Koninklijk besluit betreffende de wijze van uitgifte van de loterij met biljetten, " TELE-KWINTO " genaamd, een openbare loterij georganiseerd door de Nationale Loterij.
- Section :
- Législation
- Source :
- Numac 1994003286
Texte original :
Ajoutez le document à un dossier
()
pour commencer à l'annoter.
Artikel 1 Dit reglement is van toepassing op de door de Nationale Loterij uitgegeven loterij met biljetten, " TELE-KWINTO " genaamd.
De " TELE-KWINTO " is een soort loterij met biljetten die gebaseerd is op een dubbele methode van lotentoewijzing. Een deel van de loten wordt toegewezen zonder loting door middel van figuren; het andere deel van de loten wordt toegewezen door een loting die wordt uitgevoerd door de eigenaar zelf van een biljet dat hem dat recht toekent.
Artikel 2 <KB 1997-05-30/30, Art. 1, 006; En vigueur : 04-06-1997> Het aantal uitgegeven biljetten wordt door de Nationale Loterij vastgesteld op veelvouden van één miljoen.
De biljetten kunnen een rechthoekige vorm of een niet-rechthoekige vorm hebben.
De verkoopprijs van het biljet is vastgesteld op 100 frank en staat erop vermeld.
Artikel 3 <KB 1995-05-04/33, Art. 1, 002; En vigueur : 15-05-1995> (§ 1. Per hoeveelheid van één miljoen biljetten vertegenwoordigt het bedrag aan loten in geld een gemiddelde totale som van 57 400 000 frank. Het aantal loten in geld werd globaal vastgelegd op 119 420 voor de rechthoekige biljetten en op 135 080 voor niet-rechthoekige biljetten.) <KB 1997-05-30/30, Art. 2, 006; En vigueur : 04-06-1997>
(§ 2. De loten die zonder loting worden toegewezen vertegenwoordigen een totaal bedrag van 29 000 000 frank en bestaan uit 119 380 rechthoekige biljetten en 135 040 niet-rechthoekige biljetten. Deze loten worden als volgt verdeeld :
1° biljetten met een rechthoekige vorm :
Aantal loten Bedrag der loten Totaal bedrag der loten
(frank) (frank)
10 200 000 2 000 000
40 50 000 2 000 000
30 20 000 600 000
300 2 000 600 000
119 000 200 23 800 000
-------
2° biljetten met een niet-rechthoekige vorm :
Aantal loten Bedrag der loten Totaal bedrag der loten
(frank) (frank)
40 50 000 2 000 000
135 000 200 27 000 000
-------
) <KB 1997-05-30/30, Art. 2, 006; En vigueur : 04-06-1997>
§ 3. Er worden 40 loten bij loting toegewezen. Ze vertegenwoordigen een gemiddeld totaalbedrag van 28 400 000 frank. Dit bedrag stemt overeen met de som der loten die op elk segment van het in artikel 5, § 1 bedoelde rad voorkomen, gedeeld door honderd en vermenigvuldigd met veertig.
De lotenbedragen die bij loting kunnen worden toegewezen zijn vastgesteld op 5 000 000 frank, 1 000 000 frank, 750 000 frank, 500 000 frank, 250 000 frank en 150 000 frank.
Artikel 4 <KB 1995-05-04/33, Art. 2, 002; En vigueur : 17-05-1995> § 1. Met het oog op de toewijzing van de in artikel 3, § 2, bedoelde loten zijn er, in een afgebakende zone (...) op de voorzijde van de biljetten, zes figuren aangebracht op wisselende plaatsen. Daartoe worden verschillende modellen van figuren gebruikt. <KB 1997-05-30/30, Art. 3, 006; En vigueur : 04-06-1997>
Enkel drie identieke figuren geven recht op een lot. De waarde van dit lot wordt bepaald door het model van de figuren en is vermeld naast de in het eerste lid bedoelde zone.
Eén van de figuurmodellen stelt een televisietoestel voor. De biljetten waarop drie maal de afbeelding van een televisietoestel voorkomt, wijzen een lot toe van 50 000 frank en het recht om deel te nemen aan de loting bedoeld in artikel 3, § 3.
In dezelfde zone kunnen er, eveneens op wisselende plaatsen, vermeldingen voorkomen die voor controleverrichtingen dienen.
Deze zone is bedekt met een ondoorzichtige bedekkingslaag die door de deelnemers moet worden afgekrabd.
