, Ci.RH.243/603.387, d.d. 21.03.2011).

De belastingvermindering wordt verleend aan de belastingplichtige voor zover hij geheel of gedeeltelijk eigenaar is van het voertuig. De eigendom wordt vastgesteld overeenkomstig de regels van het gemeen recht.

In principe wordt diegene van wie de naam op de factuur staat, als (mede)eigenaar beschouwd, behoudens tegenbewijs.

Gehuwden die samen een voertuig verwerven dat deel uitmaakt van het gemeenschappelijk vermogen worden elk voor de helft als eigenaar beschouwd.

Het feit dat het voertuig niet is ingeschreven op naam van zijn eigenaar of dat het gebruikt wordt door andere personen dan de eigenaar, heeft geen invloed op de toekenning van de belastingvermindering.

Derde

14528/5

Het is niet vereist dat de belastingplichtige die de belastingvermindering vraagt, de uitgave zelf heeft gedragen.

De wettelijke en reglementaire bepalingen vereisen immers niet dat de uitgaven die recht geven op de belastingvermindering persoonlijk door de schuldenaar worden betaald: er is geen verplichting opgelegd over de persoon die de betaling werkelijk moet verrichten.

Als de uitgaven werden betaald door een derde die (overeenkomstig art. 1236 van het Burgerlijk Wetboek) handelt in naam en tot kwijting van de belastingplichtige, kan deze laatste toch aanspraak maken op de belastingvermindering.

De betaling van de uitgave kan dus ook gebeuren door een derde (bv. partner of familielid) in het voordeel van de belastingplichtige.

Het spreekt voor zich dat de derde die de uitgave in naam en tot kwijting van de belastingplichtige heeft betaald, de belastingvermindering dan niet zelf kan krijgen (Circ. AAFisc 4/2016, nr. Ci.RH.331/635.466 d.d. 29.01.2016).

B. In aanmerking genomen uitgaven

14528/6

De belastingvermindering wordt verleend voor de uitgaven (gefactureerd bedrag, btw inbegrepen) die door of in het voordeel van de belastingplichtige tijdens het belastbare tijdperk werkelijk zijn betaald voor het verwerven van het voertuig, waarvan hij geheel of gedeeltelijk eigenaar is, en dit onafhankelijk van het tijdstip van de bestelling of van de levering van het voertuig. De datum van effectieve betaling is bepalend.

Om praktische redenen en redenen van vereenvoudiging mag de datum van de aankoopfactuur als datum van betaling worden aangenomen, voor zover de factuur volledig werd betaald.

De voertuigen gefinancierd met een lening komen ook in aanmerking voor de vermindering. Zij zijn ook betaald, zij het met vreemd vermogen.

Het feit dat de uitgaven aanleiding hebben gegeven tot een financiële tussenkomst (premie, subsidie, terugbetaling,…) door andere publieke overheden, heeft geen invloed op de belastingvermindering.

Vermits de belastingvermindering per voertuig wordt berekend, kan een belastingplichtige die tijdens eenzelfde belastbaar tijdperk, meerdere elektrische voertuigen verwerft, de vermindering voor elk voertuig krijgen.

De huur van de batterij van een elektrisch voertuig kan niet als de aankoop van een elektrisch voertuig worden beschouwd en komt dus niet in aanmerking voor de belastingvermindering.

C. Soort voertuig

14528/7

Om in aanmerking te komen voor de belastingvermindering bedoeld in art. 14528, § 1 en § 2, WIB 92, moet het gaan om:

-     een personenauto, een auto voor dubbel gebruik of een minibus of een motorfiets, een driewieler of een vierwieler zoals omschreven in de reglementering inzake inschrijving van motorvoertuigen en waarvoor een verplichting tot inschrijving geldt;

-     die uitsluitend wordt aangedreven door een elektrische motor;

-     die aangekocht is in nieuwe staat;

-     die geschikt is voor het vervoer van ten minste twee personen;

-     waarvan de besturing het bezit van een Belgisch (of gelijkwaardig buitenlands) rijbewijs voor voertuigen van categorie A of B vereist.

Personenauto, auto voor dubbel gebruik of minibus (beperkt tot uitgaven gedaan in 2010 tot 2012)

14528/8

De desbetreffende personenauto’s, auto’s voor dubbel gebruik en de minibussen worden gedefinieerd in art. 1, § 2, KB 15.03.1968 houdende algemeen reglement op de technische eisen waaraan de auto’s, hun aanhangwagen, hun onderdelen en hun veiligheidstoebehoren moeten voldoen (BS 28.03.1968).

Een personenwagen is elk voertuig van de categorie M1 waarvan de passagiersruimte uitsluitend is ontworpen en gebouwd voor het vervoer van personen en dat, bij gebruik voor het bezoldigde vervoer van personen, ten hoogste acht plaatsen mag bevatten, die van de bestuurder niet meegerekend.

