Naar recht verantwoord is de beslissing van de kamer van inbeschuldigingstelling dat de redelijke termijn waarvan sprake is in artikel 5.3 Europees Verdrag Rechten van de Mens niet verstreken is, wanneer zij beveelt dat de voorlopige hechtenis van de verdachte wordt gehandhaafd en, onder opgave van de gegevens eigen aan de zaak of de persoonlijkheid van de verdachte, de ernstige en uitzonderlijke omstandigheden nauwkeurig omschrijft die dermate de openbare veiligheid raken dat ze die handhaving noodzakelijk maken en vaststelt dat het verloop en de beëindiging van het onderzoek geen onverantwoorde vertraging hebben opgelopen.
Arrest :
De geconsolideerde versie van deze tekst is niet beschikbaar.