Paritair Comité voor de voedingsnijverheid. - Collectieve arbeidsovereenkomst van 17 mei 1995. - Eindejaarspremie .

Date :
17-05-1995
Langue :
Français Néerlandais
Taille :
2 pages
Section :
Législation
Source :
Numac 1995051767

Texte original :

Ajoutez le document à un dossier () pour commencer à l'annoter.
Hoofdstuk 1. Toepassingsgebied

Artikel 1 Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werklieden en werksters van de industriële en ambachtelijke bakkerijen, de ambachtelijke banketbakkerijen, de ambachtelijke roomijsfabrikanten en suikerbakkers en de consumptiesalons bij een ambachtelijke banketbakkerij.

Hoofdstuk 2. Beschikkingen

Artikel 2 De partijen komen overeen aan de werklieden en werksters een eindejaarspremie toe te kennen.
  Voor de werklieden en werksters die sedert twaalf maanden tewerkgesteld zijn, stemt deze premie overeen met een minimumbedrag van 4 1/3 week brutoloon.

Artikel 3 § 1. Het brutoloon wordt berekend op basis van het normale uurloon op het ogenblik van de betaling van de eindejaarspremie en vermeerderd met de contractuele premies die rechtstreeks gebonden zijn aan de door de werknemers verrichte prestaties waarop inhoudingen voor sociale zekerheid worden gedaan en waarvan de periodiciteit van betaling geen maand overschrijdt.
  Het omvat ook de voordelen in natura die aan de inhoudingen van sociale zekerheid onderworpen zijn.
  Daarentegen worden premies of vergoedingen die als tegenwaarde van werkelijke kosten worden verleend, niet in aanmerking genomen.
  § 2. Het bedrag van de contractuele premies waarvan de periodiciteit van betaling geen maand overschrijdt wordt berekend op basis van het gemiddelde van de in § 1 omschreven premies ontvangen tijdens het kalenderjaar waarop de eindejaarspremie betrekking heeft, met uitzondering van de maand waarin de eindejaarspremie wordt uitbetaald.
  § 3. In de sectoren of ondernemingen waar bijzondere overeenkomsten gunstige of evenwaardige berekeningswijzen voorzien blijven deze van toepassing.

Artikel 4 Per maand effectief gepresteerde dienst gedurende het kalenderjaar waarop de premie betrekking heeft, wordt 1/12de van voornoemde premie verleend aan de werklieden en werksters.
  Iedere begonnen maand geeft recht op 1/12de van de premie.

Artikel 5 De werklieden en werksters die minder dan één jaar anciënniteit hebben en die de onderneming uit vrije wil verlaten hebben, evenals de werklieden en werksters die werden ontslagen tijdens hun proefperiode of om ernstige redenen, genieten het voordeel van de eindejaarspremie niet.
  Ingeval een handeling gelijkstaand met verbreking van de werkgever uitgaat, heeft de werknemer prorata temporis recht op de eindejaarspremie.
  Beëindiging van de arbeidsovereenkomst wegens overmacht in geval van ziekte of arbeidsongeval, wordt gelijkgesteld met een verbreking die van de werkgever uitgaat.

Artikel 6 Het bedrag van de eindejaarspremie mag worden herleid naar rato van de afwezigheden in de loop van het jaar. Worden echter met effectieve gepresteerde dienst gelijkgesteld de volgende afwezigheden :
  - de wettelijke en conventionele vakantiedagen;
  - de wettelijke feestdagen;
  - het kort verzuim;
  - de beroepsziekten;
  - de arbeidsongevallen;
  - de gewone wederoproeping onder de wapens;
  - de dagen gewijd aan de uitoefening van een openbaar mandaat en een mandaat in syndicaal verband bepaald bij artikel 16, 9° en 10° van het koninklijk besluit van 30 maart 1967 tot bepaling van de algemene uitvoeringsmodaliteiten van de wetten betreffende de jaarlijkse vakantie der loonarbeiders (Belgisch Staatsblad van 6 april 1967), gewijzigd bij koninklijk besluit van 12 november 1970 (Belgisch Staatsblad van 18 november 1970);
  - de dagen van deelneming aan stages of studiedagen die aan de arbeidsopvoeding of aan de syndikale vorming gewijd zijn, naar rata van maximum 15 dagen per jaar;
  - de dagen van staking of lock-out volgens de voorwaarden bepaald in artikel 19 van voormeld koninklijk besluit van 30 maart 1967 (Belgisch Staatsblad van 6 april 1967), gewijzigd bij het koninklijk besluit van 20 juli 1970 (Belgisch Staatsblad van 31 juli 1970);
  - de dagen van gedeeltelijke werkloosheid;
  - de dagen gewijd aan de vervulling van burgerplichten.
  In geval van ziekte of ongeval bedraagt de gelijkstellingsperiode twaalf maanden; de rustperiode voor en na de bevalling beloopt vijftien weken met ingang van de eerste dag van arbeidsongeschiktheid of van de rustperiode.
  Voor de gepensioneerden wordt het genot van de jaarlijkse premie uitgebreid tot hun effectieve en gelijkgestelde prestaties van het lopend jaar.
  Voor de conventioneel bruggepensioneerden geeft elke gepresteerde maand recht op de betaling van een twaalfde van het bedrag van de jaarlijkse premie. De maanden van brugrustpensioen of van brugpensioen geven recht op de betaling van 20 pct. van de overblijvende premie en dit tot 31 december van het lopend jaar.

Artikel 7 In de bedrijven waar reeds een gelijkwaardig voordeel wordt toegekend, is deze collectieve arbeidsovereenkomst niet van toepassing.

Artikel 8 Behoudens andere schikkingen overeengekomen op het vlak van de onderneming wordt de eindejaarspremie betaald :
  - voor 25 december van het lopende kalenderjaar voor de werklieden en werksters in dienst op het ogenblik van de betaling;
  - voor de andere werklieden en werksters : op het ogenblik dat zij de onderneming verlaten.

Hoofdstuk 3. Geldigheid

Artikel 9 Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt die van 23 april 1993, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, tot toekenning van een eindejaarspremie aan de werklieden en werksters van de industriële bakkerijen, de ambachtelijke banketbakkerijen, de ambachtelijke roomijsfabrikanten en suikerbakkers en de consumptiesalons bij een ambachtelijke banketbakkerij, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 28 januari 1994 (Belgisch Staatsblad van 21 april 1994).
  Zij heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1995 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 1996.
  Vervolgens wordt zij op 1 januari van elk jaar stilzwijgend verlengd voor de periode van één jaar, behoudens opzegging door één der partijen, uiterlijk drie maanden voor het verstrijken van de collectieve arbeidsovereenkomst, per een ter post aangetekend schrijven gericht aan de Voorzitter van het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid en aan de organisaties vertegenwoordigd in dit paritair comité.
  Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 30 augustus 1996.
  (Voor het KB, zie %%1996-08-30/30%%).
  Voor de Minister van Tewerkstelling en Arbeid, afwezig,
  De Minister van Ambtenarenzaken,
  A. FLAHAUT