Nummer S 27/03-02
- Sectie :
- Regelgeving
- Type :
- Comments
- Subdomein :
- Fiscal Discipline
Samenvatting :
Begrafeniskosten. Rouw van de weduwe en van de dienstboden
Originele tekst :
Fisconet
plus Version 5.9.23
Service Public Federal Finances |
|||||||
|
Nummer S 27/03-02
Document
Search in text:
Properties
Document type : Comments Title : Nummer S 27/03-02 Document date : 29/12/1978 Document language : NL Name : S 27/03-02 Version : 1
Nummer S 27/03-02 03. - Begrafeniskosten - Rouw van de weduwe en van de dienstboden. 02. - De kosten die betreffende de rouw van de weduwe naar aanleiding van het overlijden van haar man worden gemaakt, werden vooralsnog voor de successierechtsheffing tot de "begrafeniskosten" van haar man gerekend. Deze praktijk is eertijds ontstaan onder de invloed van sommige bepalingen van het Burgerlijk Wetboek van 1804 (z. inz. art. 1481 en 1570) die, uit aanmerking van de traditionele - en louter op het gebruik stoelende - "verplichting" van de weduwe om rouwkleding te dragen, de kosten hiervan op de erfgenamen van de man legden (De Page, Traité élémentaire de droit civil belge, X1, nrs. 682 en 803; Kluyskens, Beginselen van Burgerlijk Recht, VIII, nrs.217 en 356). In de huidige samenleving is een dergelijke "verplichting" stellig onbestaande geworden. De wet van 14 juli 1976 betreffende de wederzijdse rechten en verplichtingen van echtgenoten en de huwelijksvermogensstelsels heeft overigens, in aansluiting op de geëvolueerde ideeën en om tot een volstrekte gelijkheid tussen de echtgenoten te komen, het recht van de vrouw opgeheven om haar rouwkosten op de erfgenamen van de man te verhalen. Rekening houdende met het bovenstaande mogen de kosten betreffende de rouw van de weduwe thans niet meer als "begrafeniskosten" in aftrek worden aangenomen, welk ook het huwelijksvermogensstelsel van de echtgenoten bij het overlijden van de man is. In dezelfde geest mogen de kosten die in voorkomend geval voor de rouw van de dienstboden werden gedaan, ook niet meer in aanmerking worden genomen voor de successierechtsheffing. Deze beslissing is toepasselijk op de nalatenschappen die opengevallen zijn sinds 1 januari 1979. (Besl. 29 december 1978, nr. E.E./E.L.428) ----------
|
|||||||