Hof van Cassatie: Arrest van 17 Februari 2010 (België). RG P.10.0267.F

Date :
17-02-2010
Language :
French Dutch
Size :
1 page
Section :
Case law
Source :
Justel N-20100217-1
Role number :
P.10.0267.F

Summary :

Wanneer het onderzoeksgerecht de duur van de voorlopige hechtenis moet nagaan, dient het op een actuele, nauwkeurige en geïndividualiseerde wijze, de gegevens van de zaak te beoordelen (1). (1) Zie Cass., 7 mei 2003, AR P.03.0620.F, A.C., 2003, nr. 280, en Cass., 25 juni 2008, AR P.08.0963.F, A.C., 2008, nr. 400.

Arrêt :

Add the document to a folder () to start annotating it.

Nr. P.10.0267.F

K. E. H.,

Mr. Julien Moinil, advocaat bij de balie te Brussel.

I. RECHTSPLEGING VOOR HET HOF

Het cassatieberoep is gericht tegen het arrest van het hof van beroep te Brussel, kamer van inbeschuldigingstelling, van 4 februari 2010.

De eiser voert in een memorie die aan dit arrest is gehecht, een middel aan.

Raadsheer Benoît Dejemeppe heeft verslag uitgebracht.

Advocaat-generaal Raymond Loop heeft geconcludeerd.

II. BESLISSING VAN HET HOF

Beoordeling

Middel

Het middel voert aan dat het arrest, door de voorlopige hechtenis van de eiser te handhaven, de redelijke termijn miskent die bij artikel 5.3 van het Verdrag tot Bescherming van de Rechten van de Mens en de Fundamentele Vrijheden is gewaarborgd.

Wanneer het onderzoeksgerecht de duur van de voorlopige hechtenis moet nagaan, dient het op een actuele, nauwkeurige en geïndividualiseerde wijze, de gegevens van de zaak te beoordelen.

De eiser werd op 9 juni 2009 onder aanhoudingsbevel geplaatst wegens verboden bezit en verkoop van verdovende middelen, in het kader van een vereniging en in de hoedanigheid van leider. Voor de kamer van inbeschuldigingstelling heeft hij geconcludeerd dat de redelijke termijn van zijn hechtenis overschreden was. Hij heeft dienaangaande aangevoerd dat het onderzoek abnormale vertraging had opgelopen, in zoverre sedert 28 oktober 2009 geen enkele onderzoeksopdracht was verricht, hij een bekentenis had afgelegd, aan het onderzoek had meegewerkt en over een adres in België beschikte.

De eiser heeft aldus verschillende omstandigheden aangevoerd die volgens hem van dien aard zijn dat ze het bestaan van een werkelijk vereiste van openbaar belang uitsluiten, vereiste dat grond oplevert om te blijven afwijken van de regel van de eerbiediging van de individuele vrijheid.

Het arrest beslist dat de redelijke termijn werd geëerbiedigd, op grond dat het rekening houdt met de gegevens die de rechtspleging kenmerken, zonder deze evenwel nader te omschrijven, alsook met de voortgang van de rechtspleging, waarbij het alleen erop wijst dat het onderzoeksdossier aan het parket werd meegedeeld om te handelen als naar recht, en dat het parket een ontwerp van vordering heeft opgemaakt met het oog op de regeling van de rechtspleging.

Met deze overwegingen die hoofdzakelijk betrekking hebben op het afronden van het gerechtelijk onderzoek, gaan de appelrechters niet concreet en nauwkeurig na of het onderzoek, tot het afsluiten ervan, met de vereiste spoed was gevoerd en voortgezet, rekening houdend onder meer met de ingewikkeldheid van de zaak en de houding van de eiser.

Het middel is wat dat betreft gegrond.

Dictum

Het Hof,

Vernietigt het bestreden arrest.

Beveelt dat van dit arrest melding zal worden gemaakt op de kant van het vernietigde arrest.

Laat de kosten ten laste van de Staat.

Verwijst de zaak naar het hof van beroep te Brussel, kamer van inbeschuldigingstelling, anders samengesteld.

Aldus geoordeeld door het Hof van Cassatie, tweede kamer, te Brussel, door afdelingsvoorzitter Jean de Codt, de raadsheren Benoît Dejemeppe, Pierre Cornelis, Alain Simon en Gustave Steffens, en in openbare terechtzitting van 17 februari 2010 uitgesproken door afdelingsvoorzitter Jean de Codt, in aanwezigheid van advocaat-generaal Raymond Loop, met bijstand van griffier Tatiana Fenaux.

Vertaling opgemaakt onder toezicht van raadsheer Filip Van Volsem en overgeschreven met assistentie van afgevaardigd griffier Véronique Kosynsky.

De afgevaardigd griffier, De raadsheer,