Een wagen voor dubbel gebruik is elk voertuig van de categorie M1 ontworpen en gebouwd voor het vervoer van personen en zaken dat, bij het gebruik voor het bezoldigde vervoer van personen, ten hoogste acht plaatsen mag bevatten, die van de bestuurder niet meegerekend.

Een minibus is elk voertuig van de categorie M1 ontworpen en gebouwd voor het vervoer van personen, dat bij gebruik voor het bezoldigde vervoer van personen, ten hoogste acht plaatsen mag bevatten, die van de bestuurder niet meegerekend, en dat is voorzien van een koetswerk van hetzelfde type als dat van bestelwagens of autobussen.

Motorfiets, driewieler en vierwieler

14528/9

De desbetreffende motorfietsen, driewielers en vierwielers worden gedefinieerd in art. 1, 6°, b) van het KB van 20.07.2001 betreffende de inschrijving van voertuigen (BS 08.08.2001).

Onder ꞌvoertuigꞌ verstaat men elk voertuig dat beantwoordt aan de begripsomschrijvingen vermeld in art. 2 van de Verordening Nr. 168/2013 van het Europees Parlement en de raad van 15.01.2013 betreffende de goedkeuring van en het markttoezicht op twee- of driewielige voertuigen en vierwielers.

Een gemotoriseerde tweewieler of ꞌPTWꞌ is een gemotoriseerd voertuig op twee wielen, met inbegrip van gemotoriseerde rijwielen op twee wielen, bromfietsen op twee wielen en motorfietsen op twee wielen.

Een gemotoriseerde driewieler is een gemotoriseerd voertuig op drie wielen dat voldoet aan de indelingscriteria voor voertuigen van categorie L5e.

Een vierwieler is een voertuig op vier wielen dat voldoet aan de indelingscriteria voor voertuigen van categorie L6e of L7e.

Het feit dat een motorfiets al dan niet beschikt over een zijspanwagen, heeft geen invloed op de toekenning van de belastingvermindering.

De vierwielers die worden beoogd door de belastingvermindering zijn stadswagentjes met een niet afneembare afgesloten cabine, geschikt voor het vervoer van ten minste twee personen, de bestuurder inbegrepen, die bij de Directie voor de Inschrijving van de Voertuigen (DIV) worden ingeschreven als vierwielige motorfietsen (Parl. St., Kamer, zitting 2008-2009, DOC 52-2170/001, blz. 105).

De vierwielige motorfietsen van het type ꞌBuggyꞌ die niet aan deze omschrijving voldoen en bijgevolg niet het uitzicht hebben van een personenauto worden uitgesloten.

Voertuigen zoals elektrische fietsen vallen buiten het toepassingsgebied van de belastingvermindering (PV nr. 1099, 04.07.2016, Mathot, Vr. en Antw., Kamer 2015-2016, 54, nr.084, blz. 251-252 en MPV nr. 14106 en 14107, 09.11.2016, Van den Bergh, Beknopt Verslag, 2015-2016, Com 527, blz. 25-26).

14528/10

Indien er twijfel bestaat over de aard van het voertuig, kunnen de technische kenmerken op verschillende manieren worden geverifieerd. Zie daarvoor de art. 44-50, Circ. AAFisc 1/2014, Ci.RH.331/608.880 d.d. 07.01.2014.

Nieuwe staat

14528/11

In ꞌnieuwe staat aangekochtꞌ voertuig betekent dat het voertuig nog niet het voorwerp heeft uitgemaakt van een inschrijving in België of in het buitenland op de datum die is vermeld op de aankoopfactuur van het voertuig (art. 6313, § 1, KB/WIB 92).

De voertuigen verworven in het kader van een leasing komen niet in aanmerking voor de vermindering.

De belastingvermindering geldt alleen voor voertuigen die moeten worden ingeschreven. Indien voor bepaalde voertuigen geen verplichting tot inschrijving geldt, vallen deze buiten het toepassingsgebied van de belastingvermindering.

Soort rijbewijs

14528/12

Voor de besturing van de bedoelde voertuigen is het bezit van een Belgisch rijbewijs geldig voor voertuigen van categorie A of B of een gelijkwaardig Europees of buitenlands rijbewijs vereist.

De voertuigen van de categorie A of B worden gedefinieerd onder art. 2 van het KB 23.03.1998 betreffende het rijbewijs (BS 30.04.1998).

Onverenigbaarheid met de korting op factuur

14528/13

De huidige belastingvermindering is onverenigbaar met de korting op factuur, zoals bedoeld in art. 147 van de Programmawet van 27.04.2007 (BS 08.05.2007, Ed.3) die werd verleend voor alle uitgaven die werkelijk zijn betaald om een personenauto, een auto voor dubbel gebruik of een minibus in nieuwe staat te verwerven met een maximale uitstoot van 115 gram CO² per km.

