Samengevoegde mondelinge parlementaire vragen nr. 4986 van de heer Benoît Dispa, nr. 5007 van mevrouw Veerle Wouters en nr. 5035 van de heer Philippe Blanchart dd. 08.07.2015

Date :
08-07-2015
Language :
French Dutch
Size :
2 pages
Section :
Regulation
Type :
Parliamentary questions
Sub-domain :
Fiscal Discipline

Summary :

De btw-plicht voor rusthuizen

Original text :

Add the document to a folder () to start annotating it.

Contact | Disclaimer | FAQ
   
Quick search :
Fisconet plus Version 5.9.23
Service Public Federal
Finances
Home > Advanced search > Search results > Samengevoegde mondelinge parlementaire vragen nr. 4986 van de heer Benoît Dispa, nr. 5007 van mevrou...
Samengevoegde mondelinge parlementaire vragen nr. 4986 van de heer Benoît Dispa, nr. 5007 van mevrou...
Document
Content exists in : nl fr

Search in text:
Print    E-mail    Show properties

Properties

Document type : Parliamentary questions
Title : Samengevoegde mondelinge parlementaire vragen nr. 4986 van de heer Benoît Dispa, nr. 5007 van mevrouw Veerle Wouters en nr. 5035 van de heer Philippe Blanchart dd. 08.07.2015
Tax year : 2015
Document date : 08/07/2015
Keywords : belastingplichtige / belastingplicht / rusthuis
Document language : NL
Name : Samengevoegde mondelinge parlementaire vragen nr. 4986 van de heer Benoît Dispa, nr. 5007 van mevrouw Veerle Wouters en nr. 5035 van de heer Philippe Blanchart dd. 08.07.2015
Version : 1
Question asked by : Benoît Dispa ; Veerle Wouters ; Philippe Blanchart

Samengevoegde mondelinge parlementaire vragen nr. 4986 van de heer Benoît Dispa, nr. 5007 van mevrouw Veerle Wouters en nr. 5035 van de heer Philippe Blanchart dd. 08.07.2015

 

Kamer, Integraal verslag - Commissie voor de Financiën en Begroting, 2014-2015, CRIV 54 COM 220 dd. 08.07.2015, blz. 4

 

De btw-plicht voor rusthuizen

 

Benoît Dispa: Indien het Hof van Justitie van de Europese Unie zich naar aanleiding van een klacht tegen de btw-vrijstelling van rust- en verzorgingstehuizen uitspreekt, zullen de bewoners mogelijk aanzienlijk meer voor hun verblijf aldaar moeten neertellen.

De voor die sector bevoegde Vlaamse minister Jo Vandeurzen heeft verklaard dat hij daarover met de federale overheid overleg wilde organiseren.

Welke handelingen zouden aan de btw kunnen worden onderworpen? Wat zou dat de federale overheid opbrengen? Op hoeveel wordt de prijsverhoging voor de bewoners geraamd? Hoe zal u de wetgeving aanpassen indien België veroordeeld wordt? Zal u vóór de definitieve uitspraak van het Hof een vergadering met de deelstaten beleggen?

 

Veerle Wouters: Mijnheer de minister, anticiperend op de behandeling van de zaak-Les Jardins de Jouvence tegen de Belgische Staat wordt in de pers gewag gemaakt van het feit dat de btw-vrijstelling voor rusthuizen op de helling zou komen te staan, zij het niet volledig dan toch voor bijkomende diensten, zoals het verstrekken van maaltijden en andere dienstverleningen.

De prejudiciële vraag heeft enkel betrekking op serviceflats. De vraagstelling maakt dan ook een onderscheid tussen, enerzijds, het ter beschikking stellen van woonruimtes waar een bejaarde zelfstandig kan wonen en, anderzijds, de verschillende facultatieve diensten die worden geleverd aan de bewoners van de serviceflat en aan niet-bewoners, zoals het verstrekken van eten en dranken in een bar of restaurant.

Mijnheer de minister, bestaat het risico dat, hoewel de prejudiciële vraag enkel op serviceflats betrekking heeft, het antwoord van het Hof van Justitie toch een effect heeft op de draagwijdte van de btw-vrijstelling voor de rusthuizen?

