Wet betreffende de aanvullende pensioenen, andere aanvullingen van de voordelen toegekend voor de verschillende takken van de sociale zekerheid en de bevoegdheid van de arbeidsrechtbank

Date :
08-05-2014
Language :
French Dutch
Size :
1 page
Section :
Legislation
Source :
Numac 2014022245

Original text :

Add the document to a folder () to start annotating it.
Artikel 1 Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 77 van de Grondwet.

Artikel 2 Artikel 578 van het Gerechtelijk Wetboek, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 29 maart 2012, wordt aangevuld met de bepalingen onder 22°, 23° en 24°, luidende :
  "22° van de geschillen tussen een werknemer, een aangeslotene of een begunstigde, enerzijds, en een inrichter en/of een pensioeninstelling, anderzijds, inzake aanvullende pensioenen in de zin van artikel 3, § 1, 1°, van de wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van die pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid;
  23° van de geschillen tussen een werknemer, een aangeslotene of een begunstigde, enerzijds, en een inrichter en/of een pensioeninstelling, anderzijds, inzake aanvullende pensioenen die niet bedoeld zijn in de bepaling onder 22° ;
  24° van de geschillen tussen een werknemer of een begunstigde, enerzijds, en een werkgever en/of een verzekeringsonderneming of een instelling voor bedrijfspensioenvoorziening, anderzijds, inzake een aanvulling van de voordelen toegekend voor de verschillende takken van de sociale zekerheid die niet bedoeld zijn in de bepalingen onder 22° en 23°. ".

Artikel 3 Er wordt een artikel 578bis ingevoegd in het Gerechtelijk Wetboek, luidende :
  "Art. 578bis. De arbeidsrechtbank neemt kennis :
  "1° van de geschillen tussen een zelfstandige, een aangeslotene of een begunstigde, enerzijds, en een pensioeninstelling, anderzijds, inzake aanvullende pensioenen in de zin van artikel 42, 1°, van de programmawet (I) van 24 december 2002;
  2° van de geschillen tussen een zelfstandige, een aangeslotene of een begunstigde, enerzijds, en een pensioeninstelling, anderzijds, inzake aanvullende pensioenen bedoeld in artikel 54, § 1, van de gecoördineerde wet van 14 juli 1994 betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen;
  3° van de geschillen tussen een bedrijfsleider, een aangeslotene of een begunstigde, enerzijds, en een inrichter en/of een pensioeninstelling, anderzijds, inzake aanvullende pensioenen bedoeld in artikel 35, 1°, van de wet van 15 mei 2014 houdende diverse bepalingen;
  4° van de geschillen tussen een bedrijfsleider, een aangeslotene of een begunstigde, enerzijds, en een inrichter en/of een pensioeninstelling, anderzijds, inzake aanvullende pensioenen die niet bedoeld zijn in de bepaling onder 3° ;
  5° van de geschillen tussen een bedrijfsleider, een aangeslotene of een begunstigde, enerzijds, en de rechtspersoon die een toezegging doet en/of een verzekeringsonderneming of een instelling voor bedrijfspensioenvoorziening, anderzijds, inzake een aanvulling van de voordelen toegekend voor de verschillende takken van de sociale zekerheid die niet bedoeld zijn in de bepalingen onder 1°, 2°, 3° en 4°. ".

Artikel 4 In artikel 81, negende lid, van het Gerechtelijk Wetboek, vervangen bij de wet van 26 juli 1990, worden de woorden "in artikel 581" door de woorden "in de artikelen 578bis en 581" vervangen.

Artikel 5 Deze wet treedt in werking op 1 september 2014.