Hybride voertuigen of voertuigen met dieselmotor konden recht geven op de voormelde korting op factuur, maar niet op de hier besproken belastingvermindering die enkel voertuigen betreft die uitsluitend worden aangedreven door een elektrische motor.

De korting op factuur werd beëindigd op 01.01.2012.

D. Formaliteiten

14528/14

De belastingplichtige die de belastingvermindering voor de verwerving van een elektrisch voertuig (art. 14528, § 1, WIB 92) vraagt, moet de volgende documenten ter beschikking van de Federale Overheidsdienst Financiën houden:

-     de aankoopfactuur van het voertuig waarvoor de belastingvermindering wordt gevraagd;

-     het bewijs van betaling van het bedrag voorkomend op die factuur.

Deze documenten moeten dus niet meegestuurd worden met de aangifte in de personenbelasting. Ze moeten enkel op vraag van het bevoegde taxatiekantoor kunnen worden voorgelegd.

De uitgaven worden slechts in aanmerking genomen voor de belastingvermindering wanneer de factuur, afgeleverd door de verkoper, de volgende formule bevat:

ꞌVerklaring in toepassing van artikel 6313 van het KB/WIB 92 betreffende een elektrisch voertuig beoogd in art. 14528, § 1, van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992.

Ik ondergetekende …… bevestig dat het voertuig beschreven in deze factuur nog niet het voorwerp heeft uitgemaakt van een inschrijving in België of in het buitenland, en dat het beantwoordt aan de voorwaarden als bedoeld in art. 14528 van het genoemde Wetboek.ꞌ

Voor de uitgaven gedaan sinds 01.01.2010 en tot de bekendmaking van het KB van 08.03.2010 (BS 12.03.2010) mocht deze formule worden opgenomen in een door de verkoper ondertekend afzonderlijk attest.

In geval van aankoop via financiering, kan het betalingsbewijs van de factuur worden geleverd door middel van een afschrift van het financieringscontract.

Alleen schriftelijke bewijzen worden als bewijs van betaling aanvaard.

De handtekening die voorkomt op de factuur of de bijlage, mag gedrukt zijn. Als een bijlage wordt gebruikt, moeten al de vermeldingen m.b.t. de identificatie van de factuur (factuurnr., btw-nr., datum) worden overgenomen.

E. Berekening van de vermindering

14528/15

De belastingvermindering is gelijk aan 30 % van de aanschaffingswaarde bij de aankoop van een elektrische personenauto, auto voor dubbel gebruik of minibus (hierna: elektrische personenwagens), met een maximum van 6.500 euro (te indexeren – zie tabel).

Deze belastingvermindering is enkel van toepassing op de uitgaven betaald tijdens de jaren 2010 tot 2012.

Basisbedrag

in euro

Aj. 2011

Aj. 2012

Aj. 2013

6.500

9.000

9.190

9.510

14528/16

De belastingvermindering is gelijk aan 15 % van de aanschaffingswaarde bij de aankoop van een elektrische motorfiets, driewieler of een vierwieler met een maximum van:

-     3.280 euro (4.940 geïndexeerd voor aj. 2017) in geval van aanschaffing van een elektrische vierwieler;

-     2.000 euro (3.010 geïndexeerd voor aj. 2017) in geval van aanschaffing van een elektrische motorfiets of een driewieler.

De indexatie wordt gedurende vier jaar, van aj. 2015 tot 2018, opgeschort.

Type voertuig

Percentage vermindering

Basisbedrag

in euro

Geïndexeerde bedragen

in euro

Motorfiets of driewieler

15 %

2.000

3.010 (aj. 2015 – aj. 2018)

Vierwieler

15 %

3.280

4.940 (aj. 2015 – aj. 2018)

Personenwagens

30 %

6.500

9.510 (aj. 2013)

Onder aanschaffingswaarde verstaat men de door de verkoper gefactureerde prijs (inclusief btw) van het voertuig, opties en accessoires inbegrepen (na aftrek van een eventuele korting).

Alleen die opties en accessoires die door de constructeur voor het model van het voertuig zijn voorzien en voor zover het voertuig er op het ogenblik van de levering mee uitgerust is, komen in aanmerking.

Aanverwante diensten, zoals een onderhoudscontract, een bijstandscontract, een uitbreiding van de garantie, waarvan de prijs wordt gefactureerd, zijn niet in de aanschaffingswaarde begrepen. Dit is evenmin het geval voor de financieringskosten.

Deze belastingvermindering is niet beperkt in de tijd (PV nr. 267, 07.03.2013, Wouters, Vr. en Antw., Kamer, 2012-13, nr. 106, blz. 236).

Meerdere eigenaars die afzonderlijk worden belast

14528/17

Indien een voertuig is verworven door meerdere belastingplichtigen die afzonderlijk worden belast, heeft elke belastingplichtige recht op de belastingvermindering ten belope van de uitgave die werkelijk voor de verwerving van het voertuig werd gedragen, door hemzelf of door een derde, en is die belastingvermindering onderworpen aan een grens in verhouding tot het eigendomsaandeel in het voertuig.