(§ 2. Op de voorzijde of achterzijde van de biljetten kunnen volgende vermeldingen voorkomen, die uitsluitend bestemd zijn voor de controle en het administratief beheer ervan :
1° een reeks zichtbare cijfers;
2° een reeks cijfers onder een ondoorzichtige bedekkingslaag;3° een zichtbare streepjescode.) <KB 1997-05-30/30, Art. 3, 006; En vigueur : 04-06-1997>
§ 3. Teneinde het zuivere toeval bij de toewijzing van de zonder loting toegewezen loten te waarborgen :
1° wordt elke stelselmatigheid geweerd bij het drukken van de aanduidingen die betrekking hebben op de toewijzing van de loten;
2° mogen de biljetten geen uiterlijk verschil vertonen dat elementen in verband met de toewijzing der loten zou onthullen.
(§ 4. Op de voorzijde van de rechthoekige biljetten staat de datum waarop de verkoop wordt afgesloten.
De biljetten met een niet-rechthoekige vorm vertonen op de voorzijde of op de achterzijde vermeldingen in cijfers en/of letters die de uitgifte aanduiden waartoe zij behoren. Een uitgifte bestaat uit een aantal biljetten vastgelegd op één miljoen, ofwel op een veelvoud van één miljoen. Het aantal uitgiftes wordt door de Nationale Loterij vastgesteld.) <KB 1997-05-30/30, Art. 3, 006; En vigueur : 04-06-1997>
Artikel 5 (§ 1. De in artikel 3, § 3, bedoelde loting geschiedt in het openbaar, in het kader van de opname van een televisieprogramma, met behulp van een rad dat elk van de in artikel 6 bedoelde deelnemers laat draaien en dat het hem toegekende lot bepaalt. Dit rad bevat een balletje en omvat honderd segmenten. Op elkeen van deze segmenten is in cijfers het eenheidsbedrag van een lot aangebracht.
De honderd segmenten zijn volgens de volgende verhouding onderverdeeld :
- 6 segmenten van een bedrag van 5 000 000 frank;
- 13 segmenten van een bedrag van 1 000 000 frank;
- 15 segmenten van een bedrag van 750 000 frank;
- 15 segmenten van een bedrag van 500 000 frank;
- 16 segmenten van een bedrag van 250 000 frank;
- 35 segmenten van een bedrag van 150 000.
§ 2. Het bedrag van het toegekende lot stamt overeen met het bedrag vermeld op het segment waartegenover het balletje definitief stilhoudt nadat het rad, na één zwaai en na minstens drie volledige omwentelingen, zelf volledig tot stilstand is gekomen. De zwaai moet verplicht gegeven worden met de wijzers van de klok mee.) <KB 1995-05-04/33, Art. 3, 002; En vigueur : 15-05-1995>
§ 3. De data waarop de lotingen plaatshebben worden door de Nationale Loterij bepaald en, evenals de resultaten van deze lotingen, door haar verspreid met alle middelen die zij nuttig acht.
§ 4. De lotingen gebeuren onder het toezicht van een Gerechtsdeurwaarder en van ten minste één lid van de Raad van bestuur van de Nationale Loterij en onder leiding van de directeur-generaal van de Nationale Loterij of van zijn afgevaardigde.
De onverwachte afwezigheid op het geplande uur van de Gerechtsdeurwaarder vormt geen beletsel voor het houden van de lotingen die dan ook onder het toezicht staan van slechts één orgaan.
De directeur-generaal van de Nationale Loterij of zijn afgevaardigde regelt elk incident dat zich kan voordoen in verband met de lotingen.
Artikel 6 § 1. Hij die eigenaar is van een biljet waarop, in de in artikel 4, § 1, bedoelde zone, drie maal een televisietoestel afgebeeld staat, mag deelnemen aan de in artikel 4, § 1 bedoelde loting.
De in eerste lid bedoelde eigenaar moet een natuurlijk persoon zijn. Hij dient bovendien zijn naam, voornaam, adres en eventueel telefoonnummer in drukletters te schrijven in de daartoe bestemde ruimten op de keerzijde van zijn biljet.
De Nationale Loterij houdt geen rekening met de onbekwame waarvan de naam, voornaam en adres voorkomen op de keerzijde van het biljet doch alleen met zijn wettelijke vertegenwoordiger.
Wanneer een biljet gemeenschappelijk werd aangekocht, dan mogen in voornoemde ruimte alleen de gegevens van één enkel natuurlijk persoon ingevuld worden.
