Vraag nr. 1054 van de volksvertegenwoordiger Reynders dd. 26.09.1997
Summary :
Bezoldigingen van bedrijfsleiders,Vrije beroepen,Burgerlijke vennootschap,Eenpersoonsvennootschap,Meewerkende echtgenoot,BTW-belastingplichtige,Band van ondergeschiktheid,Rechtspersoon
Original text :
Add the document to a folder
()
to start annotating it.
Fisconet
plus Version 5.9.23
Service Public Federal Finances |
|||||||
Home >
Advanced search >
Search results > Vraag nr. 1054 van de volksvertegenwoordiger Reynders dd. 26.09.1997
Vraag nr. 1054 van de volksvertegenwoordiger Reynders dd. 26.09.1997
Document
Search in text:
Properties
Document type : Parliamentary questions Title : Vraag nr. 1054 van de volksvertegenwoordiger Reynders dd. 26.09.1997 Tax year : 2005 Document date : 26/09/1997 Keywords : Bezoldigingen van bedrijfsleiders / Vrije beroepen / Burgerlijke vennootschap / Eenpersoonsvennootschap / Meewerkende echtgenoot / BTW-belastingplichtige / Band van ondergeschiktheid / Rechtspersoon Document language : NL Name : 97/1054 Version : 1 Question asked by : woordiger Reynders
VRAAG 97/1054 Vraag nr. 1054 van de volksvertegenwoordiger Reynders dd. 26.09.1997 Vr. en Antw., Kamer, G.Z. 1997-1998 blz. 15058 Bezoldigingen van bedrijfsleiders - Vrije beroepen - Burgerlijke vennootschap - Eenpersoonsvennootschap - Meewerkende echtgenoot - BTW-belastingplichtige - Band van ondergeschiktheid - Rechtspersoon VRAAG Bij het koninklijk besluit van 20 december 1996 wordt een nieuwe categorie beroepsinkomsten in het leven geroepen onder de rubriek "bezoldigingen van bedrijfsleiders". Dientengevolge verliest een gevolmachtigde van een vennootschap de mogelijkheid om een gedeelte van zijn inkomsten aan zijn meewerkende echtgenoot toe te kennen. Een echtgenoot die daadwerkelijk arbeid verricht voor de vennootschap, kan daarvoor inderdaad vergoed worden, maar rest de vraag hoe die bezoldiging moet worden gekwalificeerd. Ik denk hierbij vooral aan de beoefenaars van vrije beroepen die in het juridische kader van een burgerlijke maatschappij werken. In de meeste gevallen bepaalt de deontologie dat enkel personen die het beroep mogen uitoefenen, vennoot kunnen worden. In sommige beroepsgroepen mag het beroep dan weer enkel door eenmansvennootschappen worden uitgeoefend. 1. Mag men er derhalve van uitgaan dat de meewerkende echtgenoot die een leidinggevende functie uitoefent, bijvoorbeeld de administratie voert, en die om deontologische redenen vennoot noch gevolmachtigde kan zijn, aan de nieuwe definitie van "bedrijfsleider" beantwoordt ? 2. Beantwoordt de echtgenote van een notaris, bijvoorbeeld, die zelf juriste is en eventueel zelfs een licentiaat in het notariaat heeft, en die daadwerkelijk een functie bekleedt binnen de eenmansvennootschap waarvan haar echtgenoot zaakvoerder is, aan de nieuwe definitie van "bedrijfsleider" ? 3. Bevestigt u tevens dat de meewerkende echtgenoot voor die arbeidsprestaties niet BTW-plichtig is ? ANTWOORD Het geacht Lid gelieve hierna de antwoorden op de gestelde vragen te vinden. (...) Op het stuk van de BTW Fysieke personen die binnen een vennootschap, door delegatie die het voorwerp uitmaakt van een publicatie in de statuten van de rechtspersoon, de taken waarnemen van het dagelijks bestuur, worden als organen van deze rechtspersoon aangemerkt. In die mate hebben ze niet de hoedanigheid van BTW-belastingplichtige. Hetzelfde geldt voor deze personen wanneer ze handelen in een band van ondergeschiktheid. Het spreekt overigens vanzelf dat ze in principe de hoedanigheid van BTW-belastingplichtige hebben wanneer ze ten opzichte van die rechtspersoon op zelfstandige wijze handelen. |
|||||||