Besluit van de Waalse Regering van bijzondere machten nr. 38 waarbij afgeweken kan worden van de regels en voorwaarden voor de toekenning van de gezinsprestaties voor kinderen ouder dan 18 jaar
- Sectie :
- Wetgeving
- Bron :
- Numac 2020020947
Originele tekst :
Voeg het document toe aan een map
()
om te beginnen met annoteren.
Hoofdstuk 1. Algemene bepaling
Artikel 1 Dit besluit regelt overeenkomstig artikel 138 van de Grondwet aangelegenheden bedoeld in artikel 128, § 1, ervan.
Hoofdstuk 2. Vrijstelling van de studentenjobs in de berekening van de 240u/kwartaal
Artikel 2 In artikel 1, lid 3, van het koninklijk besluit van 6 maart 1979 tot bepaling van de voorwaarden waaronder kinderbijslag wordt verleend ten behoeve van het kind dat verbonden is door een leerovereenkomst, ingevoegd bij het samenwerkingsakkoord van 29 december 2017, worden de woorden "in juli, augustus en september" en de woorden "tenzij het kind niet effectief de lessen hervat" opgeheven.
Artikel 3 In artikel 13, § 1, van het koninklijk besluit van 10 augustus 2005 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder kinderbijslag wordt verleend ten behoeve van het kind dat onderwijs volgt of een vorming doorloopt, wordt lid één aangevuld als volgt:
c) als deze uitgeoefend wordt in het kader van een studentencontract zonder een contingent van 475u per kalenderjaar te hebben bereikt.".
Artikel 4 In artikel 14, lid 4, van hetzelfde koninklijk besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 19 september 2008, worden de woorden "in juli, augustus en september" en de woorden "behalve wat betreft de in artikelen 7 en 12 bedoelde kinderen" opgeheven.
Artikel 5 In artikel 3, § 1, lid 3, van het besluit van de Waalse Regering van 20 september 2018 tot uitvoering van artikel 5, §§ 3 en 4, van het decreet van 8 februari 2018 betreffende het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen, met betrekking tot de toekenningsvoorwaarden van de gezinsbijslagen aan kinderen ouder dan achttien jaar worden volgende wijzigingen aangebracht:
1) de woorden "en 4° " worden ingevoegd tussen de woorden "Wat punt 1° en" en het woord "betreft,";
2) de woorden "of geïnde vergoedingen" worden ingevoegd na de woorden "gepresteerde uren".
Hoofdstuk 3. Weghalen van tijdelijke werkloosheid uit de beletsels van het recht op gezinstoelagen
Artikel 6 In afwijking van artikel 1, lid 1, 2°, van het koninklijk besluit van 6 maart 1979 tot bepaling van de voorwaarden waaronder kinderbijslag wordt verleend ten behoeve van het kind dat verbonden is door een leerovereenkomst, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 22 mei 2004, worden de inkomsten uit tijdelijke werkloosheid voor de kinderen die in aanmerking komen voor gezinsprestaties tot daags voor de lockdown niet in rekening genomen voor de berekening van de bruto-vergoeding bedoeld in hetzelfde artikel.
Artikel 7 In artikel 13, § 2, lid 2, van het koninklijk besluit van 10 augustus 2005 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder kinderbijslag wordt verleend ten behoeve van het kind dat onderwijs volgt of een vorming doorloopt, zoals gewijzigd bij het koninklijk besluit van 19 september 2008, worden de woorden ",onder uitsluiting van tijdelijke werkloosheid," ingevoegd tussen de woorden "buitenlandse werkloosheidsregeling" en de woorden "of van een loopbaanonderbrekingsuitkering".
Artikel 8 In afwijking van artikel 14, lid 1, van het koninklijk besluit van 10 augustus 2005 tot bepaling van de voorwaarden waaronder kinderbijslag wordt verleend ten behoeve van het kind dat verbonden is door een leerovereenkomst, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 22 mei 2004, worden de inkomsten uit tijdelijke werkloosheid voor de kinderen die in aanmerking komen voor gezinsprestaties tot daags voor de lockdown niet in rekening genomen voor de berekening van de bruto-vergoeding bedoeld in hetzelfde artikel.
