Wet tot wijziging van artikel 3ter, eerste lid, van het koninklijk besluit nr. 50 van 24 oktober 1967 betreffende het rust- en overlevingspensioen voor werknemers
- Sectie :
- Wetgeving
- Bron :
- Numac 2024202296
Originele tekst :
Voeg het document toe aan een map
()
om te beginnen met annoteren.
Artikel 1 Deze wet regelt een aangelegenheid bedoeld in artikel 74 van de Grondwet.
Artikel 2 In artikel 3ter, eerste lid, van het koninklijk besluit nr. 50 van 24 oktober 1967 betreffende het rust- en overlevingspensioen voor werknemers, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 10 juni 2001 en gewijzigd bij de wet van 5 december 2017, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
a) de bepaling onder 2° wordt aangevuld met de bepaling onder d), luidende:
"d) de niet-vergoedbare dagen of uren berekend overeenkomstig artikel 188, § 2, van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering.";
b) de bepaling onder 3° wordt aangevuld de bepaling onder d), luidende:
"d) de niet-vergoedbare periode berekend overeenkomstig artikel 188, § 2, van het voormelde koninklijk besluit van 25 november 1991."
Artikel 3 De bepalingen van deze wet zijn van toepassing:
1° op de kalenderjaren na 31 december 2023;
2° op de pensioenen die daadwerkelijk en voor de eerste maal ten vroegste op 1 januari 2025 ingaan, met uitzondering van de overlevingspensioenen berekend op basis van een rustpensioen dat daadwerkelijk en voor de eerste maal ten laatste op 1 december 2024 ingegaan is.
Artikel 4 Deze wet treedt in werking op 1 januari 2025.
Artikel 2 In artikel 3ter, eerste lid, van het koninklijk besluit nr. 50 van 24 oktober 1967 betreffende het rust- en overlevingspensioen voor werknemers, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 10 juni 2001 en gewijzigd bij de wet van 5 december 2017, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
a) de bepaling onder 2° wordt aangevuld met de bepaling onder d), luidende:
"d) de niet-vergoedbare dagen of uren berekend overeenkomstig artikel 188, § 2, van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering.";
b) de bepaling onder 3° wordt aangevuld de bepaling onder d), luidende:
"d) de niet-vergoedbare periode berekend overeenkomstig artikel 188, § 2, van het voormelde koninklijk besluit van 25 november 1991."
Artikel 3 De bepalingen van deze wet zijn van toepassing:
1° op de kalenderjaren na 31 december 2023;
2° op de pensioenen die daadwerkelijk en voor de eerste maal ten vroegste op 1 januari 2025 ingaan, met uitzondering van de overlevingspensioenen berekend op basis van een rustpensioen dat daadwerkelijk en voor de eerste maal ten laatste op 1 december 2024 ingegaan is.
Artikel 4 Deze wet treedt in werking op 1 januari 2025.