Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de wijzen van lijkbezorging, de asbestemming en de rituelen van de levensbeschouwing voor de uitvaartplechtigheid die kunnen opgenomen worden in de schriftelijke kennisgeving van de laatste wilsbeschikking die aan de ambtenaar van de burgerlijke stand kan overgemaakt worden.

Datum :
24-02-2006
Taal :
Frans Nederlands
Grootte :
1 pagina
Sectie :
Wetgeving
Bron :
Numac 2006035548

Originele tekst :

Voeg het document toe aan een map () om te beginnen met annoteren.
Artikel 1 In dit besluit wordt verstaan onder de declarant : de persoon die een vrijwillige schriftelijke kennisgeving van zijn laatste wilsbeschikking overmaakt aan de ambtenaar van de burgerlijke stand van zijn gemeente, als vermeld in artikel 15, § 1, tweede lid, van het decreet van 16 januari 2004 op de begraafplaatsen en de lijkbezorging.

Artikel 2 De verklaring betreffende de laatste wilsbeschikking wordt ingediend door middel van een gedateerd en ondertekend document, dat tegen ontvangstbewijs moet worden overhandigd aan de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente van het Vlaamse Gewest waar de declarant is ingeschreven in het bevolkings-, vreemdelingen- of wachtregister.
  De declarant geeft in het document vermeld in het eerste lid zijn naam, voornamen, geboorteplaats en -datum, en adres aan. Tevens moet de declarant duidelijk en ondubbelzinnig één van de volgende mogelijkheden opnemen in dat document :
  - ofwel één van de opties vermeld in het derde lid, 1° tot en met 8°;
  - ofwel één van de opties vermeld in het derde lid, 1° tot en met 8° in combinatie met één van de opties vermeld in het derde lid, 9° tot en met 16°;
  - ofwel één van de opties vermeld in het derde lid, 9° tot en met 16°.
  De in het vorige lid bedoelde opties zijn de volgende :
  1° begraving van het stoffelijk overschot;
  2° crematie, gevolgd door begraving van de as binnen de omheining van de begraafplaats;
  3° crematie, gevolgd door uitstrooiing van de as op het daartoe bestemd perceel van de begraafplaats;
  4° crematie, gevolgd door bijzetting van de as in het columbarium van de begraafplaats;
  5° crematie, gevolgd door uitstrooiing van de as in de Belgische territoriale zee;
  6° crematie, gevolgd door uitstrooiing van de as op een andere plaats dan de begraafplaats of in de Belgische territoriale zee;
  7° crematie, gevolgd door begraving van de as op een andere plaats dan de begraafplaats;
  8° crematie, gevolgd door bewaring van de as op een andere plaats dan de begraafplaats;
  9° een uitvaartplechtigheid volgens de Katholieke Godsdienst;
  10° een uitvaartplechtigheid volgens de Protestantse Godsdienst;
  11° een uitvaartplechtigheid volgens de Anglicaanse Godsdienst;
  12° een uitvaartplechtigheid volgens de Orthodoxe Godsdienst;
  13° een uitvaartplechtigheid volgens de Joodse Godsdienst;
  14° een uitvaartplechtigheid volgens de Islamitische Godsdienst;
  15° een uitvaartplechtigheid volgens de Vrijzinnige Levensovertuiging;
  16° een uitvaartplechtigheid volgens de Neutraal Filosofische Overtuiging.

Artikel 3 De declarant kan de verklaring altijd intrekken of wijzigen.

Artikel 4 Het koninklijk besluit van 2 augustus 1990 tot regeling van de inschrijving door de gemeenten van de laatste wilsbeschikking inzake de wijze van teraardebestelling, wordt opgeheven.

Artikel 5 De Vlaamse minister bevoegd voor de Binnenlandse Aangelegenheden, is belast met de uitvoering van dit besluit.
  Brussel, 24 februari 2006.
  De minister-president van de Vlaamse Regering,
  Y. LETERME
  De Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Stedenbeleid, Wonen en Inburgering,
  M. KEULEN.