Nous sommes très heureux de voir que vous aimez notre plateforme ! En même temps, vous avez atteint la limite d'utilisation... Inscrivez-vous maintenant pour continuer.

Vraag nr. 119 van de heer Devlies dd. 31.01.2008

Date :
31-01-2008
Langue :
Français Néerlandais
Taille :
2 pages
Section :
Régulation
Type :
Parliamentary questions
Sous-domaine :
Fiscal Discipline

Résumé :

Geschillen inzake btw,Vertegenwoordiging van de Staat

Texte original :

Ajoutez le document à un dossier () pour commencer à l'annoter.

Contact | Disclaimer | FAQ
   
Quick search :
Fisconet plus Version 5.9.23
Service Public Federal
Finances
Home > Advanced search > Search results > Vraag nr. 119 van de heer Devlies dd. 31.01.2008
Vraag nr. 119 van de heer Devlies dd. 31.01.2008
Document
Content exists in : nl fr

Search in text:
Print    E-mail    Show properties

Properties

Document type : Parliamentary questions
Title : Vraag nr. 119 van de heer Devlies dd. 31.01.2008
Tax year : 0
Document date : 31/01/2008
Keywords : Geschillen inzake btw / Vertegenwoordiging van de Staat
Document language : NL
Modification date : 10/04/2008 08:22:39
Name : 08/119
Version : 1
Question asked by : Devlies

VRAAG 08/119

Vraag nr. 119 van de heer Devlies dd. 31.01.2008


Vr. en Antw., Kamer, 2007-2008, nr. 012, blz. 1889-1891

Geschillen inzake btw - Vertegenwoordiging van de Staat

VRAAG

    Luidens het nieuw artikel 90 van het BTW-Wetboek kan inzake de geschillen betreffende de toepassing van een belastingwet de verschijning in persoon in naam van de Staat worden gedaan door elke ambtenaar van een belastingadministratie (oud artikel opgeheven bij artikel 60, van de wet van 15 maart 1999, doch hersteld bij artikel 12 van de wet van 20 juli 2006 met ingang van 7 augustus 2006, Belgisch Staatsblad van 28 juli 2006).

    1. Om al welke redenen werden er tot nu toe nog geen algemene instructies uitgevaardigd aan het adres van de BTW-ambtenaren en wordt dit nieuw artikel 90 van het BTW-Wetboek zowel binnen de AOIF als binnen de BBI in de praktijk blijkbaar nog steeds niet toegepast zoals bij de sector directe belastingen ?

    2. Wanneer zullen de nodige nationaal geldende instructies en circulaires worden verspreid onder de verantwoordelijke BTW-ambtenaren van de AOIF (controlecentra en klassieke diensten) en van de BBI ?

    3. Zullen de geplande administratieve onderrichtingen nagenoeg volledig analoog zijn aan deze inzake inkomstenbelastingen (zie: artikel 379, WIB 1992), waarbij met andere woorden de onderzoekende BTW-taxatieambtenaren en/of hun verantwoordelijke dienstleiders de blijvende BTW-geschillen voortaan zonder uitzondering volledig zelf zullen moeten verdedigen en het ontwerp van antwoordconclusies zelf zullen moeten opstellen ?

    4. Welke andere administratieve richtsnoeren zullen er daarenboven nog worden gegeven om alle BTW-taxatieambtenaren van de klassieke BTWkantoren, de controlecentra en van de BBI verder te responsabiliseren en te sensibiliseren in het kader van de Coperfindoelstellingen tot «beter taxeren» en van het project «Workflow Geschillen»?

    5. Kunt u punt per punt uw algemene zienswijze en richtlijnen meedelen onder meer in het licht van de bepalingen van genoemd nieuw artikel 90 van het BTW-Wetboek en van de nrs. 22, 23, 24, 25, 27 en 34 van de omzendbrief nr. 573 van 17 augustus 2007 met betrekking tot het deontologische kader voor de ambtenaren van het federaal administratief openbaar ambt ( Belgisch Staatsblad van 27 augustus 2007) ?

ANTWOORD (vice-eersteminister en minister van Financiën en Institutionele Hervormingen, 05.03.2008)

    1. We mogen niet uit het oog verliezen dat de behandeling van de BTW-geschillen niet geformaliseerd is zoals bij de directe belastingen. Het streefdoel is de werkmethodes te harmoniseren, maar de procedures van de twee belastingen zijn verschillend.

    Die eenvormigheid moet verwezenlijkt worden in het bijzonder door de vertegenwoordiging van de Staat in rechte door de ambtenaren en door het systeem «Workflow Geschillen» dat via een elektronisch dossier toelaat de administratieve en de gerechtelijke geschillen te beheren voor de directe belastingen, de controlecentra van de AOIF, de Bijzondere Belastinginspectie en weldra voor de BTW.

    De Workflow is op 1 februari 2008 bij de BBI in werking getreden en bij de BTW zal dit in april 2008 geschieden. De vertegenwoordiging van de Staat in rechte door de ambtenaren van de BTW zal dan kunnen starten.

    2. De instructies en de aanschrijvingen voor de verdediging in rechte bij de BTW zijn in volle voorbereiding en afwerking. Die zullen binnenkort verspreid worden.

    3. In principe, zoals bij de directe belastingen, zullen de ambtenaren zelf hun taxatie verdedigen bij de rechtbank. Zij kunnen zich echter laten bijstaan en de startende ambtenaren zeker door een ambtenaar gespecialiseerd in gerechtelijke geschillen.

    In bijzondere omstandigheden die verband houden met een bepaald specifiek karakter van een geschil of die delicate principekwesties vertonen, kan de centrale dienst tussenbeide komen en in voorkomend geval zal op een departementsadvocaat beroep worden gedaan.

    4. Teneinde de ambtenaren beter bewust te maken en verantwoordelijk te stellen, zullen in de toekomst bijkomende richtlijnen gemeenschappelijk voor beide belastingen of specifiek voor één ervan verspreid worden door de site Workflow van het intranet van het departement of door nieuwe toepassingen van Coperfin.

    5. Indien we verwijzen naar de bepalingen die u aanhaalt in de omzendbrief nr. 573 van 17 augustus 2007 met betrekking tot het deontologisch kader voor ambtenaren van het federaal administratief ambt samen met artikel 90 van het BTW-Wetboek, zullen de ambtenaren hun beslissingen in rechte en in feite moeten motiveren in alle rechtshandelingen die zij stellen en zij zullen bij de rechter volledige en duidelijke conclusies moeten neerleggen die de grieven van de tegenpartij weerleggen.

    De ambtenaren worden door dienstbrieven, instructies, omzendbrieven, e-mails en eveneens periodiek door vergaderingen met de gewestelijke directeurs of met vertegenwoordigers van de centrale diensten ingelicht.

    De Nationale School voor Fiscaliteit en Financiën (NSF) en de centra voor beroepsopleiding van de directe belastingen en van de BTW organiseren regelmatig aangepaste opleidingen. De hiërarchische meerderen dragen eveneens bij tot de vorming en de vervolmaking van hun ambtenaren.

    Het spreekt voor zich dat de ambtenaren hun ambt uitoefenen overeenkomstig de opdrachten en de doelstellingen van het federaal administratief openbaar ambt en deze mogen niet indruisen tegen de geldelijke wettelijke en reglementaire bepalingen.