De belastingvermindering is gelijk aan

werkelijk bedrag betaald door of voor belastingplichtige

x met 15 % (of 30 % voor aj. 2011-2013 voor elektrische personenwagens)

Het aldus bekomen resultaat moet, naargelang het type voertuig, worden begrensd tot

-     2.000 euro (3.010 voor aj. 2017) voor een motorfiets of driewieler;

-     3.280 euro (4.940 voor aj. 2017) voor een vierwieler;

-     6.500 euro (9.510 voor aj. 2013), voor een personenauto, auto voor dubbel gebruik of minibus.

Met dien verstande dat het in de vorige stap begrensde bedrag beperkt moet worden tot het eigendomsaandeel van de alleenstaande belastingplichtige in het voertuig.

Als er geen bewijskrachtige elementen zijn om te bepalen in welke mate elke mede-eigenaar zelf of een derde voor zijn rekening, de betalingen werkelijk hebben gedragen, wordt de aanschaffingswaarde van het voertuig tussen de belastingplichtigen verdeeld in functie van hun aandeel in de eigendom van het voertuig.

Concreet wordt de belastingvermindering van elke eigenaar berekend op de volgende wijze

De belastingvermindering=

Aanschaffingswaarde van het voertuig

x met eigendomsaandeel van de alleenstaande belastingplichtige in het voertuig

Beperkt tot 15 % (of 30 % voor aj. 2011-2013 elektrische personenwagens)

Het aldus bekomen resultaat moet, naargelang het type voertuig, worden begrensd tot

-     2.000 euro (3.010 voor aj. 2017) voor een motorfiets of driewieler;

-     3.280 euro (4.940 voor aj. 2017) voor een vierwieler;

-     6.500 euro (9.510 voor aj. 2013) voor een personenauto, auto voor dubbel gebruik of minibus,

x met het eigendomsaandeel van de alleenstaande belastingplichtige in het voertuig.

Als het bekomen resultaat lager is dan het grensbedrag, moet dat resultaat worden beperkt in functie van het eigendomsaandeel van de alleenstaande belastingplichtige in het voertuig.

In geval van verwerving van een voertuig door middel van een financiering, wordt de uitgave geacht te zijn gedragen door de titularis van het leningscontract.

De eigendom moet worden vastgesteld volgens de regels van het gemeen recht. De eigenaar van een voertuig is in principe en bij ontstentenis van enig ander bewijs diegene op wiens naam de factuur is opgesteld.

Als de factuur op naam van meerdere belastingplichtigen is opgesteld, worden zij, bij gebrek aan andere elementen, elk geacht mede-eigenaar te zijn ten belope van hun hoofdelijk aandeel in de eigendom van het voertuig.

Echtgenoten die gezamenlijk worden belast

Vóór aj. 2013

14528/18

T.e.m. aj. 2012 was de omdeling van de belastingvermindering bij een gemeenschappelijke aanslag van echtgenoten of wettelijke samenwonenden niet bepaald.

In geval van gemeenschappelijke aanslag speelt het geen rol welke belastingplichtige de betaling heeft verricht. De betaling wordt altijd over hen omgedeeld in functie van hun aandeel in de eigendom, ongeacht het huwelijksvermogensstelsel.

Als echtgenoten onder het wettelijk huwelijksstelsel een voertuig verwerven, maakt dit deel uit van hun gemeenschappelijk vermogen. Zij worden elk voor de helft als eigenaar van het voertuig aangemerkt en ze worden geacht de uitgave ieder voor de helft te hebben betaald, ofwel zelf, ofwel een derde in hun naam en voor hun rekening.

Als het voertuig uitsluitend eigendom is van gehuwden, die gehuwd zijn onder het wettelijk stelsel, kan de belastingvermindering globaal worden berekend voor het voertuig. Dat resultaat wordt dan begrensd tot het toepasselijke maximumbedrag overeenstemmend met het type voertuig en vervolgens wordt de belastingvermindering in gelijke delen omgedeeld onder de echtgenoten.

De belastingvermindering =

aanschaffingswaarde

vermenigvuldigd met 15 % (of 30 % voor aj. 2011-2013 voor elektrische personenwagens),

resultaat te beperken tot:

-     2.000 euro (3.010 voor aj. 2017) voor een motorfiets of driewieler;

-     3.280 euro (4.940 voor aj. 2017) voor een vierwieler;

-     6.500 euro (9.510 voor aj. 2013), voor een personenauto, auto voor dubbel gebruik of minibus;

en vervolgens wordt de helft ervan toegewezen aan elke echtgenoot.

