Arrest van het Hof van Cassatie dd. 21.06.2013

Datum :
21-06-2013
Taal :
Frans Nederlands
Grootte :
2 pagina's
Sectie :
Regelgeving
Type :
Belgian justice
Subdomein :
Fiscal Discipline

Samenvatting :

vennootschapsbelasting - minderwaarde - aandeel - netto-inkomen - beroepskosten

Originele tekst :

Voeg het document toe aan een map () om te beginnen met annoteren.

Contact | Disclaimer | FAQ
   
Quick search :
Fisconet plus Version 5.9.23
Service Public Federal
Finances
Home > Advanced search > Search results > Arrest van het Hof van Cassatie dd. 21.06.2013
Arrest van het Hof van Cassatie dd. 21.06.2013
Document
Content exists in : nl fr

Search in text:
Print    E-mail    Show properties

Properties

Document type : Belgian justice
Title : Arrest van het Hof van Cassatie dd. 21.06.2013
Document date : 21/06/2013
Keywords : vennootschapsbelasting / minderwaarde / aandeel / netto-inkomen / beroepskosten
Decision : gunstig
Document language : NL
Name : Arrest van het Hof van Cassatie dd. 21.06.2013
Version : 1
Court : cassation/All_cassation

Arrest van het Hof van Cassatie dd. 21.06.2013

 

Vennootschapsbelasting - Vaststelling van het belastbaar netto-inkomen - Minderwaarden op de verkoop van aandelen - Beroepskosten

 

Samenvatting

 

De omstandigheid dat de aankoop en de verkoop van aandelen is geboekt overeenkomstig artikel 20 van het Jaarrekeningbesluit van 08.10.1976, sluit niet uit dat de rechter onderzoekt of de geboekte minwaarde op de verkoop van aandelen, voldoet aan de voorwaarden van artikel 44 WIB64 (thans artikel 49, WIB92)

 

 

Volledige tekst

 

Hof van Cassatie

 

21.06.2013

 

F.11.0176.N

 

 

 

A.T.& C°. nv, met zetel te …

 

eiseres,

 

met als raadslieden mr. …

 

tegen

 

BELGISCHE STAAT, vertegenwoordigd door de minister van Financiën, met kabinet te 1000 Brussel, Wetstraat 12, voor wie optreedt de gewestelijk directeur der directe belastingen te Antwerpen II, met kantoor te 2500 Lier, Kruisbogenhofstraat 24, bus 1,

 

verweerder,

 

vertegenwoordigd door mr. …

 

I. RECHTSPLEGING VOOR HET HOF

 

Het cassatieberoep is gericht tegen het arrest van het hof van beroep te Gent van 7 juni 2011, op verwijzing gewezen na arrest van het Hof van 9 februari 2006.

 

Advocaat-generaal D.T. heeft op 4 februari 2013 een schriftelijke conclusie neergelegd.

 

Afdelingsvoorzitter E.S. heeft verslag uitgebracht.

 

Advocaat-generaal D.T. heeft geconcludeerd.

 

II. CASSATIEMIDDEL

 

De eiseres voert in haar verzoekschrift dat aan dit arrest is gehecht, een middel aan.

 

III. BESLISSING VAN HET HOF

 

Beoordeling

 

Eerste onderdeel

 

1. De omstandigheid dat de aankoop en de verkoop van aandelen is geboekt overeenkomstig artikel 20 van het Jaarrekeningbesluit van 8 oktober 1976, sluit niet uit dat de rechter onderzoekt of de geboekte minwaarde op de verkoop van aandelen, voldoet aan de voorwaarden van artikel 44 WIB64.

 

In zoverre het onderdeel ervan uitgaat dat de rechter gebonden is door de boekingen die zijn gebeurd overeenkomstig voormeld artikel 20, zonder te onderzoeken of zij inhoudelijk aan de realiteit beantwoorden, faalt het naar recht.

 

2. De rechter die de bewijswaarde beoordeelt van overeenkomsten waarop een partij zich steunt, miskent de bewijskracht ervan niet door aan deze overeenkomsten niet de gevolgen te verbinden die de aanvoerende partij eraan hecht.

 

Het onderdeel mist in zoverre feitelijke grondslag.

 

3. De rechter die aan de hand van de overgelegde stukken onderzoekt of de minwaarde waarop een partij zich beroept, voldoet aan de voorwaarden gesteld door artikel 44 WIB64, of thans artikel 49 WIB92, schendt daardoor deze artikelen niet.

 

In zoverre het onderdeel ervan uitgaat dat een minwaarde die is geboekt overeenkomstig artikel 20 van het Jaarrekeningbesluit van 8 oktober 1976, niet kan getoetst worden aan de voorwaarden gesteld door de artikelen 44 WIB64 en 49 WIB92, faalt het naar recht.

 

Tweede onderdeel

 

4. De appelrechters beantwoorden het verweer van de eiseres dat het bewijs van de minwaarde geleverd wordt door de verkoopovereenkomst met betrekking tot die aandelen, door de aftrek van het beweerdelijk geleden verlies te verwerpen op grond van de overwegingen dat de waardebepaling van die aandelen door S. SDS geen gefundeerde waardebepaling uitmaakt, dat het verslag V. niet toelaat vast te stellen dat de waardering die aan de betreffende aandelen was gegeven en waarop de door de eiseres geboekte minwaarde is berekend, correct is en dat het verslag van bedrijfsrevisor A. de betwiste waardebepaling van de aandelenparticipatie niet tot de zijne heeft willen maken.

 

Het onderdeel mist in zoverre het feitelijke grondslag.

 

5. In zoverre het onderdeel de schending aanvoert van de artikelen 44 WIB64 en 49 WIB92 is het afgeleid uit de vergeefs aangevoerde schending van artikel 149 Grondwet en is het mitsdien niet ontvankelijk.

 

6. De appelrechters oordelen niet dat de eiseres zich uitsluitend beroept op het waarderingsrapport van S. SDS, het verslag van bedrijfsrevisor A. en het rapport van bedrijfsrevisor V..

 

In zoverre het onderdeel de miskenning aanvoert van de bewijskracht van haar conclusie na cassatie is het gesteund op een verkeerde lezing van het arrest en mist het feitelijke grondslag.

 

Dictum

 

Het Hof,

 

Verwerpt het cassatieberoep.

 

Veroordeelt de eiseres tot de kosten.

 

Bepaalt de kosten voor de eiseres op 168,51 euro en voor de verweerder op 383,10 euro.

 

Dit arrest is gewezen te Brussel door het Hof van Cassatie, eerste kamer, samengesteld uit … en op de openbare rechtszitting van 21 juni 2013 uitgesproken door …