§ 2. De keerzijde van de biljetten vermeldt o.a. de volgende voorgedrukte vermeldingen :
1° " ik neem deel " naast de twee vakjes waarboven respectievelijk de vermelding " ja " en de vermelding " neen " staan;
2° " ik kies voor " naast de twee vakjes waarboven respectievelijk de vermelding " RTL TVI " en de vermelding " VTM " staan. De vermelding " RTL TVI " duidt een Franstalige televisiezender aan; de vermelding " VTM " duidt een Nederlandstalige televisiezender aan.
§ 3. De eigenaar van een in § 1 bedoeld biljet :
- die wenst deel te nemen aan de loting, drukt deze wens uit door een kruisje in de vorm van " x " in datgene van de in § 2, 1°, bedoelde vakjes waarbij de vermelding " ja " staat. Bovendien dient hij een kruisje in de vorm van " x " te plaatsen in datgene van de twee in § 2, 2°, bedoelde vakjes dat betrekking heeft op de televisiezender die hij kiest voor de opname van de loting waaraan hij deelneemt;
- die wenst af te zien van deelneming aan de loting, drukt deze wens uit door een kruisje in de vorm van " x " te plaatsen in datgene van de twee in § 2, 1°, bedoelde vakjes waarbij de vermelding " neen " staat. Door dit te doen kan hij geen ander lot opeisen dan dat van 50 000 frank dat bedoeld is in artikel 4, § 1, derde lid. Dientengevolge moet hij geen kruisje plaatsen in één van de twee in § 2, 2°, bedoelde vakjes. Het eventueel aankruisen van één van deze vakjes wordt verondersteld nietig te zijn.
§ 4. Indien de handgeschreven vermeldingen die vereist zijn op de keerzijde van het biljet ten dele ontbreken of onjuist zijn aangebracht, neemt de Nationale Loterij contact op met de eigenaar van het in § 1 bedoelde biljet op alle manieren die zij nuttig acht. De betrokken eigenaar dient schriftelijk de door de Nationale Loterij gevraagde inlichtingen te bevestigen.
§ 5. De handgeschreven vermeldingen die op de keerzijde van een biljet vereist zijn ter toepassing van dit artikel, moeten aangebracht worden d.m.v. een kogelpen en perfect leesbaar zijn.
§ 6. Onder voorbehoud van artikel 8, § 3, tweede lid, stelt de Nationale Loterij de eigenaar van een in § 1 bedoeld biljet die de wens tot uiting bracht deel te nemen aan de loting, per ter post aangetekend schrijven op de hoogte van de datum, het uur en de plaats waar de loting gebeurt waaraan hij deelneemt.
Dit aangetekend schrijven wordt gericht aan de persoon waarvan de naam, voornaam en adres voorkomen op de keerzijde van het betrokken biljet. Mocht de deelnemer van adres veranderen vóór hij de oproep tot de loting krijgt, dan dient hij de Nationale Loterij schriftelijk van zijn nieuwe gegevens op de hoogte te stellen.
§ 7. De eigenaar van een biljet die aanvaardt deel te nemen aan de loting, aanvaardt tevens dat deze laatste gebeurt in het kader van de opname van een televisie-uitzending en laat de Nationale Loterij toe om gratis gebruik te maken van zijn naam en eventueel van zijn beeltenis op onverschillig welke drager, voor onverschillig welke reclame- of promotionele actie. Wat de televisie-opname betreft, garandeert de Nationale Loterij niet dat zij volledig of gedeeltelijk wordt uitgezonden.
(De in het eerste lid bedoelde eigenaar die niet zelf het rad wenst te laten draaien, mag zich laten vervangen door een gemachtigde die bekwaam is om die handeling te verrichten.) <KB 1995-05-04/33, Art. 4, 002; En vigueur : 17-05-1995>
Artikel 7 De loten zijn vrijgesteld van alle belasting ten bate van de Staat.
Artikel 8 <KB 1995-09-29/35, Art. 1, 003; En vigueur : 24-10-1995> (§ 1. De in artikel 3, § 2, bedoelde loten zijn betaalbaar aan toonder, vanaf de aankoop van de biljetten, tegen afgifte van de winnende biljetten ten zetel van de Nationale Loterij of bij de verkopers, tot en met de laatste dag van een termijn van twee maanden vanaf :
1° de datum waarop de verkoop is afgesloten, vermeld op de rechthoekige biljetten;
2° de datum waarop de verkoop is afgesloten van de uitgifte waartoe de niet-rechthoekige biljetten behoren. Voor iedere uitgifte van biljetten zal de datum waarop de verkoop is afgesloten en de daarmee samenhangende datum waarop de uitbetaling van de loten is afgesloten, door de Nationale Loterij met alle door haar nuttig geachte middelen openbaar gemaakt worden.