Laat de btw-richtlijn toe om een onderscheid te maken bij de toepassing van de btw-vrijstelling tussen serviceflats, ingericht door publiekrechtelijke organen of vzw's die door de overheid worden erkend, enerzijds, en de commerciële ondernemingen, anderzijds?

Een dergelijk onderscheid vinden we nog terug bij andere diensten, zoals het verstrekken van onderwijs. Bij dit onderscheid zouden enkel commerciële ondernemingen aan de btw worden onderworpen.

Welk standpunt verdedigt de Belgische regering in de zaak C-335/14 voor het Hof van Justitie?

 

Philippe Blanchart: Vóór het einde van het jaar kan het Hof van Justitie van de Europese Unie een eind maken aan de btw-vrijstelling voor rusthuizen en serviceflats. De geneeskundige verzorging zou buiten schot blijven, maar de bewoners zouden een heffing van 12 procent op de maaltijden of 6 procent op de verblijfskosten moeten betalen. De financiering door de federale overheid van de zorg voor zwaar hulpbehoevende patiënten staat ook ter discussie.

Hoe staat het met dat dossier? In welke richting evolueren de besprekingen? Welke handelingen zouden aan de btw onderworpen worden? Het bejaardenbeleid werd naar de deelstaten overgeheveld. Zal u contact met hen opnemen om overleg te organiseren?

 

Minister Johan Van Overtveldt: Mijnheer de voorzitter, collega's, ik zal proberen uit te stijgen boven het belgeluid dat het begin van de plenaire vergadering aankondigt.

Instellingen die bejaardenzorg tot doel hebben, zijn vrijgesteld van btw. Dat is het principe. Zowel publiekrechtelijke instellingen als door de bevoegde overheid erkende privaatrechtelijke instellingen, ongeacht hun juridische vorm – vzw, nv, enzovoort –, worden door deze vrijstelling beoogd. Deze vrijstelling geldt niet alleen voor de opvang van bejaarden in bejaardentehuizen of woonzorgcentra, maar is ook van toepassing op serviceflats of assistentiewoningen. Bovendien is de vrijstelling van toepassing op het geheel van diensten dat wordt aangeboden aan de bewoners, dus zowel diensten die moeten worden verstrekt of verzekerd, als diensten die facultatief worden of kunnen worden aangeboden.

Om het geschil tussen Les Jardins de Jouvence en de Belgische Staat te regelen moet eerst worden bepaald of de verzorging die door serviceflats in privébeheer wordt verleend, vrijgesteld is van btw.

De zitting heeft plaatsgevonden op 3 juli jongstleden. De Belgische Staat ondersteunt het standpunt dat deze diensten inderdaad vrijgesteld zijn. De Europese Commissie heeft ter zitting de Belgische Staat op alle punten in dit dossier ondersteund.

Hoewel uit de zitting het definitieve standpunt van het Hof nog niet af te leiden valt, is het in elk geval heel onwaarschijnlijk dat deze zaak een juridisch spillovereffect zou hebben naar de btw-vrijstelling die geldt voor bejaardentehuizen of woonzorgcentra, die overigens letterlijk in de btw-richtlijn vermeld zijn.

We wachten nu op de volgende stap in de procedure, namelijk de conclusies van de advocaat-generaal. Die worden verwacht op 9 juli.

Hoe dan ook ben ik op mijn hoede voor enige negatieve ontwikkeling in dit dossier.

 

Benoît Dispa: Wij zullen deze situatie van nabij blijven volgen. Zal u overleg plegen met de deelgebieden? Dat zou nuttig zijn.

 

Veerle Wouters: Mijnheer de minister, laten we hopen dat de Europese Commissie, die onze visie over de vrijstelling op 3 juni al ondersteund heeft, ook morgen de conclusie trekt dat de vrijstelling voor rusthuizen, serviceflats en assistentiewoningen en voor alle diensten die daaromtrent worden geleverd, kan behouden blijven.

Ik vind het alleen jammer dat de pers soms zo negatief schrijft en mensen zoveel angst aanjaagt. De kans is immers heel groot dat de opgewekte onrust onnodig was.

 

Het incident is gesloten.