Commissie voor financiële hulp aan slachtoffers van opzettelijke gewelddaden en aan de occasionele redders: Beslissing van 1 Maart 2012 (België). RG M10-5-0813/7543

Date :
01-03-2012
Langue :
Néerlandais
Taille :
1 page
Section :
Jurisprudence
Source :
Justel N-20120301-26
Numéro de rôle :
M10-5-0813/7543

Résumé :

Samenvatting 1

Decision :

Ajoutez le document à un dossier () pour commencer à l'annoter.

(...)

I. Feiten

Tussen 1 januari 2001 en 31 juli 2007 werd verzoekster in een caravan te ... herhaaldelijk seksueel misbruikt door haar vader, de heer Alain X.. De feiten bestonden erin dat de heer X. zijn dochter meenam in de douche, haar inzeepte en "ook haar borsten en haar vagina" waste.

II. Vervolging

De heer Alain X. werd vervolgd wegens het plegen van de misdaad van verkrachting op zijn dochter Charissa.

Bij vonnis van de Correctionele rechtbank te ... d.d. 12 november 2008 werd hij evenwel niet schuldig bevonden aan de hem ten laste gelegde feiten en werd hij hiervan vrijgesproken.

Tegen dit vonnis werd hoger beroep ingesteld door Charissa X., alsook door het Openbaar Ministerie.

Bij arrest van het Hof van Beroep te ... d.d. 18 maart 2009 werden de aan de beklaagde ten laste gelegde feiten heromschreven als aanranding van de eerbaarheid met geweld of bedreiging. Hij werd hieraan schuldig verklaard en veroordeeld tot een gevangenisstraf van één jaar (met uitstel van tenuitvoerlegging gedurende een termijn van vijf jaar).

Op burgerlijk gebied werd hij veroordeeld tot betaling van de som van euro 3.500 meer intresten aan verzoekster.

III. Gevolgen van de feiten

Hieromtrent liggen geen gegevens voor.

IV. Mogelijkheden tot schadeloosstelling

Luidens het verzoekschrift beschikt verzoekster niet over enige verzekering ter dekking van de geleden schade.

In haar brief van 23 januari 2012 deelde de advocaat van verzoekster mee dat de heer Alain X. na de betekening van het arrest, op 1 oktober 2011 uiteindelijk overging tot integrale betaling van de aan verzoekster toekomende schadevergoeding (euro 5.209,67).

V. Begroting van de gevraagde hulp

In het initieel verzoekschrift werd om de toekenning gevraagd van een hulp van euro 4.932,60:

- schadevergoeding cf. arrest d.d. 18.03.09: euro 3.500,00

- intresten: euro 652,60

- rechtsplegingsvergoeding (beide aanleggen): euro 750,00

- gerechtskosten: euro 30,00

VI. Beoordeling door de Commissie

Het verzoekschrift aan de Commissie is regelmatig naar de vorm en het werd tijdig neergelegd.

Aan de ontvankelijkheidsvoorwaarden werd voldaan.

De wetgeving betreffende de hulp aan slachtoffers van opzettelijke gewelddaden verleent aan de slachtoffers geen subjectief recht op "schadeloosstelling", maar wel op het eventueel bekomen van een "hulp", gesteund op het principe van de collectieve solidariteit. Uit de aard zelf van de hulp volgt dat de "volledige vergoeding" van het door de slachtoffers geleden nadeel niet wordt gewaarborgd.

Bij het beoordelen van een hulp dienen de voorschriften van de artikelen 31, 31bis, 32, 33 en 33bis van de wet van 1 augustus 1985 houdende fiscale en andere bepalingen nageleefd te worden.

Luidens artikel 31bis, § 1, 5°, van voormelde wet kan een financiële hulp worden toegekend onder de volgende voorwaarde: "De schade kan niet afdoende worden hersteld door de dader of de burgerlijk aansprakelijke partij, op grond van een stelsel van sociale zekerheid of een private verzekering, noch op enige andere manier."

Aangezien verzoekster volledig werd vergoed door de dader (zie hoger punt IV), is het bij de Commissie ingediend hulpverzoek zonder voorwerp geworden.

*

* *

OP DIE GRONDEN,

De Commissie,

Gelet op:

- de artikelen 17 § 1, 39 tot 42 van de gecoördineerde wetten van 18 juli 1966 tot regeling van het taalgebruik in bestuurszaken;

- de artikelen 28 tot 41 van de wet van 1 augustus 1985 houdende fiscale en andere bepalingen, laatst gewijzigd bij wet van 30 december 2009;

- het koninklijk besluit van 18 december 1986 betreffende de commissie voor financiële hulp aan slachtoffers van opzettelijke gewelddaden en aan de occasionele redders, laatst gewijzigd bij koninklijk besluit van 7 december 2006.

Verklaart het verzoek zonder voorwerp.

Aldus uitgesproken te Brussel, in openbare zitting en in de Nederlandse taal op 1 maart 2012.

De secretaris, De voorzitter,

G. VAN DEN ABBEELE L. VULSTEKE