14528/19

Als de echtgenoten gehuwd zijn onder het stelsel van scheiding van goederen (of voor wettelijk samenwonenden), gebeurt de omdeling van de aanschaffingswaarde van het voertuig in functie van hun aandeel in de eigendom van het voertuig.

De belastingvermindering =

aanschaffingswaarde van het voertuig x eigendomsaandeel van de echtgenoot (of wettelijk samenwonende partner) in het voertuig

vermenigvuldigd met 15 % (of 30 % voor aj. 2011-2013 voor elektrische personenwagens),

resultaat te beperken tot het maximumbedrag van de belastingvermindering:

-     2.000 (3.010 voor aj. 2017) euro voor een motorfiets of driewieler;

-     3.280 (4.940 voor aj. 2017) euro voor een vierwieler;

-     6.500 (9.510 voor aj. 2013), voor een personenauto, auto voor dubbel gebruik of minibus,

x eigendomsaandeel van de echtgenoot in het voertuig.

De belastingplichtigen moeten het totale bedrag van de belastingvermindering volgens voormelde principes te berekenen en het resultaat van de omdeling in de betreffende codes van de aangifte in de PB (of BNI/nat.pers.) vermelden.

Voor voorbeelden wordt verwezen naar de art. 88 tot 90 van de circulaire AAFisc nr. 1/2014, Ci.RH.331/604.880 d.d. 07.01.2014.

Vanaf aj. 2013

14528/20

Vanaf aj. 2013 wordt de belastingvermindering in geval van gemeenschappelijke aanslag evenredig omgedeeld in functie van het belastbaar inkomen van elk der echtgenoten ten opzichte van de som van de belastbare inkomsten van de beide echtgenoten en dit ongeacht het huwelijksvermogensstelsel.

De belastingvermindering zal dus worden omgedeeld tussen de twee echtgenoten, zelfs indien enkel één van de echtgenoten eigenaar is van het voertuig. Het volstaat dus dat één van beide gezamenlijk belastbare echtgenoten eigenaar is van het elektrisch voertuig opdat de belastingvermindering onder hen wordt omgedeeld in functie van het belastbaar inkomen van elk der echtgenoten ten opzichte van de som van de belastbare inkomsten van de beide echtgenoten.

Het feit dat de factuur werd opgesteld op naam van één van beide echtgenoten (of van beide), of dat de betaling werd gedaan door of voor rekening van één van beide echtgenoten, is zonder belang.

14528/21

Sinds aj. 2015 wordt de omdeling van de belastingvermindering over echtgenoten gedaan in functie van het overeenkomstig art. 130, WIB 92, gezamenlijk belaste inkomen van elk van de echtgenoten ten opzichte van de som van de overeenkomstig art. 130, WIB 92, belaste inkomens van de beide echtgenoten. Hierbij wordt rekening gehouden met de afzonderlijk belastbare inkomsten, die omwille van de voordeligheid van het tarief, gezamenlijk belast worden.

Bij het invullen van de aangifte in de PB moeten de belastingplichtigen het totaal bedrag van de belastingvermindering berekenen, zonder het resultaat om te delen tussen de echtgenoten. De omdeling gebeurt automatisch bij de berekening van de belasting.

Belastingvermindering

14528/22

Een belastingplichtige die, gezien zijn persoonlijke of familiale situatie of gezien zijn beperkte belastbare inkomsten, niet effectief aan de belasting is onderworpen, kan het fiscaal voordeel niet krijgen. Deze maatregel heeft als doel een belastingvermindering toe te kennen. De belastingvermindering is immers beperkt tot de verschuldigde belasting.

De belastingplichtige die onderworpen is aan de belasting en een teruggave krijgt, kan zijn teruggave zien verhogen. In geval er voldoende terugbetaalbare bestanddelen (zoals bedrijfsvoorheffing en voorafbetalingen) zijn, kan deze maatregel tot een grotere teruggave leiden.

Indien de vermindering bij gebrek aan voldoende belasting niet volledig kan worden verleend, is het saldo noch terugbetaalbaar, noch verrekenbaar in een ander aj. Het saldo kan evenmin worden overgedragen naar de andere echtgenoot. Er is geen belastingkrediet voorzien voor deze maatregel.

V. BELASTINGVERMINDERING VOOR DE INSTALLATIE VAN EEN ELEKTRISCH OPLAADPUNT

14528/23

Deze belastingvermindering is enkel van toepassing voor de uitgaven betaald in 2010 tot 2012.

Zij werd niet verlengd om inmenging met de bevoegdheden van de Gewesten te vermijden die deze belastingvermindering voortaan zullen beheren.

A. Bedoelde belastingplichtige

14528/24

De belastingvermindering wordt enkel toegekend aan natuurlijke personen: zowel rijksinwoners (onderworpen aan de PB) als niet-inwoners (onderworpen aan en geregulariseerd in de belasting van niet-inwoners/natuurlijke personen) komen in aanmerking.

