In geval van vaststelling van een op heterdaad ontdekte misdaad of wanbedrijf, zijn de procureur des Konings en de officieren van de gerechtelijke politie die hem bijstaan bevoegd om een huiszoeking te verrichten zonder last van de onderzoeksrechter, zelfs na negen uur 's avonds en vóór vijf uur 's morgens; voor de wettigheid van een onder dergelijke voorwaarden verrichte huiszoeking is vereist dat vooraf, overeenkomstig art. 41 Wetboek van Strafvordering, een op heterdaad ontdekte misdaad of wanbedrijf is vastgesteld. ( Artt. 36, 37 en 41 Wetboek van Strafvordering; art. 1, tweede lid, 2° Wet 7 juni 1969. )
The full and consolidated version of this text is not available.
Already registered? Login now