De verkopers betalen, tegen afgifte van de winnende biljetten, de in artikel 3, § 2, bedoelde loten evenwel slechts uit ten belope van een door de Nationale Loterij bepaald bedrag.
In afwijking van lid 1, zijn de in artikel 3, § 2, bedoelde loten van 50 000 frank uitsluitend betaalbaar aan de persoon waarvan de identiteit vermeld staat op de keerzijde van het betrokken winnend biljet.
Binnen een termijn die identiek is aan die bedoeld in het eerste lid, kan de afgifte eveneens geschieden per brief met aangegeven waarde, op eigen verantwoordelijkheid van de afzender die zijn naam, voornaam en adres leesbaar dient te vermelden op de keerzijde van de winnende biljetten en die de Nationale Loterij moet inlichten omtrent de gewenste betalingswijze.) <KB 1997-05-30/30, Art. 4, 006; En vigueur : 04-06-1997>
(§ 2. De betwistingen betreffende de uitbetaling van de loten dienen, op straffe van verval, binnen de in § 1, lid 1, bedoelde termijn van twee maanden te worden ingediend. Zij dienen per aangetekend schrijven aan de Nationale Loterij gericht te worden of bij haar tegen ontvangstbewijs neergelegd te worden.
Bij elke klacht moet het betrokken biljet gevoegd zijn. Op de achterzijde van het biljet moet de deelnemer zijn naam, voornaam en adres vermelden.) <KB 1997-05-30/30, Art. 4, 006; En vigueur : 04-06-1997>
§ 3. De in artikel 3, § 2, bedoelde loten die niet binnen de in § 1, eerste lid, bepaalde termijn worden opgeëist, verblijven aan de Nationale Loterij.
De eigenaar van een biljet die één van de in artikel 3, § 2, bedoelde loten van 50 000 frank wint en zijn lot niet heeft opgeëist binnen de in § 1, eerste lid, voorgeschreven termijn, verliest eveneens het recht om deel te nemen aan de in artikel 3, § 3, bedoelde loting.
(§ 4. De rechthoekige biljetten waarvan de datum waarop de verkoop is afgesloten, vastgesteld is op 31 december 1995 of 31 december 1996 mogen verkocht worden tot op respectievelijk 30 juni 1996 en 31 december 1997. Hiermee samenhangend lopen de in paragraaf 2, 3 en 4 termijnen voor de uitbetaling van de loten, voor deze biljetten, vanaf respectievelijk 30 juni 1996 en 31 december 1997.) <KB 1997-05-30/30, Art. 4, 006; En vigueur : 04-06-1997>
Artikel 9 De in artikel 3, § 3, bedoelde loten worden uitbetaald door de Nationale Loterij binnen een termijn van één maand te rekenen vanaf de datum van de loting die ze heeft toegewezen en dit op alle manieren die zij nuttig acht. Deze loten worden uitsluitend uitbetaald aan de persoon wiens personalia vermeld staan op de keerzijde van het betrokken winnend biljet.
Artikel 10 § 1. De Nationale Loterij erkent slechts één enkele eigenaar van een winnend biljet, namelijk de toonder ervan. De staving van de identiteit wordt geëist als er twijfel bestaat over de geldigheid van het biljet, als er een naam op vermeld is of als het besmeurd, gescheurd, onvolledig of herplakt is. In dat geval houdt de Nationale Loterij het biljet in totdat zij een beslissing heeft genomen en ontvangt de houder van het biljet een bewijs van afgifte.
In afwijking van vorig lid, erkent de Nationale Loterij enkel als eigenaar van een biljet, dat één van de in artikel 3, § 2, bedoelde loten van 50 000 frank en één van de in § 3 van hetzelfde artikel bedoelde loten wint, de persoon wiens personalia vermeld zijn op de keerzijde van het betrokken winnend biljet.
§ 2. In geval van diefstal, verlies of vernietiging van een biljet of van een aan toonder opgesteld bewijs van afgifte, wordt geen enkel bezwaar of verzet aanvaard.
§ 3. De eigenaar van een biljet met een technisch gebrek wat betreft de druk, kan geen aanspraak maken op een lot maar wel (op de terugbetaling) van zijn biljet. <KB 1997-05-30/30, Art. 5, 006; En vigueur : 04-06-1997>
§ 4. De Nationale Loterij mengt zich niet in conflicten die kunnen ontstaan tussen personen die gemeenschappelijk biljetten hebben gekocht.
