Besluit van de administrateur-generaal houdende delegatie van sommige bevoegdheden aan personeelsleden van het agentschap voor Hoger Onderwijs, Volwassenenonderwijs, Kwalificaties en Studietoelagen

Date :
01-12-2019
Language :
French Dutch
Size :
7 pages
Section :
Legislation
Source :
Numac 2019015780

Original text :

Add the document to a folder () to start annotating it.
Hoofdstuk I.-. Algemene bepalingen
Artikel 1 Dit besluit is van toepassing op het intern verzelfstandigd agentschap Hoger Onderwijs, Volwassenenonderwijs, Kwalificaties en Studietoelagen, hierna genoemd het agentschap, en regelt de delegatie van beslissingsbevoegdheden aan de afdelingshoofden en hun personeelsleden.

Artikel 2 Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder:
  1° het agentschap : het intern verzelfstandigd agentschap Hoger Onderwijs, Volwassenenonderwijs, Kwalificaties en Studietoelagen;
  2° het hoofd van het agentschap : het personeelslid dat belast is met de algemene leiding, de werking en de vertegenwoordiging van het agentschap;
  3° de afdelingshoofden : de personeelsleden, houder van een managementfunctie van N-1 niveau binnen het agentschap, zijnde:- het personeelslid dat belast is met de leiding van de afdeling Hoger Onderwijs en Volwassenenonderwijs;
  - het personeelslid dat belast is met de leiding van de afdeling School- en Studietoelagen.
  - Het personeelslid dat belast is met de leiding van de afdeling Naric & Examencommissie
  - het personeelslid dat belast is met de leiding van de afdeling Kwalificaties en Curriculum
  4° de personeelsleden van de afdelingshoofden : de personeelsleden die deel uitmaken van de afdeling waarover het afdelingshoofd de leiding heeft.
  5° de coördinator ondersteunende dienst: het personeelslid dat belast is met de leiding van de ondersteunende dienst van het agentschap.
  6° de financieel coördinator: het personeelslid dat belast is met de organisatie en opvolging van de begroting en boekhouding binnen het agentschap.
  7° de ICT-manager: het personeelslid belast met de organisatie en opvolging van de ICT binnen het agentschap
  8° de teamcoördinator: het personeelslid belast met de leiding van een deel van een afdeling of van een team.
  9° de budgethouder: het personeelslid dat de autorisatie heeft om financiële transacties goed te keuren in het boekhoudsysteem van de Vlaamse Overheid (Orafin).
  10° NARIC: het National Academic Recognition and Information Centre binnen het Agentschap voor Kwaliteitszorg in Onderwijs en Vorming.
  11° Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
  12° Regeringscommissariaat bij de universiteiten en hogescholen

Artikel 3 § 1. De bij dit besluit gedelegeerde beslissingsbevoegdheden worden uitgeoefend binnen de perken en met in acht name van de voorwaarden en modaliteiten die zijn vastgelegd in de bepalingen van de relevante wetten, decreten, besluiten, omzendbrieven, dienstorders en andere vormen van reglementeringen, instructies, richtlijnen en beslissingen.
  § 2. De bij dit besluit gedelegeerde beslissingsbevoegdheden kunnen enkel uitgeoefend worden binnen de perken van de taakstelling van de betrokken afdeling en van de kredieten en middelen die onder het beheer van de betrokken afdeling ressorteren.

Artikel 4 Als in dit besluit de beslissingsbevoegdheid voor bepaalde aangelegenheden expliciet gedelegeerd wordt, strekt de delegatie zich ook uit tot:
  1° de beslissingen die moeten worden genomen in het kader van de voorbereiding en de uitvoering van de bedoelde aangelegenheden;
  2° de beslissingen van ondergeschikt belang of aanvullende aard die noodzakelijk zijn voor de uitoefening van de bevoegdheid of er inherent deel van uitmaken;
  3° het afsluiten van overeenkomsten

Hoofdstuk 2. Uitvoering van begroting
Artikel 5 De afdelingshoofden en de coördinator van de Ondersteunende Dienst hebben delegatie om, in het kader van de uitvoering van de begroting en binnen de perken van de in de begroting vastgelegde beleidskredieten verbonden aan de opdrachten van hun afdeling, de beslissingen te nemen over de eraan verbonden vastleggingen, het goedkeuren van verplichtingen en de eruit voortvloeiende uitgaven en betalingen, het vaststellen van vorderingen en het verkrijgen van ontvangsten en inkomsten.