Artikel 9 In artikel 3, § 1, lid 1, 3°, van het besluit van de Waalse Regering van 20 september 2018 tot uitvoering van artikel 5, §§ 3 en 4, van het decreet van 8 februari 2018 betreffende het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen, met betrekking tot de toekenningsvoorwaarden van de gezinsbijslagen aan kinderen ouder dan achttien jaar worden de woorden `onder uitsluiting van tijdelijke werkloosheid' ingevoegd tussen de woorden ` in verband met werkloosheid' en de woorden `of een uitkering van loopbaanonderbreking '.
Hoofdstuk 4. Afwijking van het besluit van de Waalse Regering van 20 september 2018 tot uitvoering van artikel 5, §§ 3 en 4, van het decreet van 8 februari 2018 betreffende het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen voor de kinderen die bedrijfsopleidingen volgen in een PFIkader
Artikel 10 In afwijking van artikel 3, § 1, lid 1, 1°, van het besluit van de Waalse Regering van 20 september 2018 tot uitvoering van artikel 5, §§ 3 en 4, van het decreet van 8 februari 2018 betreffende het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen met betrekking tot de toekenningsvoorwaarden van gezinsprestaties aan kinderen ouder dan achttien jaar voor de kwartalen die één maand lockdown tellen tijdens welke worden geschorst de bedrijfsstages voorzien in het kader van een "PFI" (Plan Formation Insertion) overeenkomstig het decreet van april 2019 betreffende de individuele beroepsopleiding en het besluit van de Waalse Regering van 25 april 2019, vormt de inning van een maandelijkse bruto-bezoldiging hoger dan 541,09 euro per maand uitgezonderd het vakantiegeld een beletsel voor de toekenning van de gezinsprestaties. Het bedrag wordt aan de spilindex 103,04 (basis 2013=100) gekoppeld.
Hoofdstuk 5. Afwijking van de verplichting tot het volgen van de lessen a rato van 17 uur per week
Artikel 11 In afwijking van de artikelen 1, 2 en 5 van het koninklijk besluit van 10 augustus 2005 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder kinderbijslag wordt verleend ten behoeve van het kind dat onderwijs volgt of een vorming doorloopt zoals gewijzigd bij het koninklijk besluit van 19 september 2008 wordt de verplichting tot het volgen van de lessen vervuld geacht wanneer het kind ingeschreven is in één van de inrichtingen bedoeld in artikel 1 van hetzelfde besluit.
Artikel 12 In afwijking van het besluit van de Waalse Regering van 20 september 2018 tot uitvoering van artikel 5, §§ 3 en 4, van het decreet van 8 februari 2018 betreffende het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen, met betrekking tot de toekenningsvoorwaarden van de gezinsbijslagen aan kinderen ouder dan achttien jaar wordt de verplichting tot het volgen van de cursussen vervuld geacht wanneer het kind ingeschreven is in één van de inrichtingen bedoeld in artikel 5 van hetzelfde besluit.
Hoofdstuk 6. Afwijking van het koninklijk besluit van 10 augustus 2005 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder kinderbijslag wordt verleend ten behoeve van het kind dat onderwijs volgt of een vorming doorloopt bij nietgeorganiseerde examens of uitgestelde activiteiten vereist voor het verkrijgen van het diploma
Artikel 13 In afwijking van artikel 9, § 3, van het koninklijk besluit van tot vaststelling van de voorwaarden waaronder kinderbijslag wordt verleend ten behoeve van het kind dat onderwijs volgt of een vorming doorloopt, ingevoegd koninklijk besluit van 19 september 2008, behouden de laatstejaarsstudenten wier examens in juni of september 2020 niet georganiseerd worden of van wie sommige studieactiviteiten, vereist voor het behalen van het diploma uitgesteld zijn wegens de sanitaire crisis COVID-19 hun recht op de gezinsbijlagen later dan september 2020 zonder nieuwe inschrijving en dit tot de organisatie van de examens of de uitvoering van de studieactiviteiten of uiterlijk tot 31 januari 2021. De student dient voor 27 credits ingeschreven te zijn tijdens het academiejaar 2019-2020.
Hoofdstuk 7. Slotbepalingen
Artikel 14 Dit besluit heeft uitwerking op 1 maart 2020.
Ter afwijking hebben de artikelen 3 en 10 hebben uitwerking op 1 januari 2020.