Rechtspersonen komen hiervoor niet in aanmerking. Voor hen bestaan andere specifieke maatregelen (zie circ. AAFisc nr. 15/2011, Ci.RH.243/603.387 d.d. 21.03.2011).

Het is niet vereist dat de belastingplichtige eigenaar is van de woning, waarvan aan de buitenkant een oplaadpunt wordt geplaatst. In principe kan elke natuurlijke persoon dus de belastingvermindering vragen, mits de uitgaven werkelijk zijn betaald door hemzelf of door een derde in zijn naam en voor zijn kwijting, en zelfs als hij niet de eigenaar is van de woning.

De wettelijke en reglementaire bepalingen vereisen immers niet dat de uitgaven die recht geven op de belastingvermindering persoonlijk door de schuldenaar worden betaald: er is geen verplichting opgelegd over de persoon die betaling werkelijk moet verrichten.

Als de uitgaven werden betaald door een derde die handelt in naam en tot kwijting van de belastingplichtige kan deze laatste toch aanspraak maken op de belastingvermindering.

De persoon die zelf geen enkele van de bedoelde uitgave heeft gedragen, en voor wie evenmin een derde persoon die uitgave in zijn voordeel heeft gedragen, heeft geen recht op de belastingvermindering, zelfs niet indien de factuur op zijn naam werd opgesteld.

De derde die de uitgave in naam en tot kwijting van de belastingplichtige heeft betaald, kan de belastingvermindering zelf niet vragen (Circ. nr. AAFisc 4/2016, Ci.RH.331/635.466 d.d. 29.01.2016).

B. Bedoelde woning

14528/25

De installatie van een oplaadpunt voor elektrische voertuigen moet gebeuren aan de buitenkant van woningen.

Het moet gaan om een woning en niet over een gebouw van een andere aard. Onder ꞌwoningꞌ verstaat men een gebouw (of een deel van een gebouw), zoals in het bijzonder een eengezinswoning, een appartement, een studio, dat wegens zijn aard normaliter bestemd is voor bewoning door een of meerdere personen.

Een pand waarin een handelszaak wordt uitgebaat, maar waarvan blijkt dat het nog steeds kan worden beschouwd als een gebouw dat door zijn aard normaal bestemd is om te worden bewoond, wordt beschouwd als een woning.

De woning mag in België of in het buitenland gelegen zijn. Tweede verblijven komen ook in aanmerking.

De belastingplichtige moet de woning niet zelf betrekken. Die woning mag worden verhuurd aan een derde, ongeacht of deze ze gebruikt voor privé- of beroepsdoeleinden, voor zover het onroerend goed (of een deel ervan) de aard van een woning blijft behouden.

C. In aanmerking genomen uitgaven

14528/26

De belastingvermindering wordt verleend voor de uitgaven (gefactureerde bedragen inclusief btw) die effectief door de belastingplichtige of door een derde in zijn voordeel, zijn betaald tijdens de belastbare tijdperken 2010 tot 2012 met het oog op de installatie van een aan de buitenkant van de woning geplaatst oplaadpunt voor elektrische voertuigen en dit onafhankelijk van het ogenblik van uitvoering van de installatie.

Per belastbaar tijdperk wordt de belastingvermindering één keer toegekend per belastingplichtige of per koppel, ongeacht het aantal geïnstalleerde oplaadpunten.

D. Uitgesloten uitgaven

14528/27

Deze belastingvermindering kan niet worden gecumuleerd met de uitgaven die:

-     aftrekbaar zijn als beroepskosten;

-     die recht geven op de investeringsaftrek (art. 69, WIB 92);

-     die in aanmerking komen voor de belastingvermindering voor onderhoud en restauratie van beschermde monumenten en landschappen (art. 14536, WIB 92);

-     die in aanmerking komen voor de belastingvermindering voor energiebesparende uitgaven (art. 14524, WIB 92);

-     die in aanmerking komen voor de belastingvermindering voor uitgaven voor vernieuwing van woningen gelegen in een zone voor positief grootstedelijk beleid (art. 14525, WIB 92);

-     die in aanmerking komen voor de belastingvermindering voor uitgaven voor vernieuwing van tegen een redelijke huurprijs in huur gegeven woningen (art. 14530, WIB 92);

-     die in aanmerking komen voor de belastingvermindering voor uitgaven ter beveiliging van woningen tegen inbraak of brand (art. 14531, WIB 92).

In geval van gemeenschappelijke aanslag worden voor deze belastingvermindering dus enkel de uitgaven in aanmerking genomen die geen recht hebben gegeven op de voormelde fiscale voordelen in hoofde van één van beide echtgenoten of wettelijk samenwonenden of nog van beide.

Voornoemde uitsluitingen gebeuren op proportionele basis. De uitsluiting gebeurt in de mate dat een van de voornoemde voordelen werkelijk is verkregen. Niets belet dat de uitgaven die het voorwerp uitmaken van eenzelfde factuur, voor een deel recht geven op de vermindering voor de installatie van een oplaadpunt en voor een ander deel op één van de voornoemde voordelen.