Artikel 6 De afdelingshoofden en de coördinator van de Ondersteunende Dienst hebben delegatie om, in het kader van de uitvoering van de begroting en binnen de perken van de in de begroting vastgelegde apparaatskredieten verbonden aan de opdrachten van hun afdeling, de beslissingen te nemen van de eraan verbonden vastleggingen, het goedkeuren van verplichtingen en de eruit voortvloeiende uitgaven en betalingen tot een maximaal bedrag van 8.500 euro.

Artikel 7 Met betrekking tot de niet aan het afdelingshoofd gedelegeerde aangelegenheden, waarvoor de beslissing bij de Vlaamse Regering, de minister, het hoofd van het agentschap of een ander orgaan berust, heeft de in artikel 5 en 6 verleende delegatie aan het afdelingshoofd betrekking op de administratieve beslissingen en handelingen, die in het kader van de ontvangsten- en uitgavencyclus, noodzakelijk zijn voor de voorbereiding en de uitvoering van de beslissing van de Vlaamse Regering, de minister, het hoofd van het agentschap of een ander orgaan.

Artikel 8 Overeenkomstig het bepaalde in de artikelen 5 en 6, treden de afdelingshoofden, in het kader van de ontvangsten - en uitgavencyclus en van het systeem van interne controle, op als budgethouder voor hun afdeling.

Artikel 9 De delegatie aan het afdelingshoofd, verleend bij de artikelen 5, 6, 7 en 8 geldt los van de bevoegdheden en opdrachten van de andere actoren in de ontvangsten- en uitgavencyclus en het systeem van interne controle.

Artikel 10 § 1. In het kader van de ontvangsten- en uitgavencyclus wordt aan de financieel coördinator van het agentschap, delegatie verleend om, voor de uitvoering van de beslissingen van de administrateur-generaal in het kader van de uitvoering van de begroting en de beslissingen vermeld in artikel 5 en 6,op te treden als budgethouder voor het agentschap en de afdelingen die er onder ressorteren.
  § 2. Aan de financieel coördinator wordt delegatie verleend om op te treden als budgethouder voor de uitgaven met betrekking tot de werking van de Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen en met betrekking tot de werking van de Regeringscommissariaten.

Artikel 11 De in deze afdeling vermelde bedragen zijn exclusief de belasting op de toegevoegde waarde.

Hoofdstuk 3. Bestellingen en aankopen
Artikel 12 De afdelingshoofden, de coördinator van de Ondersteunende Dienst en de ICT-manager hebben delegatie om bestellingen te plaatsen en overheidsopdrachten te gunnen tot een bedrag van 8.500 euro.

Artikel 13 De afdelingshoofden, de coördinator van de Ondersteunende Dienst en de ICT-manager hebben delegatie om de beslissingen te nemen inzake de uitvoering van de overheidsopdrachten welke ze overeenkomstig artikel 12 kunnen gunnen.
  Voor beslissingen met een financiële weerslag geldt de delegatie enkel binnen het voorwerp van de opdracht en tot een gezamenlijke maximale financiële weerslag van 15% boven het initiële gunningsbedrag.

Artikel 14 De afdelingshoofden, de coördinator van de Ondersteunende Diensten en de ICT-manager hebben delegatie om bestelopdrachten te plaatsen binnen raamovereenkomsten tot een bedrag van 8.500 euro.

Artikel 15 § 1. De afdelingshoofden, de coördinator van de Ondersteunende Diensten en individuele personeelsleden zijn gemachtigd om, mits voorafgaande toestemming van de leidend ambtenaar en binnen de doeleinden waarvoor de toestemming verleend werd, uitgaven te doen met de debetkaart en de creditkaart op naam van de leidend ambtenaar. Na gebruik dienen de betaalkaarten, samen met de nodige verantwoordingsstukken onmiddellijk bezorgd te worden aan de leidend ambtenaar.
  § 2. De ICT-manager is gemachtigd om ICT-aankopen te doen met een daarvoor speciaal bestemde creditcard. Over het gebruik wordt maandelijks verantwoording afgelegd aan de leidend ambtenaar.

Artikel 16 De in deze afdeling vermelde bedragen zijn exclusief de belasting op de toegevoegde waarde.

