Wet houdende instemming met het Tweede Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag aangaande de wederzijdse rechtshulp in strafzaken, gedaan te Straatsburg op 8 november 2001

Datum :
18-02-2009
Taal :
Frans Nederlands
Grootte :
1 pagina
Sectie :
Wetgeving
Bron :
Numac 2012015193

Originele tekst :

Voeg het document toe aan een map () om te beginnen met annoteren.
Artikel M Op 5 november 2012 heeft België het voorbehoud bij de artikelen 17, 18, 19 en 20 van het Tweede Aanvullend Protocol, dat neergelegd werd bij de ratificatie van voormeld Protocol, ingetrokken.
  Dit voorbehoud luidde als volgt :
  " Met betrekking tot de artikelen 17, 18, 19 en 20 van het Protocol is de regering van het Koninkrijk België voornemens gebruik te maken van de in artikel 33, tweede lid, geboden mogelijkheid om het beroep op grensoverschrijdende observatie, gecontroleerde aflevering, infiltratie en gemeenschappelijke onderzoeksteams alleen te aanvaarden voor de volgende strafbare feiten : wapen- en drugshandel, mensenhandel, pedofilie en terrorisme.
  Het beroep op deze drie bijzondere opsporingsmethoden op Belgisch grondgebied moet overigens uitsluitend door de bevoegde Belgische ambtenaren ten uitvoer worden gelegd.
  Met toepassing van het vierde lid van dezelfde artikelen 17, 18, 19 en 20 verklaart de regering van het Koninkrijk België dat de federale procureur wordt aangewezen als bevoegde Belgische rechterlijke autoriteit voor de tenuitvoerlegging van de verzoeken om rechtshulp waarbij sprake is van een beroep op dergelijke bijzondere opsporingsmethoden. "
  De intrekking van het voorbehoud heeft uitwerking op 5 november 2012.