Artikel 11 Dit besluit treedt in werking op 2 mei 1994.
Artikel 12 Onze Minister van Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.
De " TELE-KWINTO " is een soort loterij met biljetten die gebaseerd is op een dubbele methode van lotentoewijzing. Een deel van de loten wordt toegewezen zonder loting door middel van figuren; het andere deel van de loten wordt toegewezen door een loting die wordt uitgevoerd door de eigenaar zelf van een biljet dat hem dat recht toekent.
Artikel 2 <KB 1997-05-30/30, Art. 1, 006; En vigueur : 04-06-1997> Het aantal uitgegeven biljetten wordt door de Nationale Loterij vastgesteld op veelvouden van één miljoen.
De biljetten kunnen een rechthoekige vorm of een niet-rechthoekige vorm hebben.
De verkoopprijs van het biljet is vastgesteld op 100 frank en staat erop vermeld.
Artikel 3 <KB 1995-05-04/33, Art. 1, 002; En vigueur : 15-05-1995> (§ 1. Per hoeveelheid van één miljoen biljetten vertegenwoordigt het bedrag aan loten in geld een gemiddelde totale som van 57 400 000 frank. Het aantal loten in geld werd globaal vastgelegd op 119 420 voor de rechthoekige biljetten en op 135 080 voor niet-rechthoekige biljetten.) <KB 1997-05-30/30, Art. 2, 006; En vigueur : 04-06-1997>
(§ 2. De loten die zonder loting worden toegewezen vertegenwoordigen een totaal bedrag van 29 000 000 frank en bestaan uit 119 380 rechthoekige biljetten en 135 040 niet-rechthoekige biljetten. Deze loten worden als volgt verdeeld :
1° biljetten met een rechthoekige vorm :
Aantal loten Bedrag der loten Totaal bedrag der loten
(frank) (frank)
10 200 000 2 000 000
40 50 000 2 000 000
30 20 000 600 000
300 2 000 600 000
119 000 200 23 800 000
-------
2° biljetten met een niet-rechthoekige vorm :
Aantal loten Bedrag der loten Totaal bedrag der loten
(frank) (frank)
40 50 000 2 000 000
135 000 200 27 000 000
-------
) <KB 1997-05-30/30, Art. 2, 006; En vigueur : 04-06-1997>
§ 3. Er worden 40 loten bij loting toegewezen. Ze vertegenwoordigen een gemiddeld totaalbedrag van 28 400 000 frank. Dit bedrag stemt overeen met de som der loten die op elk segment van het in artikel 5, § 1 bedoelde rad voorkomen, gedeeld door honderd en vermenigvuldigd met veertig.
De lotenbedragen die bij loting kunnen worden toegewezen zijn vastgesteld op 5 000 000 frank, 1 000 000 frank, 750 000 frank, 500 000 frank, 250 000 frank en 150 000 frank.
Artikel 4 <KB 1995-05-04/33, Art. 2, 002; En vigueur : 17-05-1995> § 1. Met het oog op de toewijzing van de in artikel 3, § 2, bedoelde loten zijn er, in een afgebakende zone (...) op de voorzijde van de biljetten, zes figuren aangebracht op wisselende plaatsen. Daartoe worden verschillende modellen van figuren gebruikt. <KB 1997-05-30/30, Art. 3, 006; En vigueur : 04-06-1997>
Enkel drie identieke figuren geven recht op een lot. De waarde van dit lot wordt bepaald door het model van de figuren en is vermeld naast de in het eerste lid bedoelde zone.
Eén van de figuurmodellen stelt een televisietoestel voor. De biljetten waarop drie maal de afbeelding van een televisietoestel voorkomt, wijzen een lot toe van 50 000 frank en het recht om deel te nemen aan de loting bedoeld in artikel 3, § 3.
In dezelfde zone kunnen er, eveneens op wisselende plaatsen, vermeldingen voorkomen die voor controleverrichtingen dienen.
Deze zone is bedekt met een ondoorzichtige bedekkingslaag die door de deelnemers moet worden afgekrabd.