De Minister belast met de gezinsbijslagen bepaalt de datum te bepalen waarop het besluit ophoudt uitwerking te hebben.
Artikel 15 De Minister belast met de Gezinsbijslagen is belast met de uitvoering van dit besluit.
Artikel 1 Dit besluit regelt overeenkomstig artikel 138 van de Grondwet aangelegenheden bedoeld in artikel 128, § 1, ervan.
Hoofdstuk 2. Vrijstelling van de studentenjobs in de berekening van de 240u/kwartaal
Artikel 2 In artikel 1, lid 3, van het koninklijk besluit van 6 maart 1979 tot bepaling van de voorwaarden waaronder kinderbijslag wordt verleend ten behoeve van het kind dat verbonden is door een leerovereenkomst, ingevoegd bij het samenwerkingsakkoord van 29 december 2017, worden de woorden "in juli, augustus en september" en de woorden "tenzij het kind niet effectief de lessen hervat" opgeheven.
Artikel 3 In artikel 13, § 1, van het koninklijk besluit van 10 augustus 2005 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder kinderbijslag wordt verleend ten behoeve van het kind dat onderwijs volgt of een vorming doorloopt, wordt lid één aangevuld als volgt:
c) als deze uitgeoefend wordt in het kader van een studentencontract zonder een contingent van 475u per kalenderjaar te hebben bereikt.".
Artikel 4 In artikel 14, lid 4, van hetzelfde koninklijk besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 19 september 2008, worden de woorden "in juli, augustus en september" en de woorden "behalve wat betreft de in artikelen 7 en 12 bedoelde kinderen" opgeheven.
Artikel 5 In artikel 3, § 1, lid 3, van het besluit van de Waalse Regering van 20 september 2018 tot uitvoering van artikel 5, §§ 3 en 4, van het decreet van 8 februari 2018 betreffende het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen, met betrekking tot de toekenningsvoorwaarden van de gezinsbijslagen aan kinderen ouder dan achttien jaar worden volgende wijzigingen aangebracht:
1) de woorden "en 4° " worden ingevoegd tussen de woorden "Wat punt 1° en" en het woord "betreft,";
2) de woorden "of geïnde vergoedingen" worden ingevoegd na de woorden "gepresteerde uren".
Hoofdstuk 3. Weghalen van tijdelijke werkloosheid uit de beletsels van het recht op gezinstoelagen
Artikel 6 In afwijking van artikel 1, lid 1, 2°, van het koninklijk besluit van 6 maart 1979 tot bepaling van de voorwaarden waaronder kinderbijslag wordt verleend ten behoeve van het kind dat verbonden is door een leerovereenkomst, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 22 mei 2004, worden de inkomsten uit tijdelijke werkloosheid voor de kinderen die in aanmerking komen voor gezinsprestaties tot daags voor de lockdown niet in rekening genomen voor de berekening van de bruto-vergoeding bedoeld in hetzelfde artikel.
Artikel 7 In artikel 13, § 2, lid 2, van het koninklijk besluit van 10 augustus 2005 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder kinderbijslag wordt verleend ten behoeve van het kind dat onderwijs volgt of een vorming doorloopt, zoals gewijzigd bij het koninklijk besluit van 19 september 2008, worden de woorden ",onder uitsluiting van tijdelijke werkloosheid," ingevoegd tussen de woorden "buitenlandse werkloosheidsregeling" en de woorden "of van een loopbaanonderbrekingsuitkering".
Artikel 8 In afwijking van artikel 14, lid 1, van het koninklijk besluit van 10 augustus 2005 tot bepaling van de voorwaarden waaronder kinderbijslag wordt verleend ten behoeve van het kind dat verbonden is door een leerovereenkomst, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 22 mei 2004, worden de inkomsten uit tijdelijke werkloosheid voor de kinderen die in aanmerking komen voor gezinsprestaties tot daags voor de lockdown niet in rekening genomen voor de berekening van de bruto-vergoeding bedoeld in hetzelfde artikel.
Artikel 9 In artikel 3, § 1, lid 1, 3°, van het besluit van de Waalse Regering van 20 september 2018 tot uitvoering van artikel 5, §§ 3 en 4, van het decreet van 8 februari 2018 betreffende het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen, met betrekking tot de toekenningsvoorwaarden van de gezinsbijslagen aan kinderen ouder dan achttien jaar worden de woorden `onder uitsluiting van tijdelijke werkloosheid' ingevoegd tussen de woorden ` in verband met werkloosheid' en de woorden `of een uitkering van loopbaanonderbreking '.