Hoofdstuk 4. Personeelsmanagement
Artikel 17 De afdelingshoofden hebben delegatie om ten aanzien van de personeelsleden van hun afdeling de beslissingen te nemen in verband met:
  1° met uitzondering van de personeelsleden van niveau A, het bepalen van de inhoud van het programma en de evaluatiecriteria van de proeftijd, rekening houdend met de afspraken ter zake in het managementcomité Onderwijs en Vorming;
  2° het toestaan van jaarlijks verlof, omstandigheidsverlof, vormingsverlof en dienstvrijstelling.

Artikel 18 Onverminderd de bepalingen in artikel 17, hebben de functioneel leidinggevenden delegatie om ten aanzien van de personeelsleden van hun team, de beslissingen te nemen in verband met het toestaan van het jaarlijks verlof en het toestaan van Plaats- en Tijdsonhafhankelijk Werken (PTOW).

Artikel 19 Inzake personeelsmanagement heeft de coördinator van de Ondersteunende Dienst delegatie om beslissingen te nemen inzake de aanstelling van contractuele personeelsleden voor bepaalde duur, met uitzondering van de personeelsleden van niveau A en inzake het afsluiten van stageovereenkomsten.

Hoofdstuk 5. Briefwisseling
Artikel 20 § 1. De afdelingshoofden hebben delegatie voor de ondertekening van de briefwisseling van hun afdeling met de minister, met andere diensten van de Vlaamse overheid, en met derden.
  § 2. De afdelingshoofden kunnen de ondertekening van briefwisseling met andere diensten van de Vlaamse overheid en met derden delegeren naar personeelsleden van hun afdeling met tenminste rang A1.
  § 3. Onverminderd het bepaalde in § 1 en § 2, worden van volgende categorieën van briefwisseling, een kopie bezorgd aan het hoofd van het agentschap:
  - briefwisseling van beleidsmatige aard, tenzij deze een louter informatief karakter heeft;
  - andere briefwisseling die het niveau van individuele dossiers overstijgt, tenzij deze een louter informatief karakter heeft;
  - antwoorden op vragen om uitleg, interpellaties en schriftelijke vragen van Vlaamse volksvertegenwoordigers;
  - antwoorden op brieven van het Rekenhof en Audit Vlaanderen;
  § 4. Het hoofd van het agentschap kan, bij eenvoudige beslissing, instructies uitvaardigen die ertoe strekken:
  - categorieën van briefwisseling aan zijn voorafgaand visum te onderwerpen;
  - briefwisseling betreffende bepaalde individuele dossiers aan zijn voorafgaand visum te onderwerpen;
  - de bedoelde categorieën van briefwisseling nader te omschrijven.

Artikel 21 Alle personeelsleden zijn gemachtigd om de gewone en aangetekende zendingen, bestemd voor het agentschap, in ontvangst te nemen, met uitzondering van de dagvaardingen aan de Vlaamse Gemeenschap.

Artikel 22 De afdelingshoofden en de personeelsleden met ten minste rang B1 en C1 van het agentschap zijn gemachtigd om uittreksels en afschriften die betrekking hebben op hun afdeling eensluidend te verklaren en af te leveren.

