Commissie voor financiële hulp aan slachtoffers van opzettelijke gewelddaden en aan de occasionele redders: Beslissing van 26 Juni 2008 (België). RG M70578/5509
- Sectie :
- Rechtspraak
- Bron :
- Justel N-20080626-19
- Rolnummer :
- M70578/5509
Samenvatting :
Samenvatting 1
Beslissing :
I. Feiten
Op 15 oktober 2000 ontaardde een banale woordenwisseling tussen verzoekster en haar ex-partner, de heer Ali Z., te ... tot een handgemeen, waarbij aan verzoekster ernstige slagen werden toegebracht. Verzoekster brak hierbij haar beide kaakbeenderen.
II. Vervolging
Bij vonnis van de Correctionele rechtbank te ... d.d. 7 mei 2003 werd de genaamde Ali Z., wegens het plegen van de sub I vermelde feiten veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier maanden (met uitstel gedurende een termijn van drie jaar) en een geldboete van euro 495,79.
Op burgerlijk gebied werd hij veroordeeld tot betaling van een provisie van euro 1.000 aan verzoekster, voor vergoeding van schade van allerlei aard. Tevens werd Dr. J. Dusesoi als deskundige aangesteld.
In de zaak ter afhandeling van de burgerlijke belangen werd de heer Z. bij vonnis van voornoemde rechtbank d.d. 15 november 2006 bij verstek veroordeeld tot betaling van het bedrag van euro 7.950,30 meer intresten aan verzoekster.
III. Gevolgen van de feiten voor verzoekster
In zijn medisch verslag d.d. 7 januari 2005 stelt Dr. J. Dusesoi de volgende graden en periodes van tijdelijke arbeidsongeschiktheid vast:
100 % van 16.10.00 t.e.m. 18.11.00 (met hospitalisatie van 16.10.00 t.e.m. 18.10.00)
25 % van 19.11.00 t.e.m. 31.12.00
15 % van 01.01.01 t.e.m. 28.02.01
10 % van 01.03.01 t.e.m. 30.04.01
5 % van 01.05.01 t.e.m. 27.05.01
100 % van 28.05.01 t.e.m. 10.06.01 (met hospitalisatie op 28.05.01)
10 % van 11.06.01 t.e.m. 30.06.01
5 % van 01.07.01 t.e.m. 31.08.01
3 % van 01.09.01 t.e.m. 14.10.01
Er is consolidatie op 15 oktober 2001, met een blijvende invaliditeit van 2 %.
De esthetische schade bedraagt 1,5 op de schaal van 7.
IV. Schadeloosstelling
Alle medische kosten werden vergoed door de hospitalisatieverzekering.
De kansen op recuperatie van de schade bij de dader zijn nagenoeg onbestaande.
Uit het schrijven van het OCMW te ... d.d. 12 februari 2007 blijkt dat Z. totaal onvermogend is, dermate zelfs dat de procedure ‘collectieve schuldenregeling' diende stopgezet te worden.
Verzoekster beschikt over een familiale polis (Axa) met rechtsbijstand (Juris), zoals blijkt uit de door de raadsman van verzoekster overgemaakte bijzondere polisvoorwaarden. In haar schrijven d.d. 19 maart 2008 deelt Juris evenwel mee geen tussenkomst te kunnen verlenen wegens laattijdige aangifte.
