Nummer R 200/03-01

Datum :
16-11-1970
Taal :
Frans Nederlands
Grootte :
2 pagina's
Sectie :
Regelgeving
Type :
Comments
Subdomein :
Fiscal Discipline

Samenvatting :

Aan de belasting over de toegevoegde waarde onderworpen gebouwen.

Originele tekst :

Voeg het document toe aan een map () om te beginnen met annoteren.

Contact | Disclaimer | FAQ
   
Quick search :
Fisconet plus Version 5.9.23
Service Public Federal
Finances
Home > Advanced search > Search results > Nummer R 200/03-01
Nummer R 200/03-01
Document
Content exists in : nl fr

Search in text:
Print    E-mail    Show properties

Properties

Document type : Comments
Title : Nummer R 200/03-01
Document date : 16/11/1970
Document language : NL
Name : R 200/03-01
Version : 1
Previous document   Next document   Show list of documents

Nummer R 200/03-01

03. - Aan de belasting over de toegevoegde waarde onderworpen gebouwen. 

01. - A. Onderscheiden contracten van vervreemding van de grond en van aanneming voor het oprichten van het gebouw. Een ongenoegzaamheid vastgesteld op de prijs of op de verklaarde waarde van de grond, blijkt zonder invloed op de maatstaf van heffing van de belasting over de toegevoegde waarde wegens de bouwaanneming. 

Omgekeerd heeft een ongenoegzaamheid van de maatstaf van heffing van de belasting over de toegevoegde waarde ten opzichte van de normale waarde van de bouwaanneming, geen weerslag op de heffingsbasis van het registratierecht op de grond. 

B. Vervreemding bij twee afzonderlijke contracten, waarvan het ene de grond tot voorwerp heeft en het andere de gebouwen. Een ongenoegzaamheid vastgesteld op de prijs of de verklaarde waarde van de grond heeft geen invloed op de maatstaf van heffing van de belasting over de toegevoegde waarde wegens de vervreemding van de gebouwen, en een ongenoegzaamheid op deze laatste maatstaf van heffing kan de heffingsbasis van het registratierecht verschuldigd op de vervreemding van de grond niet wijzigen. 

C. Vervreemding, voor een niet gespitste prijs, van een onroerend goed bestaande uit gebouwen en grond. De heffingsgrondslag voor het registratierecht is de verkoopwaarde van de grond en niet het gedeelte van de prijs dat betrekking heeft op de grond. 

Een meerwaarde vastgesteld op de grond vermindert de maatstaf van heffing van de belasting over de toegevoegde waarde wegens de vervreemding van de gebouwen tot beloop van het bedrag van die meerwaarde, behalve wanneer, en in de mate waarin, een meerwaarde wordt vastgesteld op de verkoopwaarde van het geheel. 

Een meerwaarde vastgesteld op de gebouwen vermindert de heffingsgrondslag van het registratierecht op de vervreemding van de grond tot beloop van het bedrag van die meerwaarde, behalve wanneer, en in de mate waarin, een meerwaarde wordt vastgesteld op de verkoopwaarde van het geheel.

D. Vervreemding van een onroerend goed bestaande uit grond en onafgewerkte gebouwen, voor een net gesplitste prijs, gevolgd door een of meer aannemingscontracten voor de afwerking. Om in geval van meerwaarde de belastbare basis van het registratierecht en van de belasting over de toegevoegde waarde te bepalen, moet men de artikelen 9, § 3, leden 3 en 4, en 36, § 2, van het Wetboek van de BTW gecombineerd toepassen. Daaruit volgt :

dat een meerwaarde inzake registratierecht, vastgesteld op de grond, de maatstaf van heffing van de belasting over de toegevoegde waarde wegens de vervreemding van de onafgewerkte gebouwen vermindert tot beloop van die meerwaarde, behalve wanneer, en in de mate waarin, een meerwaarde wordt vastgesteld op het totaal der heffingsgrondslagen van het registratierecht (vervreemding van de grond) en van de belasting over de toegevoegde waarde (vervreemding van het onafgewerkte gebouw en uitvoering van de aannemingen);

dat om het totaal van die heffingsgrondslagen te bepalen :

a)

eerst de normale waarde van de onafgewerkte gebouwen en de verkoopwaarde van geheel het vervreemde onroerend goed (grond en onafgewerkte gebouwen) moet bepaald worden;

b)

vervolgens de normale waarde moet bepaald worden van elk der uitgevoerde aannemingen, afzonderlijk beschouwd;

c)

de som van de verkoopwaarde van het gehele vervreemde onroerend goed (vervreemde grond en onafgewerkte gebouwen) en van de normale waarde van alle uitgevoerde aannemingen, elk afzonderlijk beschouwd geeft het totaal van de heffingsgrondslagen van het registratierecht en van de belasting over de toegevoegde waarde;

dat de maatstaf van heffing van de belasting over de toegevoegde waarde gelijk is aan het verschil tussen het totaal bekomen zoals gezegd onder litt. c. hierboven en de verkoopwaarde van de grond;

dat een meerwaarde, vastgesteld op de maatstaf van heffing van de belasting over de toegevoegde waarde, de heffingsgrondslag van het registratierecht op de vervreemding van de grond vermindert tot beloop van die meerwaarde, behalve wanneer, en in de mate waarin, een meerwaarde wordt vastgesteld op het totaal der heffingsgrondslagen van het registratierecht en van de belasting over de toegevoegde waarde (verg. 2° en 3° hierboven).

     

(Aanschr. van 16 november 1971, nr. 76)

----------
JANUARI 1980 - 1127

JANUARI 1980 - 1128

JANUARI 1980 - 1129