De bewijskracht van een akte wordt niet miskend door de rechter die een bepaling van deze akte uitlegt in het licht van andere bepalingen en door het opsporen van het gemeenschappelijk opzet van de partijen, van het ogenblik dat deze uitlegging strookt met de gezamenlijke bewoordingen van deze bepalingen. ( B.W., art. 1156, 1161, 1319, 1320 en 1322. )
Arrêt :
La version intégrale et consolidée de ce texte n'est pas disponible.