Hoofdstuk 6. Onderwijs
Artikel 23 § 1. Het afdelingshoofd van de afdeling Hoger Onderwijs en Volwassenenonderwijs is gemachtigd om elke beslissing te nemen met betrekking tot:
  1° de vaststelling en de toekenning van de werkingsuitkeringen aan de hogescholen en aan de universiteiten;
  2° de vaststelling en de toekenning van de toelage aan het Instituut voor Joodse Studies;
  3° de vaststelling en de toekenning van de toelage aan het Instituut voor Europese Studies;
  4° de vaststelling en de toekenning van de toelage aan het Instituut voor Ontwikkelingsbeleid en -beheer;
  5° de vaststelling en de toekenning van de toelage aan de Faculteit der Protestantse Godgeleerdheid in Brussel;
  6° de vaststelling en de toekenning van de middelen ten behoeve van de Evangelische Theologische Faculteit Leuven;
  7° de vaststelling en de toekenning van de investeringsmiddelen en het eigenaarsonderhoud en van de werkingsmiddelen ten bate van de Hogere Zeevaartschool;
  8° de vaststelling en de toekenning van de middelen aan het Instituut voor Tropische Geneeskunde;
  9° de vaststelling en de toekenning van de middelen voor de financiering van de onroerende investeringen ten bate van de universiteiten en van het instituut voor Tropische Geneeskunde;
  10° de vaststelling en de toekenning van de middelen ten behoeve van het Open Hoger Onderwijs;
  11° de vaststelling en de toekenning van de middelen voor de financiering van de geïntegreerde lerarenopleiding en van de specifieke lerarenopleiding;
  12° de vaststelling en de toekenning van de middelen ten behoeve van het aanmoedigingsfonds;
  13° de vaststelling en de toekenning van de subsidies aan de door de Vlaamse Regering gesubsidieerde studentenkoepelverenigingen;
  14° de vaststelling en de toekenning van de toelagen ten behoeve van de sociale voorzieningen in het hogescholenonderwijs en de Hogere Zeevaartschool;
  15° de vaststelling en de toekenning van de toelagen ten behoeve van de sociale voorzieningen in het universitair onderwijs;
  16° de vaststelling en de toekenning van de toelagen ten behoeve van de associaties binnen het hoger onderwijs;
  17° de vaststelling van de middelen ten behoeve van de salarissen van de personeelsleden van het meesters-, vak- en dienstpersoneel en de salarissen en wachtgelden van het personeel van de hogescholen en universiteiten;
  18° de vaststelling van de middelen ten behoeve van de terbeschikkinggestelden binnen het hoger onderwijs, voorafgaand aan het rustpensioen;
  19° de toekenning van de terugvorderingen op de werkingsenveloppes binnen het hoger onderwijs;
  20° de toekenning van de middelen ter compensatie van de loonkosten van personeelsleden die belast zijn met een vakbondsopdracht;
  21° de vaststelling en de toekenning van de wettelijke en conventionele werkgeversbijdragen aan de universiteiten;
  22° de vaststelling en de toekenning van de middelen ter versterking van de onderzoeksbetrokkenheid van de academische opleidingen aan de hogescholen;
  23° de vaststelling en de toekenning van middelen ten behoeve van het praktijkgericht wetenschappelijk onderzoek;
  24° de vaststelling en de toekenning van de aanvullende middelen ten behoeve van het hoger onderwijs in Brussel;
  25° de vaststelling en de toekenning van middelen ten behoeve van het sectoraal vormingsfonds binnen het hoger onderwijs;
  26° de vaststelling en de toekenning van de toelage voor de onroerende investeringen aan het Universitair Ziekenhuis Gent;
  27° de toekenning van de toelage voor de terbeschikkingstelling van gebouwen aan het Universitair Ziekenhuis Gent;
  28° de toekenning van de middelen ten behoeve van de wetenschappelijke en technische uitrusting en installatie van zware medische apparatuur aan het Universitair Ziekenhuis Gent;
  29° de toekenning van de middelen ter compensatie van loonlasten voortvloeiend uit akkoorden met de Vlaamse Regering aan het Universitair Ziekenhuis Gent;
  30° de toekenning van de middelen ter compensatie van het extra vakantiegeld aan het Universitair Ziekenhuis Gent;
  31° de toekenning van de middelen ter compensatie van de eindejaarstoelage aan het Universitair Ziekenhuis Gent;
  32° de aanwijzing van de secretaris van de Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen;
  33° de goedkeuring van het maatwerk door een Centrum voor Basiseducatie;
  34° de vastlegging en toekenning van de toelage voor ICT- coördinatie aan de centra van het volwassenenonderwijs;
  35° de toekenning van de werkingstoelage voor de centra basiseducatie en de centra voor volwassenenonderwijs;
  36° de vaststelling en de toekenning van de nascholingskredieten voor de centra voor volwassenenonderwijs en de centra voor basiseducatie;
  37° de toekenning van de subsidie aan het Vlaams Ondersteuningscentrum voor het Volwassenenonderwijs;
  38° de vaststelling en toekenning van de VTE en puntenenveloppe voor de centra voor basiseducatie;
  39° de vaststelling en de toekenning van de leraarsuren en puntenenveloppe voor de centra voor volwassenenonderwijs;
  40° de aanwijzing van het centrum voor volwassenenonderwijs dat examencommissies mag organiseren;
  41° de vaststelling en verwerking van de afrekening van het Fonds Inschrijvingsgelden van de centra voor Volwassenenonderwijs;
  42° de vaststelling en verwerking van de afrekening van het begrotingsfonds "Fonds Volwassenenonderwijs" van de centra voor Basiseducatie en de centra voor Volwassenenonderwijs;
  43° de vaststelling en toekenning van een premie aan cursisten die een diploma secundair onderwijs behalen;
  44° de vaststelling en toekenning van de aanvullende middelen Nederlands Tweede Taal in uitvoering van het integratie- en inburgeringsbeleid;
  45° de behandeling van de bezwaarschriften individuele concordantie in het secundair volwassenenonderwijs.
  § 2. De personeelsleden met ten minste rang A1 of C3 van de afdeling Hoger Onderwijs en Volwassenenonderwijs zijn gemachtigd om ten aanzien van het personeel van het hoger en volwassenenonderwijs elke beslissing te nemen met betrekking tot:
  1° de individuele aanvragen tot het bekomen van terugbetalingsfaciliteiten bij terugvorderingen van het salaris of salaristoelagen;
  2° de bekrachtiging van de leden van het college van beroep inzake tucht.
  3° de vrijstellingen van de voorwaarden inzake nationaliteit en het bezit van burgerlijke en politieke rechten om als tijdelijk personeelslid te kunnen worden aangesteld of gesubsidieerd;
  4° de toekenning van de vrijstelling van nationaliteiten burgerlijke en politieke rechten voor het personeel van de centra voor basiseducatie;
  5° de taalafwijking voor het personeel van de centra voor basiseducatie;
  6° de tijdelijke afwijking op de vereiste taalbekwaamheid van het personeel van de centra voor volwassenenonderwijs;
  7° de erkenning van de nuttige ervaring voor de bepaling van het bekwaamheidsbewijs en van de geldelijke anciënniteit;
  8° de verhaalprocedure tegen de aanwerving van een personeelslid dat slechts houder is van een bekwaamheidsbewijs dat ingedeeld is als een "ander bekwaamheidsbewijs";
  9° het verhaal tegen de toewijzing van een betrekking in een centrum voor volwassenenonderwijs aan een personeelslid met verlof of afwezigheid voor verminderde prestaties of terbeschikkingstelling wegens persoonlijke aangelegenheden dat opnieuw in actieve dienst treedt of tegen de toewijzing van een betrekking in een centrum voor volwassenenonderwijs aan een personeelslid dat als gepensioneerde in het onderwijs in dienst treedt;
  10° het verhaal tegen een aanstelling in bijbetrekking;
  11° de bepaling van de vorm voor de mededeling van iedere toelating tot de proeftijd of vaste benoeming;
  12° de wijziging en het voortijdig einde van de loopbaanonderbreking;
  13° de afwijkingen in geval van laattijdige aanvragen van terbeschikkingstelling en de beëindiging van reaffectatie en wedertewerkstelling;
  14° de beslissing om de vergoeding wegens begrafeniskosten niet uit te keren of ze aan één of meer gerechtigden uit te keren wegens het gedrag van de gerechtigde ten opzichte van de overledene;

