Commissie voor financiële hulp aan slachtoffers van opzettelijke gewelddaden en aan de occasionele redders: Beslissing van 5 Februari 2007 (België). RG M60704/4903

Date :
05-02-2007
Language :
Dutch
Size :
2 pages
Section :
Case law
Source :
Justel N-20070205-2
Role number :
M60704/4903

Summary :

Samenvatting 1

Decision :

Add the document to a folder () to start annotating it.

(...)

I. Feiten

Op 22 juli 2003 werd mevrouw Huguette X., de grootmoeder van verzoeker, in haar woning te ... vermoord door haar vriend, de heer Z.. Deze wilde een relatie aanknopen met de poetsvrouw, mevrouw Marleen V., doch het slachtoffer stond daartoe in de weg.

Z. bekende dat hij het slachtoffer 5 à 6 keer met een 3 kilogram wegende moker op de schedel had geslagen terwijl ze nog lag te slapen. Toen de benen van het slachtoffer na de eerste slag nog bewogen en zij begon te gorgelen, stopte voornoemde een zakdoek in haar mond om het geluid te drukken en hield hij de moker stevig op haar keel gedrukt totdat alle leven ophield.

In ... haalde hij met de bankkaart van het slachtoffer EURO 250 van haar rekening.

II. Vervolging

Bij arrest van het Hof van Assisen van de provincie ... d.d. 29 april 2005 werd de heer Z. veroordeeld tot levenslange opsluiting wegens moord, het bedrieglijk wegnemen van de bankkaart van het slachtoffer en het bedrieglijk verwerven van een vermogensvoordeel. Hij werd eveneens levenslang ontzet uit zijn burgerlijke en politieke rechten.

In de zaak ter afhandeling van de burgerlijke belangen werd Z. bij arrest van voornoemd Hof d.d. 30 juni 2005 veroordeeld tot betaling van een morele schadevergoeding van EURO 1.500 meer intresten aan verzoeker.

In het arrest lezen we: "Gelet op de familieband tussen de burgerlijke partij (kleinkind) en het slachtoffer, de concrete onderlinge emotionele band (niet-inwonend doch geregelde onderlinge contacten), de leeftijd van het slachtoffer en de omstandigheden waarin zij om het leven kwam (moord), begroot het Hof de morele schade in hoofde van deze burgerlijke partij ex aequo et bono op EURO 1.500, meer de intresten zoals hierna bepaald."

Blijkens een attest van de griffie bekwam dit arrest kracht van gewijsde.

III. Mogelijkheden tot schadeloosstelling

Het sub II vermeld arrest d.d. 30 juni 2005 werd bij deurwaardersexploot d.d. 19 augustus 2005 aan de veroordeelde betekend.

Uit het schrijven van gerechtsdeurwaarder D. Verhaeghe d.d. 5 januari 2006 blijkt evenwel dat de dader onvermogend is. Hij bezit geen onroerende goederen en aangezien hij zich in de gevangenis bevindt, is roerende uitvoering evenmin mogelijk.

Verzoeker beschikt niet over een polis rechtsbijstand.

IV. Begroting van de schade door de verzoeker

Verzoeker vraagt, conform het arrest d.d. 30 juni 2005, om de toekenning van een financiële hulp van EURO 1.500 ter dekking van de morele schade.

In zijn schrijven d.d. 1 december 2006 deelt de raadsman van verzoeker mee dat zijn cliënt zich zal gedragen naar de wijsheid van de Commissie wat het bedrag van de toegekende hulp betreft.

V. Beoordeling door de Commissie

Het verzoekschrift aan de Commissie is regelmatig naar de vorm en het werd tijdig neergelegd. Aan de ontvankelijkheidsvoorwaarden werd voldaan.

De wetgeving betreffende de hulp aan slachtoffers van opzettelijke gewelddaden verleent aan de slachtoffers geen subjectief recht op "schadeloosstelling", maar wel op het eventueel bekomen van een "hulp", gesteund op het principe van de collectieve solidariteit. Uit de aard zelf van de hulp volgt dat de "volledige vergoeding" van het door de slachtoffers geleden nadeel niet wordt gewaarborgd. Bij het beoordelen van een hulp dienen de voorschriften van de artikelen 31, 31bis, 32, 33 en 33bis van de wet van 1 augustus 1985 nageleefd te worden.

Rekening houdend met alle omstandigheden van de zaak, zoals zij blijken uit de neergelegde stukken, meent de Commissie dat aan verzoeker voor de morele schade een hulp kan worden toegekend zoals hierna bepaald. Bij de bepaling van dit bedrag steunt de Commissie zich op haar gebruikelijke rechtspraak in gelijkaardige dossiers.

VI. Begroting van de hulp door de Commissie

De hulp kan in billijkheid begroot worden op EURO 1.500.

*

* *

OP DIE GRONDEN,

De Commissie,

Gelet op de artikelen 17 § 1, 39 tot 42 van de gecoördineerde wetten van 18 juli 1966 tot regeling van het taalgebruik in bestuurszaken, de artikelen 31 tot 37bis van de wet van 1 augustus 1985, zoals gewijzigd door de wetten van 26 maart 2003, 22 april 2003 en 27 december 2004, en de artikelen 28 tot 34 van het K.B. van 18 december 1986,

Verklaart het verzoek ontvankelijk en kent de verzoeker een hulp toe van EURO 1.500.

Aldus uitgesproken te Brussel, in openbare zitting en in de Nederlandse taal op 5 februari 2007.

De secretaris, De voorzitter,

G. VAN DEN ABBEELE L. VULSTEKE