Koninklijk besluit tot wijziging van artikel 4 van het koninklijk besluit van 27 januari 2022 tot vaststelling van de verdelingswijze en de toekenning van de administratiekosten onder de landsbonden wat de voorbereiding en uitvoering van de "Terug Naar Werk-trajecten" betreft

Datum :
06-09-2022
Taal :
Frans Nederlands
Grootte :
1 pagina
Sectie :
Wetgeving
Bron :
Numac 2022205454

Originele tekst :

Voeg het document toe aan een map () om te beginnen met annoteren.
Artikel 1 In artikel 4 van het koninklijk besluit van 27 januari 2022 tot vaststelling van de verdelingswijze en de toekenning van de administratiekosten onder de landsbonden wat de voorbereiding en uitvoering van de "Terug Naar Werk-trajecten" betreft, wordt het eerste lid vervangen als volgt:
  "Wat de toekenning van het bedrag van de administratiekosten verdeeld overeenkomstig artikel 2 vanaf het dienstjaar 2022 betreft, bezorgt elke landsbond na afloop van het betrokken dienstjaar aan de Dienst voor uitkeringen van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering een register waarin het aantal tijdens dat dienstjaar tewerkgestelde "Terug Naar Werk-coördinatoren", met inbegrip van de vervangers die in voorkomend geval in dienst worden genomen bij een schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst, worden vermeld, evenals de in functie van de betrokken kalendermaanden uitgedrukte duur en het arbeidsvolume van hun tewerkstelling. In geval van een schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst van de "Terug Naar Werk-coördinator" en voor zover de betrokken "Terug Naar Werk-coördinator" niet wordt vervangen, wordt de periode van schorsing vanaf haar begin tot en met het einde van de derde kalendermaand volgend op de kalendermaand waarin de schorsing is aangevat, gelijkgesteld met een periode van effectieve tewerkstelling. Dit register bevat voor elke "Terug Naar Werk-coördinator" ook de noodzakelijke gegevens om de voorwaarde bedoeld in artikel 215octies, § 2, 1° van het koninklijk besluit van 3 juli 1996 te kunnen nagaan.".

Artikel 2 Dit besluit is voor de eerste maal van toepassing op het dienstjaar 2022.

Artikel 3 De minister bevoegd voor Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.