No title

Date :
17-01-2017
Language :
Dutch
Size :
4 pages
Section :
Regulation
Type :
Sub-domain :
Fiscal Discipline

Summary :

art. 208. art. 208. Nummer R 208/01-01 01. - Boeten. 01. - Inzake registratierechten dient de berekening van de boete, die werd opgelopen ingevolge registratie buiten termijn, meerwaarde, veinzing of

Original text :

Add the document to a folder () to start annotating it.

Contact | Disclaimer | FAQ
   
Quick search :
Fisconet plus Version 5.9.23
Service Public Federal
Finances
art. 208
Document
Content exists in : nl

Search in text:
Print    E-mail    Show properties

Properties


Nummer R 208/01-01

01. - Boeten.

01. - Inzake registratierechten dient de berekening van de boete, die werd opgelopen ingevolge registratie buiten termijn, meerwaarde, veinzing of prijsbewimpeling, in beginsel niet te worden herzien wanneer belanghebbende naderhand ingevolge een latere gebeurtenis (b.v. art. 57; 58; 209, 2°; 210; 212 en 213) volledige of gedeeltelijke teruggaaf bekomt van de op de akte geheven registratierechten (verslag aan de Koning betreffende artikel 208).

Zo evenwel de boete nog niet was betaald op het ogenblik waarop bedoelde gebeurtenis is ingetreden en de vordering tot teruggave der registratierechten in hoofde van belanghebbende is ontstaan (b.v. art. 57 : datum van het definitief worden van het kadastraal inkomen; art. 212 : datum van de authentieke akte van wederverkoop), mag de door hem verschuldigde boete nog enkelberekend worden in functie van het bedrag der rechten dat uiteindelijk op de akte verschuldigd is.

(Besl. 28 februari 1956, nr. E.E./73.158)

----------

JANUARI 1991 - 1168

 

Nummer R 208/02-01

02. - Prijsvermindering door de verkoper toegestaan wegens oppervlaktetekort van het verkochte goed.

01. - Werd een grond verkocht tegen een globale prijs, dan wettigt de prijsvermindering die achteraf door de verkoper wordt toegestaan omdat de voor het verkocht goed in de akte opgegeven oppervlakte meer bedraagt dan de werkelijke oppervlakte, geen teruggaaf van een deel der bij de registratie van de verkoopakte geheven rechten.

(Besl. 11 juli 1961, nr. E.E./76.955.)

----------

JANUARI 1980 - 1169

 

Nummer R 208/03-01

03. - Schuldvergelijking.

01. - De rechten die voor teruggaaf vatbaar zijn bij toepassing van artikel 212 kunnen in vergelijking gebracht worden met de sommen die aan het bestuur op dezelfde akte en door dezelfde partijen verschuldigd zijn wegens een niet meer betwistbare tekortschatting.

(Vonnis van de rechtbank van eerste aanleg te Brugge, dd. 24 december 1963. - bl. nr. E.E./77.777.)

----------

JANUARI 1980 - 1170

 

Nummer R 208/04-01

04. - Bij vergissing toegestane opheffing.

01. - De omstandigheid dat de opheffing zonder enig nut is doordat degene die ze heeft toegestaan vroeger een derde in zijn hypotheekrecht had gesubrogeerd, levert geen grond tot teruggaaf op voor de rechten die werden geheven op de akte van opheffing.

(Besl. 27 februari 1968, nr. E.E./80.409.)

----------

JANUARI 1980 - 1171

 

Nummer R 208/05-01

05. - Handelaar in onroerende goederen. Vaststelling van de verkrijging bij authentieke akte, na de registratie van documenten die een optielichting inhouden.

01. - In een geval waarin een persoon die zijn beroep maakt van de aankoop van onroerende goederen met het oog op wederverkoop, documenten had laten registreren die de lichting inhouden van een hem toegestane aankoopoptie, maar die de bevestiging niet inhielden van de vervulling van de door artikel 631 gestelde voorwaarden, werd er beslist dat de latere vaststelling van de aankoop bij authentieke akte in behoorlijke vorm de teruggaaf niet toelaat van een deel van het gewoon recht dat regelmatig werd geheven.

Het Hof van beroep te Brussel is niet ingegaan op het door de beroepspersoon ingeroepen argument als zou hij verplicht geweest zijn de documenten, die de lichting van de optie inhouden, te laten registreren wegens de treuzelingen en verzwijgingen van de verkoper, waardoor de authentieke akte niet kon verleden worden binnen de termijn gesteld voor de registratie van de overeenkomstenhoudende overdracht van eigendom van onroerende goederen.

(Vonnis van de rechtbank van eerste aanleg te Brussel, dd. 24 mei 1972, Rec. gén., nr. 21.610, en arrest van het hof van beroep te Brussel, dd. 3 november 1975, Rec. gén., nr. 22.056 - bl. nr. E.E./81.175.)

----------

JANUARI 1980 - 1172

 

Nummer R 208/06-01

06. – Ten onrechte geheven rechten.

01. - Wanneer de ontvanger de wet verkeerd heeft toegepast en niet verschuldigde rechten heeft geheven, laat artikel 208 stilzwijgend teruggaaf toe.

Dat is met name het geval voor het verkooprecht dat werd geheven bij de registratie van een akte die geen verkoop vaststelt maar een verkoopbelofte met handgeld.

(Vonnis van de rechtbank van eerste aanleg te Antwerpen, dd. 28 juni 1973, Rec. gén., nr. 21.757. - bl. nr. E.E./83.016.)

