Voorafgaande beslissing nr. 2016.147 dd. 12.04.2016

Properties

Document type : Prior agreements L 24.12.2002
Title : Voorafgaande beslissing nr. 2016.147 dd. 12.04.2016
Tax year : 2016
Document date : 12/04/2016
Keywords : vennootschapsbelasting / divers inkomen / meerwaarde op aandelen / normaal beheer van het privé-vermogen / aandeel / inbreng in vennootschap / meerwaarde / controle van een vennootschap / wijziging van de controle / rechtmatige financiële of economische behoeften
Document language : NL
Name : Voorafgaande beslissing nr. 2016.147 dd. 12.04.2016
Version : 1

Voorafgaande beslissing nr. 2016.147 dd. 12.04.2016

 

Meerwaarde op aandelen

Divers inkomen

Normaal beheer privévermogen

Inbreng van aandelen

Vennootschapsbelasting

Controlewijziging

Rechtmatige financiële of economische behoeften

 

Samenvatting

De geplande inbreng door de heer X van op één na alle aandelen A NV in de bestaande vennootschap B NV, kan beschouwd worden als een normale verrichting van beheer van een privévermogen, zodat de meerwaarde niet zal belast worden op grond van artikel 90, 9°, eerste gedachtestreepje, WIB 92.

De geplande inbreng geeft geen aanleiding tot een controlewijziging ten name van A NV zodat artikel 207, derde lid, WIB 92 in casu geen toepassing vindt.

 

I. Voorwerp van de aanvraag

1. De aanvraag strekt ertoe de bevestiging te verkrijgen dat :

1.1 de inbreng door de heer X van de aandelen van de vennootschap A NV in de bestaande vennootschap B NV kan beschouwd worden als een normale verrichting van beheer van privévermogen, zodat de meerwaarde niet belast zal worden op grond van artikel 90, 9°, eerste gedachtestreepje, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 (WIB 92);

1.2 de eventuele door de geplande inbreng bekomen controlewijziging ten name van A NV beantwoordt aan rechtmatige financiële of economische behoeften in de zin van artikel 207, derde lid, WIB 92.

 

II. Omschrijving van de verrichting

2. De heer X bezit alle aandelen van de exploitatievennootschap A NV.

3. De aanvrager wenst zijn aandelen A NV, behoudens 1 aandeel, in te brengen in de bestaande vennootschap B NV, waarvan hij tevens alle aandelen bezit.

III. Beslissing

III.A. Inzake de toepassing van artikel 90, 9°, eerste gedachtestreepje, WIB 92

4. De geplande inbreng door de heer X van de aandelen A NV in de bestaande vennootschap B NV, vormt een overdracht onder bezwarende titel als bedoeld in artikel 90, 9°, eerste gedachtestreepje, WIB 92.

5. De aandelen van de betrokken vennootschap behoren tot het privévermogen van de aanvrager.

6. A NV is een exploitatievennootschap. B NV is een patrimoniumvennootschap.

7. De geplande inbreng kan, gelet op de hierna vermelde overwegingen, worden aangemerkt als een normale verrichting van beheer van het privévermogen in de zin van artikel 90, 9°, eerste gedachtestreepje, WIB 92 :

7.1 de aandelen A NV zijn sinds de oprichting lange tijd geleden in het bezit van de vader van de aanvrager. De heer X heeft de aandelen verworven inzonderheid ingevolge schenking vanwege zijn vader;

7.2 het betreft geen complexe verrichting, noch spitsvondig feitencomplex;

7.3 door de inbreng van de aandelen A NV in B NV, die zal fungeren als holdingvennootschap, wordt een geschikte structuur gecreëerd voor enerzijds een mogelijks latere overdracht van de exploitatie aan derden zodat de continuïteit van de vennootschap verzekerd wordt en anderzijds de verdere uitbouw van het roerend en onroerend patrimonium van B NV en/of het opstarten van nieuwe activiteiten vanuit deze laatste vennootschap;

7.4 in geval van een latere overdracht van de exploitatieactiviteit zal het B NV zijn die haar participatie A NV verkoopt aan een geïnteresseerde partij;

7.5 de holdingstructuur maakt het mogelijk dat middelen van de exploitatievennootschap als dividend opstromen naar de holdingvennootschap om van daaruit nieuwe investeringen te realiseren;

7.6 de geplande verrichting kadert tevens in de successieplanning van de aanvrager;

7.7 voorafgaand aan de inbrengverrichting werd door A NV een  tussentijds dividend uitgekeerd.

8. De DVB neemt kennis van de in de aanvraag aangehaalde motivering inzake de aanwezige liquiditeiten binnen de groep en verwijst hiervoor naar het randnummer 12.

III.B. Inzake de toepassing van artikel 207, derde lid, WIB 92

9. Voorafgaand aan de beoogde inbreng zijn alle aandelen A NV in het bezit van de heer X. Ingevolge de geplande inbrengverrichting zullen alle aandelen A NV (met uitsluiting van één aandeel) in het bezit komen van B NV, waarvan alle aandelen, op één na, in  handen zijn van de heer X.

10. Alhoewel de aandelen A NV rechtstreeks door B NV zullen worden aangehouden, blijft de heer X de uiteindelijke controlebevoegdheid behouden.

11. Naar aanleiding van de inbreng van de aandelen A NV in B NV, vindt geen controlewijziging plaats ten name van A NV. Bijgevolg vindt artikel 207, derde lid, WIB 92 in casu geen toepassing.

12. Onderhavige beslissing is gebaseerd op elementen zoals deze door de aanvrager vermeld worden. De DVB spreekt zich in deze beslissing niet uit over de mogelijke toepassing van de anti-misbruikbepaling voorzien in artikel 344, § 1, WIB 92 ten gevolge van verrichtingen die niet omschreven zijn in deze beslissing, zoals inzonderheid een latere kapitaalvermindering, vereffening of inkoop van eigen aandelen door de holdingvennootschap.