Voornoemde uitsluitingen betreffen enkel de belastingvermindering voor de uitgaven met het oog op de installatie van een oplaadpunt voor elektrische voertuigen. Theoretisch kan de belastingvermindering voor uitgaven met het oog op de verwerving van een elektrische voertuig wel gecombineerd worden met de aftrek van de kosten die verband houden met de aankoop van dit voertuig als werkelijke beroepskosten.

E. Formaliteiten

14528/28

De belastingplichtige die de beoogde belastingvermindering voor de installatie van een oplaadpunt voor elektrische voertuigen (art. 14528, § 3, WIB 92) vraagt, moet de volgende documenten ter beschikking van de Federale Overheidsdienst Financiën houden:

-     de factuur die verband houdt met de aankoop en de installatie van het oplaadpunt;

-     het bewijs van betaling van het bedrag voorkomend op die factuur.

Deze documenten moeten dus niet bij de belastingaangifte worden gevoegd. Ze moeten enkel op verzoek van het bevoegde taxatiekantoor kunnen worden voorgelegd.

De wet vereist niet dat de installatie wordt uitgevoerd door een geregistreerd aannemer. Theoretisch zou de installatie kunnen worden uitgevoerd door de belastingplichtige zelf. In dat geval zal de factuur enkel betrekking hebben op de aankoop van het vereiste materiaal.

Alleen schriftelijke bewijzen worden als bewijs van betaling aanvaard.

De handtekening die voorkomt op de factuur of de bijlage, mag gedrukt zijn. Als een bijlage wordt gebruikt, moeten al de vermeldingen m.b.t. de identificatie van de factuur (factuurnr., btw-nr., datum) worden overgenomen.

F. Berekening van de vermindering

14528/29

De belastingvermindering is gelijk aan 40 % van de werkelijk gedane uitgaven (btw inbegrepen), met een maximum van 180 euro (geïndexeerd 250 euro voor aj. 2011 en 2012 en 260 euro voor aj. 2013).

Het grensbedrag van 180 euro is één keer van toepassing per belastingplichtige of per gezamenlijk belast echtpaar.

De belastingvermindering is enkel geldig voor de uitgaven betaald tijdens de jaren 2010 tot 2012.

De belastingplichtige moet het totaalbedrag van de belastingvermindering berekenen volgens voormelde principes en het resultaat vermelden tegenover de gepaste code in de aangifte in de PB of de BNI/nat. pers.

Indien een gemeenschappelijke aanslag wordt gevestigd ten name van de twee echtgenoten, zal de belastingvermindering evenredig worden omgedeeld in functie van het belastbaar inkomen van elk der echtgenoten ten opzichte van de som van de belastbare inkomsten van de beide echtgenoten. De omdeling gebeurt automatisch bij de berekening van de belasting.

De belastingvermindering zal zelfs worden omgedeeld tussen beide echtgenoten wanneer enkel één van beide of een derde de uitgave heeft gedragen. Het volstaat dus dat één van beide gezamenlijk belaste echtgenoten of een derde de uitgave heeft gedragen opdat de belastingvermindering onder hen wordt verdeeld in functie van hun respectievelijk belastbaar inkomen ten opzichte van de som van de belastbare inkomsten van beide echtgenoten.

Voor voorbeelden inzake de belastingvermindering voor de installatie van een oplaadpunt voor elektrische voertuigen wordt verwezen naar de art. 123 tot 128 van de circulaire, Circ. AAFisc nr. 1/2014, Ci.RH.331/604.880, 07.01.2014.

VI. VOORBEELDEN

Voorbeeld 1

14528/30

Het echtpaar François-Henri is gehuwd onder het stelsel van scheiding van goederen. Mevrouw koopt een elektrische vierwieler door middel van een financiering gespreid over 5 jaar. De elektrische vierwieler wordt besteld op 21.12.2015. De gefactureerde prijs van het voertuig (inclusief btw) bedraagt 20.500 euro. De factuurdatum is 21.03.2016. De factuur is alleen op haar naam opgesteld en zij is alleen eigenaar van het voertuig. De uitgave wordt volledig door mijnheer gedragen. Alle wettelijke voorwaarden zijn vervuld.

Berekening van de vermindering voor het aj. 2017

20.500 euro x 15 % = 3.075 euro.

Dit is lager dan het grensbedrag van 4.940 euro (aj. 2017). Dit bedrag wordt vermeld in de aangifte PB en het berekeningsprogramma zal het automatisch omdelen over beide echtgenoten (zie nr. 14528/20).

Het feit dat de factuur werd opgesteld op naam van één van beide echtgenoten (of van beide), of dat de betaling werd gedaan door één van beide echtgenoten of door een derde, is zonder belang.