(§ 2. Op de voorzijde of achterzijde van de biljetten kunnen volgende vermeldingen voorkomen, die uitsluitend bestemd zijn voor de controle en het administratief beheer ervan :
1° een reeks zichtbare cijfers;
2° een reeks cijfers onder een ondoorzichtige bedekkingslaag;3° een zichtbare streepjescode.) <KB 1997-05-30/30, Art. 3, 006; En vigueur : 04-06-1997>
§ 3. Teneinde het zuivere toeval bij de toewijzing van de zonder loting toegewezen loten te waarborgen :
1° wordt elke stelselmatigheid geweerd bij het drukken van de aanduidingen die betrekking hebben op de toewijzing van de loten;
2° mogen de biljetten geen uiterlijk verschil vertonen dat elementen in verband met de toewijzing der loten zou onthullen.
(§ 4. Op de voorzijde van de rechthoekige biljetten staat de datum waarop de verkoop wordt afgesloten.
De biljetten met een niet-rechthoekige vorm vertonen op de voorzijde of op de achterzijde vermeldingen in cijfers en/of letters die de uitgifte aanduiden waartoe zij behoren. Een uitgifte bestaat uit een aantal biljetten vastgelegd op één miljoen, ofwel op een veelvoud van één miljoen. Het aantal uitgiftes wordt door de Nationale Loterij vastgesteld.) <KB 1997-05-30/30, Art. 3, 006; En vigueur : 04-06-1997>
Artikel 5 (§ 1. De in artikel 3, § 3, bedoelde loting geschiedt in het openbaar, in het kader van de opname van een televisieprogramma, met behulp van een rad dat elk van de in artikel 6 bedoelde deelnemers laat draaien en dat het hem toegekende lot bepaalt. Dit rad bevat een balletje en omvat honderd segmenten. Op elkeen van deze segmenten is in cijfers het eenheidsbedrag van een lot aangebracht.
De honderd segmenten zijn volgens de volgende verhouding onderverdeeld :
- 6 segmenten van een bedrag van 5 000 000 frank;
- 13 segmenten van een bedrag van 1 000 000 frank;
- 15 segmenten van een bedrag van 750 000 frank;
- 15 segmenten van een bedrag van 500 000 frank;
- 16 segmenten van een bedrag van 250 000 frank;
- 35 segmenten van een bedrag van 150 000.
§ 2. Het bedrag van het toegekende lot stamt overeen met het bedrag vermeld op het segment waartegenover het balletje definitief stilhoudt nadat het rad, na één zwaai en na minstens drie volledige omwentelingen, zelf volledig tot stilstand is gekomen. De zwaai moet verplicht gegeven worden met de wijzers van de klok mee.) <KB 1995-05-04/33, Art. 3, 002; En vigueur : 15-05-1995>
§ 3. De data waarop de lotingen plaatshebben worden door de Nationale Loterij bepaald en, evenals de resultaten van deze lotingen, door haar verspreid met alle middelen die zij nuttig acht.
§ 4. De lotingen gebeuren onder het toezicht van een Gerechtsdeurwaarder en van ten minste één lid van de Raad van bestuur van de Nationale Loterij en onder leiding van de directeur-generaal van de Nationale Loterij of van zijn afgevaardigde.
De onverwachte afwezigheid op het geplande uur van de Gerechtsdeurwaarder vormt geen beletsel voor het houden van de lotingen die dan ook onder het toezicht staan van slechts één orgaan.
De directeur-generaal van de Nationale Loterij of zijn afgevaardigde regelt elk incident dat zich kan voordoen in verband met de lotingen.
Artikel 6 § 1. Hij die eigenaar is van een biljet waarop, in de in artikel 4, § 1, bedoelde zone, drie maal een televisietoestel afgebeeld staat, mag deelnemen aan de in artikel 4, § 1 bedoelde loting.
De in eerste lid bedoelde eigenaar moet een natuurlijk persoon zijn. Hij dient bovendien zijn naam, voornaam, adres en eventueel telefoonnummer in drukletters te schrijven in de daartoe bestemde ruimten op de keerzijde van zijn biljet.
De Nationale Loterij houdt geen rekening met de onbekwame waarvan de naam, voornaam en adres voorkomen op de keerzijde van het biljet doch alleen met zijn wettelijke vertegenwoordiger.
Wanneer een biljet gemeenschappelijk werd aangekocht, dan mogen in voornoemde ruimte alleen de gegevens van één enkel natuurlijk persoon ingevuld worden.
§ 2. De keerzijde van de biljetten vermeldt o.a. de volgende voorgedrukte vermeldingen :
1° " ik neem deel " naast de twee vakjes waarboven respectievelijk de vermelding " ja " en de vermelding " neen " staan;
2° " ik kies voor " naast de twee vakjes waarboven respectievelijk de vermelding " RTL TVI " en de vermelding " VTM " staan. De vermelding " RTL TVI " duidt een Franstalige televisiezender aan; de vermelding " VTM " duidt een Nederlandstalige televisiezender aan.