Artikel 24 Het afdelingshoofd van de afdeling Naric & Examencommissie en de personeelsleden van rang A1, en de personeelsleden van rang C3 die tot het NARIC-team behoren zijn gemachtigd om, binnen de taken die hen werden toegewezen, een beslissing te nemen met betrekking tot:
  1° de gelijkwaardigheden zoals bedoeld in artikel 6 van het besluit van de Vlaamse Regering betreffende de voorwaarden en de procedure tot de erkenning van buitenlandse studiebewijzen uitgereikt in het hoger onderwijs van 14 juni 2013.
  2° de gelijkwaardigheden zoals bedoeld in artikel 9 van het besluit van de Vlaamse Regering betreffende de voorwaarden en procedure tot de erkenning van de gelijkwaardigheid van buitenlandse studiebewijzen uitgereikt in het hoger onderwijs 14 juni 2013.
  3° de gelijkwaardigheden zoals bedoeld in artikel 13 van het besluit van de Vlaamse Regering betreffende de voorwaarden en procedure tot de erkenning van de gelijkwaardigheid van buitenlandse studiebewijzen met Vlaamse studiebewijzen uitgereikt in het basisonderwijs en secundair onderwijs, en sommige Vlaamse studiebewijzen uitgereikt in het volwassenenonderwijs van 14 juni 2013.