Vóór aj. 2013 zou mijnheer geen aanspraak maken op de belastingvermindering, ook al werd de uitgave door hem gedragen aangezien ze gehuwd zijn onder het stelsel van scheiding van goederen en hij niet de eigenaar is van het voertuig. Alleen mevrouw kon aanspraak maken op de belastingvermindering.

Voorbeeld 2

14528/31

De heer François en mevrouw Henri zijn feitelijk samenwonenden. Zij bestellen samen een elektrische vierwieler op 22.12.2015. De gefactureerde prijs van het voertuig (inclusief btw) bedraagt 30.000 euro. De factuurdatum is 15.03.2016. De factuur die volledig op die datum wordt betaald, is opgesteld op hun beide namen en zij zijn in gelijke mate mede-eigenaars. De betaling wordt door mijnheer voor 60 % gedragen en door mevrouw voor 40 %. Alle wettelijke voorwaarden zijn vervuld.

Berekening van de vermindering voor het aj. 2017

Mijnheer: 30.000 euro x 60 % x 15 % = 2.700 euro, te beperken tot 2.470 euro (4.940 euro x 50 %)

Mevrouw: 30.000 euro x 40 % x 15 % = 1.800 euro (dient niet verder beperkt te worden, want is minder dan 2.470 euro of 4.940 euro x 50 %).

Nuance 1

Stel dat zij beiden in gelijke mate mede-eigenaars zijn en dat de heer François het volledige factuurbedrag betaald heeft, waarbij hij de helft voor zijn eigen rekening betaald heeft en de andere helft in naam en voor rekening van mevrouw Henri, dan hebben ze elk recht op de volgende belastingvermindering:

30.000 euro x 50 % x 15 % =2.250 euro. Dit bedrag dient niet beperkt te worden, want is minder dan de helft van het maximumbedrag van de belastingvermindering, hetzij 2.470 euro (of 4.940 euro x 50 %).

Nuance 2

Stel dat mijnheer voor 60 % en mevrouw voor 40 % eigenaar is en dat niet kan worden uitgemaakt in welke mate de mede-eigenaars de betalingen werkelijk hebben gedragen (bv. betaling via een gemeenschappelijke rekening), wordt de aanschaffingswaarde van het voertuig tussen de belastingplichtigen verdeeld in functie van hun aandeel in de eigendom van het voertuig.

Berekening van de vermindering voor het aj. 2017

Mijnheer: 30.000 euro x 60 % x 15 % = 2.700 euro (30.000 x 15 % = 4.500: dit bedrag dient niet beperkt te worden, want is lager dan het grensbedrag van 4.940 euro; 4.500 euro x 60 % = 2.700 euro).

Mevrouw: 30.000 euro x 40 % x 15 % = 1.800 euro.

Voorbeeld 3

14528/32

De heer François en mevrouw Henri zijn feitelijk samenwonenden. Zij kopen samen een elektrische driewieler, die besteld wordt op 20.12.2015. De gefactureerde prijs van de driewieler (inclusief btw) bedraagt 10.000 euro. De factuurdatum is 15.06.2016 en wordt volledig op die datum betaald.

De factuur is opgesteld op hun beide namen en zij zijn in gelijke mate mede-eigenaars. De betaling wordt volledig door de ouders van de heer François gedaan in naam en tot kwijting van de heer François en mevrouw Henri.

Berekening van de vermindering voor het aj. 2017

Mijnheer: 10.000 euro x 50 % x 15 % = 750 euro (dit dient niet beperkt te worden want is minder dan de helft van het maximumbedrag van de vermindering waarop hij recht heeft volgens zijn eigendomsaandeel, namelijk: maximumbedrag van de vermindering 3.010 euro x 50 %).

Mevrouw: 10.000 euro x 50 % x 15 %= 750 euro (dit dient niet beperkt te worden want is minder dan de helft van het maximumbedrag van de vermindering waarop zij recht heeft volgens haar eigendomsaandeel, namelijk: maximumbedrag van de vermindering 3.010 euro x 50 %).

De ouders van de heer François kunnen uiteraard geen aanspraak maken op de belastingvermindering voor dit voertuig. Het feit dat noch de heer François noch mevrouw Henri niets betaald hebben, speelt geen rol, vermits de ouders van de heer François in hun beider voordeel hebben betaald.

Voor andere voorbeelden inzake de belastingvermindering voor elektrische voertuigen wordt verwezen naar de art. 88 tot 94 van de circulaire AAFisc nr.1/2014, Ci.RH.331/604.880, 07.01.2014. De aandacht wordt erop gevestigd dat de voorbeelden in deze circulaire dienen te worden gelezen rekening houdend met het standpunt in circulaire AAFisc nr. 4/2016, Ci.RH.331/635.466, 29.01.2016, waardoor ook betalingen gedaan door een derde worden aanvaard.