Hoofdstuk 4. Afwijking van het besluit van de Waalse Regering van 20 september 2018 tot uitvoering van artikel 5, §§ 3 en 4, van het decreet van 8 februari 2018 betreffende het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen voor de kinderen die bedrijfsopleidingen volgen in een PFIkader
Artikel 10 In afwijking van artikel 3, § 1, lid 1, 1°, van het besluit van de Waalse Regering van 20 september 2018 tot uitvoering van artikel 5, §§ 3 en 4, van het decreet van 8 februari 2018 betreffende het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen met betrekking tot de toekenningsvoorwaarden van gezinsprestaties aan kinderen ouder dan achttien jaar voor de kwartalen die één maand lockdown tellen tijdens welke worden geschorst de bedrijfsstages voorzien in het kader van een "PFI" (Plan Formation Insertion) overeenkomstig het decreet van april 2019 betreffende de individuele beroepsopleiding en het besluit van de Waalse Regering van 25 april 2019, vormt de inning van een maandelijkse bruto-bezoldiging hoger dan 541,09 euro per maand uitgezonderd het vakantiegeld een beletsel voor de toekenning van de gezinsprestaties. Het bedrag wordt aan de spilindex 103,04 (basis 2013=100) gekoppeld.
Hoofdstuk 5. Afwijking van de verplichting tot het volgen van de lessen a rato van 17 uur per week
Artikel 11 In afwijking van de artikelen 1, 2 en 5 van het koninklijk besluit van 10 augustus 2005 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder kinderbijslag wordt verleend ten behoeve van het kind dat onderwijs volgt of een vorming doorloopt zoals gewijzigd bij het koninklijk besluit van 19 september 2008 wordt de verplichting tot het volgen van de lessen vervuld geacht wanneer het kind ingeschreven is in één van de inrichtingen bedoeld in artikel 1 van hetzelfde besluit.
Artikel 12 In afwijking van het besluit van de Waalse Regering van 20 september 2018 tot uitvoering van artikel 5, §§ 3 en 4, van het decreet van 8 februari 2018 betreffende het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen, met betrekking tot de toekenningsvoorwaarden van de gezinsbijslagen aan kinderen ouder dan achttien jaar wordt de verplichting tot het volgen van de cursussen vervuld geacht wanneer het kind ingeschreven is in één van de inrichtingen bedoeld in artikel 5 van hetzelfde besluit.
Hoofdstuk 6. Afwijking van het koninklijk besluit van 10 augustus 2005 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder kinderbijslag wordt verleend ten behoeve van het kind dat onderwijs volgt of een vorming doorloopt bij nietgeorganiseerde examens of uitgestelde activiteiten vereist voor het verkrijgen van het diploma
Artikel 13 In afwijking van artikel 9, § 3, van het koninklijk besluit van tot vaststelling van de voorwaarden waaronder kinderbijslag wordt verleend ten behoeve van het kind dat onderwijs volgt of een vorming doorloopt, ingevoegd koninklijk besluit van 19 september 2008, behouden de laatstejaarsstudenten wier examens in juni of september 2020 niet georganiseerd worden of van wie sommige studieactiviteiten, vereist voor het behalen van het diploma uitgesteld zijn wegens de sanitaire crisis COVID-19 hun recht op de gezinsbijlagen later dan september 2020 zonder nieuwe inschrijving en dit tot de organisatie van de examens of de uitvoering van de studieactiviteiten of uiterlijk tot 31 januari 2021. De student dient voor 27 credits ingeschreven te zijn tijdens het academiejaar 2019-2020.
Hoofdstuk 7. Slotbepalingen
Artikel 14 Dit besluit heeft uitwerking op 1 maart 2020.
Ter afwijking hebben de artikelen 3 en 10 hebben uitwerking op 1 januari 2020.
De Minister belast met de gezinsbijslagen bepaalt de datum te bepalen waarop het besluit ophoudt uitwerking te hebben.
Artikel 15 De Minister belast met de Gezinsbijslagen is belast met de uitvoering van dit besluit.