§ 3. De eigenaar van een in § 1 bedoeld biljet :
- die wenst deel te nemen aan de loting, drukt deze wens uit door een kruisje in de vorm van " x " in datgene van de in § 2, 1°, bedoelde vakjes waarbij de vermelding " ja " staat. Bovendien dient hij een kruisje in de vorm van " x " te plaatsen in datgene van de twee in § 2, 2°, bedoelde vakjes dat betrekking heeft op de televisiezender die hij kiest voor de opname van de loting waaraan hij deelneemt;
- die wenst af te zien van deelneming aan de loting, drukt deze wens uit door een kruisje in de vorm van " x " te plaatsen in datgene van de twee in § 2, 1°, bedoelde vakjes waarbij de vermelding " neen " staat. Door dit te doen kan hij geen ander lot opeisen dan dat van 50 000 frank dat bedoeld is in artikel 4, § 1, derde lid. Dientengevolge moet hij geen kruisje plaatsen in één van de twee in § 2, 2°, bedoelde vakjes. Het eventueel aankruisen van één van deze vakjes wordt verondersteld nietig te zijn.
§ 4. Indien de handgeschreven vermeldingen die vereist zijn op de keerzijde van het biljet ten dele ontbreken of onjuist zijn aangebracht, neemt de Nationale Loterij contact op met de eigenaar van het in § 1 bedoelde biljet op alle manieren die zij nuttig acht. De betrokken eigenaar dient schriftelijk de door de Nationale Loterij gevraagde inlichtingen te bevestigen.
§ 5. De handgeschreven vermeldingen die op de keerzijde van een biljet vereist zijn ter toepassing van dit artikel, moeten aangebracht worden d.m.v. een kogelpen en perfect leesbaar zijn.
§ 6. Onder voorbehoud van artikel 8, § 3, tweede lid, stelt de Nationale Loterij de eigenaar van een in § 1 bedoeld biljet die de wens tot uiting bracht deel te nemen aan de loting, per ter post aangetekend schrijven op de hoogte van de datum, het uur en de plaats waar de loting gebeurt waaraan hij deelneemt.
Dit aangetekend schrijven wordt gericht aan de persoon waarvan de naam, voornaam en adres voorkomen op de keerzijde van het betrokken biljet. Mocht de deelnemer van adres veranderen vóór hij de oproep tot de loting krijgt, dan dient hij de Nationale Loterij schriftelijk van zijn nieuwe gegevens op de hoogte te stellen.
§ 7. De eigenaar van een biljet die aanvaardt deel te nemen aan de loting, aanvaardt tevens dat deze laatste gebeurt in het kader van de opname van een televisie-uitzending en laat de Nationale Loterij toe om gratis gebruik te maken van zijn naam en eventueel van zijn beeltenis op onverschillig welke drager, voor onverschillig welke reclame- of promotionele actie. Wat de televisie-opname betreft, garandeert de Nationale Loterij niet dat zij volledig of gedeeltelijk wordt uitgezonden.
(De in het eerste lid bedoelde eigenaar die niet zelf het rad wenst te laten draaien, mag zich laten vervangen door een gemachtigde die bekwaam is om die handeling te verrichten.) <KB 1995-05-04/33, Art. 4, 002; En vigueur : 17-05-1995>
Artikel 7 De loten zijn vrijgesteld van alle belasting ten bate van de Staat.
Artikel 8 <KB 1995-09-29/35, Art. 1, 003; En vigueur : 24-10-1995> (§ 1. De in artikel 3, § 2, bedoelde loten zijn betaalbaar aan toonder, vanaf de aankoop van de biljetten, tegen afgifte van de winnende biljetten ten zetel van de Nationale Loterij of bij de verkopers, tot en met de laatste dag van een termijn van twee maanden vanaf :
1° de datum waarop de verkoop is afgesloten, vermeld op de rechthoekige biljetten;
2° de datum waarop de verkoop is afgesloten van de uitgifte waartoe de niet-rechthoekige biljetten behoren. Voor iedere uitgifte van biljetten zal de datum waarop de verkoop is afgesloten en de daarmee samenhangende datum waarop de uitbetaling van de loten is afgesloten, door de Nationale Loterij met alle door haar nuttig geachte middelen openbaar gemaakt worden.