V. Begroting van de schade
Verzoekster begroot de geleden schade als volgt:
- materiële schade (verplaatsingskosten): euro 1.250,00
- morele schade TWO: euro 2.133,25
4 d. hospitalisatie à euro 31/dag = euro 124,00
47 d. à 100 % à euro 25/dag = euro 1.175,00
43 d. à 25 % à euro 6,25/dag = euro 268,75
59 d. à 15 % à euro 3,75/dag = euro 221,25
80 d. à 10 % à euro 2,50/dag = euro 200,00
89 d. à 5 % à euro 1,25/dag = euro 111,25
44 d. à 3 % à euro 0,75/dag = euro 33,00
- meerinspanningen: euro 582,80
- economische schade huisvrouw: euro 2.109,25
- blijvende invaliditeit (2 %): euro 1.625,00
(2 x euro 1.625 per punt) : 2
- esthetische schade (1,5/7): euro 1.000,00
Totaal: euro 8.700,30
Bovenstaande bedragen komen overeen met de bedragen die aan verzoekster bij vonnis d.d. 15 november 2006 werden toegekend, m.u.v. van de verplaatsingskosten, waarvoor door de rechtbank ex aequo et bono - "bij gebrek aan bewijsstukken" - een bedrag van euro 500 werd toegekend.
VI. Beoordeling door de Commissie
Het verzoekschrift aan de Commissie is regelmatig naar de vorm en het werd tijdig neergelegd.
Aan de ontvankelijkheidsvoorwaarden werd voldaan.
De wetgeving betreffende de hulp aan slachtoffers van opzettelijke gewelddaden verleent aan de slachtoffers geen subjectief recht op "schadeloosstelling", maar wel op het eventueel bekomen van een "hulp", gesteund op het principe van de collectieve solidariteit. Uit de aard zelf van de hulp volgt dat de "volledige vergoeding" van het door de slachtoffers geleden nadeel niet wordt gewaarborgd.
Bij het beoordelen van een hulp dienen de voorschriften van de artikelen 31, 31bis, 32, 33 en 33bis van de wet van 1 augustus 1985 nageleefd te worden.
De Commissie verzekert geen integrale schadeloosstelling. Ze kan, naar billijkheid, een financiële hulp toekennen voor de schadeposten die limitatief zijn opgesomd in artikel 32, § 1, van de wet van 1 augustus 1985. ‘Economische schade huisvrouw' en ‘meerinspanningen' zijn daarbij niet opgenomen en komen dus niet in aanmerking voor vergoeding.
Voor de materiële schade (verplaatsingskosten) meent de Commissie evenmin een hulp te moeten toekennen nu deze schadepost niet bewezen is.
Tot slot dient de Commissie de aandacht te vestigen op het subsidiariteitsbeginsel dat vervat ligt in artikel 31bis, § 1, 5° van de wet en naar luid waarvan een financiële hulp kan toegekend worden onder de volgende voorwaarde: "De schade kan niet afdoende worden hersteld door de dader of de burgerlijk aansprakelijke partij, op grond van een stelsel van sociale zekerheid of een private verzekering, noch op enige andere manier."
In de voorliggende zaak beschikt verzoekster over een familiale polis met rechtsbijstand, doch ingevolge een laattijdige aangifte van het schadegeval zag zij een tegemoetkoming door de vingers glippen. De Commissie is evenwel van oordeel dat zij niet hoeft tussen te komen ter vergoeding van de schadeposten die, bij tijdige aangifte, door de verzekeraar ten laste zouden zijn genomen (blijvende invaliditeit en esthetische schade).
Gelet op die omstandigheden meent de Commissie dat aan verzoekster een hulp kan worden toegekend zoals hierna bepaald.
VII. Begroting van de hulp door de Commissie
De hulp kan in billijkheid begroot worden op euro 2.000.
*
* *
OP DIE GRONDEN,
De Commissie,
Gelet op de artikelen 17 § 1, 39 tot 42 van de gecoördineerde wetten van 18 juli 1966 tot regeling van het taalgebruik in bestuurszaken, de artikelen 31 tot 37bis van de wet van 1 augustus 1985, zoals gewijzigd door de wetten van 26 maart 2003, 22 april 2003 en 27 december 2004, en de artikelen 28 tot 34 van het K.B. van 18 december 1986,
Verklaart het verzoek ontvankelijk en kent de verzoekster een hulp toe van euro 2.000.
Aldus uitgesproken te Brussel, in openbare zitting en in de Nederlandse taal op 26 juni 2008.
De secretaris, De voorzitter,
G. VAN DEN ABBEELE D. DESMET