Artikel 25 Het afdelingshoofd van de afdeling Naric & Examencommissie is gemachtigd om een beslissing te nemen met betrekking tot:
  1° de samenstelling van en de leiding over de examencommissie van de Vlaamse Gemeenschap voor het secundair onderwijs, zoals bedoeld in art. 256/1 van de Codex Secundair Onderwijs.
  2° de uitreiking van getuigschriften en diploma's, zoals bedoeld in art. 256/2 van de Codex Secundair Onderwijs.
  3° de structuuronderdelen waarover examens kunnen worden afgelegd, zoals bedoeld in art. 256/3 van de Codex Secundair Onderwijs.
  4° de praktische uitvoeringsbepalingen met betrekking tot een inschrijving bij de Examencommissie, zoals bedoeld in art. 256/4 van de Codex Secundair Onderwijs.
  5° de volgorde waarin vakken van een examenprogramma of onderdelen van eenzelfde vak van een examenprogramma moeten worden afgelegd, zoals bedoeld in art. 256/4 van de Codex Secundair Onderwijs.
  6° de samenstelling van een vrijstellingscommissie, zoals bedoeld in art. 256/5 van de Codex Secundair Onderwijs.
  7° de vorm van de examens, de norm om als geslaagd te worden beschouwd en de beroepsmogelijkheden tegen een beslissing van de Examencommissie, zoals bedoeld in art. 256/6 van de Codex Secundair Onderwijs.

Artikel 26 § 1. Het afdelingshoofd van de afdeling Studietoelagen en de personeelsleden van ten minste rang A1, en de personeelsleden van rang C3 zijn gemachtigd om, binnen de taken die hen werden toegewezen, een beslissing te nemen met betrekking tot:
  1° de toekenning, afwijzing en terugvordering van (school- en) studietoelagen;
  2° de betalingen aan de Vlaamse Infolijn, rekening houdend met de bepalingen opgenomen in het decreet houdende de algemene uitgavenbegroting van Vlaamse Gemeenschap.
  § 2. Het afdelingshoofd van de afdeling Studietoelagen en de personeelsleden van ten minste rang A1, en de personeelsleden van rang C2 zijn gemachtigd de betalingstermijn ingevolge ingediende bezwaren op te schorten.
  § 3. De financieel coördinator en de medewerkers van de financiële dienst van het agentschap zijn gemachtigd om elke beslissing te nemen met betrekking tot het toekennen van betalingsfaciliteiten zoals afbetalingsplannen en uitstel, met uitzondering van de schorsing van betalingstermijn ingevolge ingediende bezwaren.

Hoofdstuk 7. Delegatie bij afwezigheid
Artikel 27 De bij dit besluit verleende delegaties worden tevens verleend aan het personeelslid dat met de waarneming van de in dit besluit beschreven functie belast is of vervangt bij tijdelijke afwezigheid of verhindering. In geval van tijdelijke afwezigheid of verhindering plaatst het betrokken personeelslid, boven de vermelding van zijn graad en handtekening, de formule "voor [functie], afwezig".

Hoofdstuk 8. Gebruik van delegaties en verantwoording
Artikel 28 § 1. De afdelingshoofden, alsook hun personeelsleden aan wie beslissingsbevoegdheden werden gedelegeerd, nemen de nodige zorgvuldigheid in acht bij het gebruik van de in dit besluit verleende delegaties.
  § 2. Het gebruik van de verleende delegaties kan door het hoofd van het agentschap nader worden geregeld bij eenvoudige beslissing die wordt verspreid onder de vorm van een dienstorder of nota.

Artikel 29 § 1. De afdelingshoofden zijn ten aanzien van het hoofd van het agentschap verantwoordelijk voor het gebruik van de verleende delegaties en subdelegaties aan hun personeelsleden.
  § 2. Het hoofd van het agentschap kan op ieder ogenblik aan de afdelingshoofden verantwoording vragen betreffende het gebruik van de delegatie in een bepaalde aangelegenheid.
  § 3. Het hoofd van het agentschap heeft het recht om, bij eenvoudige beslissing, de verleende delegaties tijdelijk, geheel of gedeeltelijk op te heffen.

Hoofdstuk 9. Opheffingsbepaling
Artikel 30 Het besluit van de administrateur-generaal van 1 januari 2019 houdende delegatie van sommige bevoegdheden aan ambtenaren van het agentschap voor Hoger Onderwijs, Volwassenenonderwijs, Kwalificaties en Studietoelagen wordt opgeheven.
  Inwerkingtreding

Artikel 31 Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 december 2019.