De verkopers betalen, tegen afgifte van de winnende biljetten, de in artikel 3, § 2, bedoelde loten evenwel slechts uit ten belope van een door de Nationale Loterij bepaald bedrag.
In afwijking van lid 1, zijn de in artikel 3, § 2, bedoelde loten van 50 000 frank uitsluitend betaalbaar aan de persoon waarvan de identiteit vermeld staat op de keerzijde van het betrokken winnend biljet.
Binnen een termijn die identiek is aan die bedoeld in het eerste lid, kan de afgifte eveneens geschieden per brief met aangegeven waarde, op eigen verantwoordelijkheid van de afzender die zijn naam, voornaam en adres leesbaar dient te vermelden op de keerzijde van de winnende biljetten en die de Nationale Loterij moet inlichten omtrent de gewenste betalingswijze.) <KB 1997-05-30/30, Art. 4, 006; En vigueur : 04-06-1997>
(§ 2. De betwistingen betreffende de uitbetaling van de loten dienen, op straffe van verval, binnen de in § 1, lid 1, bedoelde termijn van twee maanden te worden ingediend. Zij dienen per aangetekend schrijven aan de Nationale Loterij gericht te worden of bij haar tegen ontvangstbewijs neergelegd te worden.
Bij elke klacht moet het betrokken biljet gevoegd zijn. Op de achterzijde van het biljet moet de deelnemer zijn naam, voornaam en adres vermelden.) <KB 1997-05-30/30, Art. 4, 006; En vigueur : 04-06-1997>
§ 3. De in artikel 3, § 2, bedoelde loten die niet binnen de in § 1, eerste lid, bepaalde termijn worden opgeëist, verblijven aan de Nationale Loterij.
De eigenaar van een biljet die één van de in artikel 3, § 2, bedoelde loten van 50 000 frank wint en zijn lot niet heeft opgeëist binnen de in § 1, eerste lid, voorgeschreven termijn, verliest eveneens het recht om deel te nemen aan de in artikel 3, § 3, bedoelde loting.
(§ 4. De rechthoekige biljetten waarvan de datum waarop de verkoop is afgesloten, vastgesteld is op 31 december 1995 of 31 december 1996 mogen verkocht worden tot op respectievelijk 30 juni 1996 en 31 december 1997. Hiermee samenhangend lopen de in paragraaf 2, 3 en 4 termijnen voor de uitbetaling van de loten, voor deze biljetten, vanaf respectievelijk 30 juni 1996 en 31 december 1997.) <KB 1997-05-30/30, Art. 4, 006; En vigueur : 04-06-1997>
Artikel 9 De in artikel 3, § 3, bedoelde loten worden uitbetaald door de Nationale Loterij binnen een termijn van één maand te rekenen vanaf de datum van de loting die ze heeft toegewezen en dit op alle manieren die zij nuttig acht. Deze loten worden uitsluitend uitbetaald aan de persoon wiens personalia vermeld staan op de keerzijde van het betrokken winnend biljet.
Artikel 10 § 1. De Nationale Loterij erkent slechts één enkele eigenaar van een winnend biljet, namelijk de toonder ervan. De staving van de identiteit wordt geëist als er twijfel bestaat over de geldigheid van het biljet, als er een naam op vermeld is of als het besmeurd, gescheurd, onvolledig of herplakt is. In dat geval houdt de Nationale Loterij het biljet in totdat zij een beslissing heeft genomen en ontvangt de houder van het biljet een bewijs van afgifte.
In afwijking van vorig lid, erkent de Nationale Loterij enkel als eigenaar van een biljet, dat één van de in artikel 3, § 2, bedoelde loten van 50 000 frank en één van de in § 3 van hetzelfde artikel bedoelde loten wint, de persoon wiens personalia vermeld zijn op de keerzijde van het betrokken winnend biljet.
§ 2. In geval van diefstal, verlies of vernietiging van een biljet of van een aan toonder opgesteld bewijs van afgifte, wordt geen enkel bezwaar of verzet aanvaard.
§ 3. De eigenaar van een biljet met een technisch gebrek wat betreft de druk, kan geen aanspraak maken op een lot maar wel (op de terugbetaling) van zijn biljet. <KB 1997-05-30/30, Art. 5, 006; En vigueur : 04-06-1997>
§ 4. De Nationale Loterij mengt zich niet in conflicten die kunnen ontstaan tussen personen die gemeenschappelijk biljetten hebben gekocht.
Artikel 11 Dit besluit treedt in werking op 2 mei 1994.
Artikel 12 Onze Minister van Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.