Parlementaire vraag nr. 500 van de heer Dirk Van der Maelen dd. 15.03.2010
- Sectie :
- Regelgeving
- Type :
- Parliamentary questions
- Subdomein :
- Fiscal Discipline
Samenvatting :
personenbelasting - levensverzekering - belastingvermindering - lange termijnsparen
Originele tekst :
Fisconet
plus Version 5.9.23
Service Public Federal Finances |
|||||||
|
Home >
Advanced search >
Search results > Parlementaire vraag nr. 500 van de heer Dirk Van der Maelen dd. 15.03.2010
Parlementaire vraag nr. 500 van de heer Dirk Van der Maelen dd. 15.03.2010
Document
Search in text:
Properties
Document type : Parliamentary questions Title : Parlementaire vraag nr. 500 van de heer Dirk Van der Maelen dd. 15.03.2010 Document date : 15/03/2010 Publication date : 22/03/2010 Keywords : personenbelasting / levensverzekering / belastingvermindering / lange termijnsparen Document language : NL Name : Parlementaire vraag nr. 500 van de heer Dirk Van der Maelen dd. 15.03.2010 Version : 1 Question asked by : Dirk Van der Maelen
Parlementaire vraag nr. 500 van de heer Dirk Van der Maelen dd. 15.03.2010
Personenbelasting Levensverzekering Belastingvermindering Lange termijnsparen
VRAAG ln antwoord op een brief van Assuralia heeft uw administratie met betrekking tot individuele levensverzekeringscontracten die vóór 1 januari 2002 met recht op belastingvermindering voor de premies zijn afgesloten op het hoofd van vrouwelijke verzekerden en waarvan de oorspronkelijke einddatum samenvalt met de datum waarop de verzekerden de leeftijd van 60 jaar bereiken, in de circulaire nr. Ci.RH.331 /572.351 (AOIF 9/2006) van 6 februari 2006 terecht gesteld dat, rekening houdend met de gewijzigde wettelijke bepalingen inzake de pensioenleeftijd voor vrouwen, billijkheidshalve de premies, die betaald zijn nadat de betrokken vrouwelijke verzekerden de leeftijd van 60 jaar hebben bereikt, eveneens voor belastingvermindering in aanmerking mogen worden genomen wanneer zij hun (vóór 1 januari 2002 afgesloten) contracten minder dan tien jaar vóór hun wettelijke pensioenleeftijd, tot die wettelijke pensioenleeftijd verlengen. Ik verneem dat sommige verzekeringsmaatschappijen dit standpunt van de Administratie enkel toepassen voor het langetermijnsparen en weigeren om dit toe te passen voor pensioenspaarverzekeringen. Kan u daarom meedelen of in de omstandigheden omschreven in het begin van mijn vraag en ingeval van verlenging van pensioenspaarverzekeringscontracten tot de datum waarop de verzekerden de wettelijke pensioenleeftijd bereiken, de premies die de verzekerden na de leeftijd van 60 jaar storten, eveneens voor de belastingvermindering voor pensioensparen in aanmerking komen zonder dat dit aanleiding kan geven tot een bijkomende belastingsheffing. Voor deze contracten heeft de verzekerde immers op 60 jaar al de taks op het langetermijnsparen betaald.
ANTWOORD (van de heer Reynders, Vice-eersteminister en minister van Financiën en Institutionele Hervormingen) Het door het geachte Kamerlid aangehaalde principe inzake de verlenging van de looptijd van individuele levensverzekeringscontracten die vóór 1 januari 2002 op het hoofd van een vrouw zijn gesloten, tot de gewijzigde wettelijke pensioenleeftijd voor vrouwen, geldt eveneens voor pensioenspaarverzekeringscontracten voor zover uiteraard aan alle andere wettelijke en reglementaire bepalingen is voldaan. |
|||||||