Niet ontvankelijk is de voorziening van de beklaagde tegen het arrest dat het door hem tegen een verstekarrest aangetekend verzet, wegens niet-verschijning, ongedaan verklaart, indien zij wordt ingesteld na het verstrijken van de termijn bepaald bij artikel 373 van het Wetboek van strafvordering, die begint te lopen de dag na de betekening van het bestreden arrest. ( Sv., art. 373. )
Arrest :
De geconsolideerde versie van deze tekst is niet beschikbaar.