Hof van Beroep: Arrest van 9 Oktober 1987 (Brussel). RG 23269

Samenvatting :

1. Artikel 2 van de Wet van 3 januari 1958, en het voorrecht dat daaruit voortvloeit, slaat alleen op vorderingen op de Staat. De toepassing ervan mag niet uitgebreid worden tot overheden en openbare instellingen, zoals het Wegenfonds, die een afzonderlijke rechtspersoonlijkheid genieten, onderscheiden van die van de Staat. 2. Het Wegenfonds treedt niet op als vertegenwoordiger van de Staat, maar krachtens een bevoegdheid die hem door de wet is toegekend met het oog op de uitvoering van een eigen opdracht. 3. De vordering van het saldo van de prijs die door de bouwheer aan de aannemer verschuldigd is en de vordering door de bouwheer van schadevergoeding uit hoofde van tekortkomingen van de aannemer, zijn samenhangend en na het faillissement van de aannemer komen ze dus in aanmerking voor schuldvergelijking.

Arrest :

De geconsolideerde versie van deze tekst is niet beschikbaar.