----------

JANUARI 1980 - 1173

 

Nummer R 208/06-02

06. - Ten onrechte geheven rechten.

02. - De bijrechten gevorderd ten gevolge van een tekortschatting werden door de belastingplichtige betaald in het kader van een minnelijke procedure in de loop waarvan de belastingplichtige en de Administratie hun argumenten hebben kunnen laten gelden.

De belastingplichtige vordert vervolgens de teruggave van de volgens hem ten onrechte betaalde som.

Indien in het kader van een minnelijke procedure de belastingplichtige de door de Administratie gevorderde bijrechten zonder voorbehoud betaalt, wordt hij geacht een dading te hebben gesloten en is hij definitief gebonden, evenals de Administratie.

Bijgevolg heeft de belastingplichtige niet meer het recht om de sommen terug te vorderen die hij heeft betaald met kennis van zaken en zonder voorbehoud.

(Vonnis van de rechtbank van eerste aanleg te Namen, dd. 24 mei 1996, bevestigd door een arrest van het hof van beroep te Luik, derde kamer, d.d. 28 maart 2000, Rec. gén., 2001, nr. 25.097 - bl. nr. E.E./95.053.)

----------
JULI 2001 - 1173/2

 

Nummer R 208/06-03

06. - Ten onrechte geheven rechten

03. - De evenredige registratierechten geheven op een huurovereenkomst die slechts aan het algemeen vast recht diende onderworpen te worden, zijn ten onrechte geheven rechten.

De tegenpartij beweert dat het hier een onverschuldigde betaling in de zin van art. 1376 BW betreft.

De beginselen van de onverschuldigde betaling zijn in fiscale zaken slechts van toepassing in zoverre de fiscale wet er niet van afwijkt, wat het geval is wanneer de fiscale wet, zoals te dezen in art. 208 W.Reg., een teruggaaf voorziet van de onregelmatig geheven rechten.

De beginselen van de onverschuldigde betaling zijn hier niet van toepassing.

(Vonnis van de rechtbank van eerste aanleg te Antwerpen d.d. 29 juni 2011 - bl. nr. E.E./103.527)

----------

JULI 2012 - 1173/2-2

 

Nummer R 208/07-01

07. - Rechthebbende op teruggaaf.

01. - Op grond van de artikelen 1376 en 1377 B.W. dient de terugbetaling te geschieden aan diegene die de registratierechten aan de administratie betaald heeft.

Personen die de belasting niet betaald hebben, kunnen slechts aanspraak maken op teruggaaf mits ze het bewijs leveren dat ze de persoon die de betaling uitvoerde, terugbetaald hebben.

(Vonnis van de rechtbank van eerste aanleg te Brussel, dd. 15 oktober 1992. - bl. nr. E.E./86.341.)

----------

JANUARI 1997 - 1173/3

 

Nummer R 208/07-02

07. - Rechthebbende op de teruggave.

02. - Het verzoek tot teruggave dat enkel ondertekend is door de raadsman van de begunstigde, zonder bewijs van lastgeving hiertoe, is niet regelmatig en kan bijgevolg de verjaring voorzien in artikel 215 W. Reg. niet stuiten.

De eenvoudige bewering van de verzoekers als zou de lastgever het verzoek tot teruggave goedgekeurd hebben is onvoldoende om het bestaan van deze goedkeuring vast te stellen, evenals de bewering van het bestaan van een lastgeving onvoldoende is om het werkelijk bestaan ervan vast te stellen.

Daar het verzoek tot teruggave niet geldig ingediend werd binnen de termijn van artikel 215 voormeld, is de door de Administratie opgeworpen exceptie van verjaring gegrond.

(Vonnis van de Rechtbank van eerste aanleg te Nijvel dd. 7 maart 2006 - bl. nr. E.E./99.432.)

----------

OKTOBER 2006 - 1173/3-2

 

Nummer R 208/08-01

08. - Regelmatig geheven rechten.

01. - In geval van verkoop met miskenning van het recht van voorkoop bepaald in de Pachtwet of in de Vlaamse Wooncode zal de indeplaatsstelling die wettelijk voorzien is geen aanleiding geven tot teruggave van de op de verkoop met miskenning van het recht van voorkoop geheven evenredige registratierechten.

Teruggave is ook uitgesloten indien de uiteindelijke koper bij de aankoop enige vermindering of vrijstelling van de evenredige rechten had kunnen genieten.

De op het ogenblik van de registratie van de verkoop geheven registratierechten werden terecht geheven. Geen enkele wettelijke bepaling laat de teruggave toe.

(Besl. van 24 november 1999, nr. E.E./L. 88.)

----------

JANUARI 2000 - 1173/4

 

Nummer R 208/08-02

08. - Regelmatig geheven rechten.

02. - Inzake regelmatig geheven rechten is teruggave enkel mogelijk als de wettelijke voorwaarden vervuld zijn vervat in art. 209 e.v. W. Reg. Eisers stellen dat de heffing onregelmatig was doch blijven in gebreke dit te bewijzen. Op zicht van de stukken is de heffing regelmatig gebleken. Nu er geen onregelmatige heffing is geschied, en er integendeel wél regelmatige heffing is geschied, en eisers er bovendien in dit laatste geval niet in slagen hun situatie te klasseren in een van de wettelijke teruggaafmogelijkheden van artikel 209 en volgende W. Reg. ligt te deze geen oorzaak tot teruggaaf voor.

(Vonnis van de Rechtbank van eerste aanleg te Antwerpen dd. 27.06.2007 - bl. nr. E.E./98.722.)

----------

JANUARI 2008 - 1173/5