Omzetting van de gewone tegemoetkoming in een aanvullende tegemoetkoming ingeval van rustpensioen of vervroegd rustpensioen. Toepassing op personeelslid van de N.M.B.S. Toepassing van het artikel 6 van de wet van 27 juni 1969 betreffende toekennen van tegemoetkomingen aan de minder-validen en het artikel 10/6° van het K.B. 17.11.1969. Bovendien toepassing van de artikelen 5 en 13 hoofdstuk XVI van het personeelsstatuut N.M.B.S. In het personeelsstatuut wordt in het artikel 13 onderscheid gemaakt tussen het rustpensioen onder B van het hoofdstuk XVI en onder C van het hoofdstuk dat een definitief invaliditeitspensioen toekent ook na 60 jarige leeftijd, dus op 60 jaar kan dit personeelslid nog geen beroep doen op een rustpensioen maar op een definitief invaliditeitspensioen. Hij blijft trouwens de hoedanigheid van werkende minder-valide behouden (cfr. 10/6) van het K.B. van 17.11.1969). Op 60 jarige leeftijd kan dan de gewone tegemoetkoming nog niet omgezet worden in een aanvullende tegemoetkoming.
La version intégrale et consolidée de ce texte n'est pas disponible.
Déjà enregistré ? Connectez-vous maintenant