Vraag nr. 48 van de heer Daras dd. 26.01.1996
- Sectie :
- Regelgeving
- Type :
- Parliamentary questions
- Subdomein :
- Fiscal Discipline
Samenvatting :
Personenbelasting,Aangifte van inkomsten
Originele tekst :
Voeg het document toe aan een map
()
om te beginnen met annoteren.
Fisconet
plus Version 5.9.23
Service Public Federal Finances |
|||||||
Vraag nr. 48 van de heer Daras dd. 26.01.1996
Document
Search in text:
Properties
Document type : Parliamentary questions Title : Vraag nr. 48 van de heer Daras dd. 26.01.1996 Tax year : 2005 Document date : 26/01/1996 Document language : NL Name : 96/048 Version : 1 Question asked by : Daras
VRAAG 96/048 Vraag nr. 48 van de heer Daras dd. 26.01.1996 Bull. nr. 764, pag. 1986 Personenbelasting - Aangifte van inkomsten Wanneer de administratie der Directe Belastingen de aangifte van een belastingplichtige niet terugvindt, moet de betrokken belastingplichtige bewijzen dat hij, enerzijds, zijn belastingaangifte heeft opgestuurd en, anderzijds, dat hij dit tijdig heeft gedaan. Sommige belastingkantoren weigeren echter een bewijs van ontvangst op te maken wanneer de belastingplichtige persoonlijk zijn aangifte afgeeft. Kan de geachte minister mij bijgevolg zeggen:
ANTWOORD Aangezien de verplichting om een aangifte in de inkomstenbelastingen in te dienen op de belastingplichtige rust, komt het hem toe om, in voorkomend geval, te bewijzen dat hij daaraan heeft voldaan (Cassatie, 28 januari 1991, S. en C.). De belastingplichtige moet bijgevolg het bewijs leveren dat hij de genoemde verplichting is nagekomen, ongeacht de gebruikte manier van indiening van de aangifte. Dit bewijs mag worden geleverd door alle middelen van het gemeen recht, getuigenbewijs en vermoedens inbegrepen. Wat het ontvangstbericht betreft, voorziet geen enkele wettelijke of reglementaire bepaling in de uitreiking ervan. De administratieve onderrichtingen schrijven evenwel voor dat een ontvangstbericht moet worden verstrekt aan personen die er uitdrukkelijk om verzoeken (administratieve commentaar op het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, nr. 307/22). Indien het geachte lid kennis heeft van gevallen waarin de voornoemde richtlijnen niet zouden zijn in acht genomen, nodig ik hem uit mij de passende identificatiegegevens mede te delen. Na onderzoek, zullen de vereiste maatregelen worden genomen. |
|||||||