Besluit van de administrateur-generaal tot aanwijzing van de ambtenaren van Wonen-Vlaanderen die bevoegd zijn voor bepaalde taken inzake de heffing ter bestrijding van leegstand en verkrotting van gebouwen en/of woningen en inzake de kwaliteitsbewaking van woningen

Date :
01-08-2006
Language :
Dutch
Size :
2 pages
Section :
Legislation
Source :
Numac 2006036478
Author :
Vlaamse Overheid

Original text :

Add the document to a folder () to start annotating it.

De administrateur-generaal van Wonen-Vlaanderen,
Gelet op het decreet van 22 december 1995 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1996, inzonderheid op hoofdstuk VIII, afdeling II, gewijzigd bij de decreten van 8 juli 1997, 15 juli 1997, 7 juli 1998, 18 mei 1999, 30 juni 2000, 6 juli 2001, 7 mei 2004, 24 december 2004, 24 juni 2005, 23 december 2005 en 24 maart 2006;
Gelet op het decreet van 4 februari 1997 houdende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor kamers en studentenkamers, gewijzigd bij de decreten van 3 februari 1998, 14 juli 1998, 8 december 2000, 19 maart 2004 en 24 maart 2006;
Gelet op het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode, inzonderheid op titel III, gewijzigd bij de decreten van 17 maart 1998, 18 mei 1999, 8 december 2000, 20 december 2002, 27 juni 2003, 19 maart 2004, 7 mei 2004, 24 december 2004, 15 juli 2005 en 24 maart 2006;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 2 april 1996 betreffende de heffing ter bestrijding van leegstand en verkrotting van gebouwen en/of woningen, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 15 juli 1997, 23 juli 1998, 6 oktober 1998, 13 december 2002, 3 oktober 2003, 14 juli 2004, 8 juli 2005, 27 januari 2006 en 30 juni 2006;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 6 oktober 1998 betreffende de kwaliteitsbewaking, het recht van voorkoop en het sociaal beheersrecht op woningen gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 20 oktober 2000, 27 januari 2006 en 30 juni 2006;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 3 oktober 2003 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor kamers en studentenkamers, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 27 januari 2006 en 30 juni 2006;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 16 december 2005 tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap zonder rechtspersoonlijkheid Wonen-Vlaanderen, inzonderheid op artikel 8, 2°;
Overwegende dat artikel 174 van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 juni 2006 tot gedeeltelijke operationalisering van het beleidsdomein ruimtelijke ordening, woonbeleid en onroerend erfgoed en houdende aanpassingen van de regelgeving inzake wonen als gevolg van het bestuurlijk beleid bij overgangsmaatregel bepaalt dat de ambtenaren, aangewezen bij het bij artikel 167, 19°, van hetzelfde besluit opgeheven ministerieel besluit van 25 maart 2004 tot aanwijzing van de ambtenaren die bevoegd zijn voor bepaalde taken inzake de heffing ter bestrijding van leegstand en verkrotting van gebouwen en/of woningen en inzake de kwaliteitsbewaking, hun bevoegdheid behouden zolang de gewestelijke ambtenaren, vermeld in artikel 2, 7°, van de Vlaamse Wooncode niet zijn aangewezen door het hoofd van het agentschap Wonen-Vlaanderen;
Overwegende dat het aangewezen is de uitwerking van die overgangsbepaling in de tijd te beperken door onverwijld over te gaan tot de aanwijzing overeenkomstig artikel 8, 2°, van het oprichtingsbesluit van Wonen-Vlaanderen,
Besluit :
Artikel 1. De hierna vermelde ambtenaren van Wonen-Vlaanderen zijn bevoegd om de taken uit te oefenen, verbonden aan:
1° het beheer van de inventaris, vermeld in artikel 2, § 3, van het besluit van de Vlaamse Regering van 2 april 1996 betreffende de heffing ter bestrijding van leegstand en verkrotting van gebouwen en/of woningen.;
2° de controle van de kwaliteitsbewaking van woningen, vermeld in artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 6 oktober 1998 betreffende de kwaliteitsbewaking, het recht van voorkoop en het sociaal beheersrecht op woningen.
Zij zijn tevens bevoegd om de kwaliteit en de veiligheid van kamers te beoordelen overeenkomstig artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 oktober 2003 betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor kamers en studentenkamers.
Zij zijn gerechtigd om bij de uitoefening van die bevoegdheden gebruik te maken van de functiebenaming « controleur kwaliteitsbewaking ».
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Art. 2. De hierna vermelde ambtenaren van Wonen-Vlaanderen zijn bevoegd om de adviezen aan de burgemeester inzake ongeschiktheid, onbewoonbaarheid en overbewoning van woningen uit te brengen, vermeld in artikel 34 van het decreet van 22 december 1995 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1996 en in artikel 15, § 1, en 17, § 1, van het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
Zij zijn tevens bevoegd om de conformiteitsattesten in te trekken als vermeld in artikel 15 van het decreet van 4 februari 1997 houdende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor kamers en studentenkamers en in artikel 12 van het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode.
Zij zijn gerechtigd om bij het uitoefenen van die bevoegdheden gebruik te maken van de functiebenaming « adviseur ongeschiktheid ».
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Art. 3. Dit besluit treedt in werking op 1 augustus 2006
Brussel, 1 augustus 2006
H. BEERSMANS