Commissie voor financiële hulp aan slachtoffers van opzettelijke gewelddaden en aan de occasionele redders: Beslissing van 24 April 2003 (België). RG M1510/1998

Date :
24-04-2003
Langue :
Néerlandais
Taille :
1 page
Section :
Jurisprudence
Source :
Justel N-20030424-2
Numéro de rôle :
M1510/1998

Résumé :

Samenvatting 1 x

Decision :

Ajoutez le document à un dossier () pour commencer à l'annoter.
I. Feiten
Uit de stukken blijkt dat verzoeker op 7 maart 1999 te ... het slachtoffer werd van een brutale overval op straat. 2 Noordafrikanen vroegen verzoeker zijn portefeuille af te geven, toen verzoeker dit weigerde, werd hij 7 keer gestoken met een mes.
II. Vervolging
Diezelfde dag nog heeft verzoeker klacht ingediend bij de politie van ....
Op 10 april 2000 heeft verzoeker zich burgerlijke partij gesteld tegen onbekenden bij de onderzoeksrechter, doch de raadkamer te ... velde op 7 november 2001 een beschikking tot niet vervolging.
III. Medische gevolgen
Dr. Scholiers bevestigt in een attest d.d. 27 december 1999 dat verzoeker bij hem in behandeling is voor de medisch-psychologische gevolgen van de brutale overval. Verzoeker lijdt aan een posttraumatisch stress syndroom. De behandeling is ondersteunend en medicamenteus.
Uit het deskundig verslag d.d. 22 januari 2001 van Dr. Van N., die aangesteld is als deskundige door de onderzoeksrechter, blijkt dat een blijvende arbeidsongeschiktheid kan worden toegekend voor de klachten van voosheid en krampen en voor de psychische problemen. Doordat hij overvallen is en 7 messteken heeft gekregen zes in het linkerbeen en één aan de scalp kan voor deze littekens een esthetische schade worden toegekend.
De deskundige komt tot de volgende bevindingen:
T.W.O.
100% van 7 maart 1999 t/m 20 maart 1999
20% van 21 maart 1999 t/m 30 april 1999
15% van 1 mei 1999 t/m 31 mei 1999
10% van 1 juni 1999 t/m 31 augustus 1999
Consolidatiedatum: 1 september 1999, met een blijvende invaliditeit van 7%.
Esthetische schade: 2/7
Uit verslag d.d. 7 juni 2001 van Dr. V. blijkt dat verzoeker lijdt aan een perifeer zenuwletsel aan de linkerkuit, nog steeds psychische klachten heeft, en potentiestoornissen heeft.
IV. Begroting van de schade door de verzoeker
Morele schade : 501.800 BEF
TWO 81.800 BEF
BWO (7% à 60.000 BEF) 420.000 BEF
Esthetische schade : 90.000 BEF
Medische kosten/ziekenhuiskosten : 21.405 BEF
Vermindering/verlies aan inkomsten :528.000 BEF
-inkomstenverlies van 17.000 BEF/maand te wijten
aan zijn werkloosheid. 408.000 BEF
-fooien en premie per maand (=geen officieel loon, dus enkel forfait van 5.000 BEF/maand vragen) 120.000 BEF
Kosten van de burgerlijke partijstelling en/of procedurekosten : 15.000 BEF
Materiële kosten : 28.000 BEF
Bijkomend: potentiestoornissen : 300.000 BEF
TOTAAL : 1.484.715 BEF
V. Beoordeling door de Commissie
Het verzoekschrift aan de Commissie is regelmatig naar de vorm en het werd tijdig neergelegd. Aan de ontvankelijkheidsvoorwaarden werd voldaan. De kansen op verhaal tegenover de onbekend gebleven daders zijn onbestaande.
De wetgeving betreffende de hulp aan slachtoffers van opzettelijke gewelddaden verleent aan de slachtoffers geen subjectief recht op "schadeloosstelling", maar wel op het eventueel bekomen van een "hulp", gesteund op het principe van de collectieve solidariteit. Uit de aard zelf van de hulp volgt dat de "volledige vergoeding" van het door de slachtoffers geleden nadeel niet wordt gewaarborgd. Bij het beoordelen van een hulp dienen de voorschriften van de artikelen 31, 32 en 33 van de wet van 1 augustus 1985 nageleefd te worden.
Rekening houdend met de ernst van de feiten en de schade zoals zij blijkt uit het dossier meent de Commissie in billijkheid voor de gevorderde schade een hulp te kunnen toekennen.
VI. Begroting van de hulp door de Commissie
De hulp kan in billijkheid begroot worden op € 15.500.
OP DIE GRONDEN,
De Commissie,
Gelet op de artikelen 17 § 1, 39 tot 42 van de gecoördineerde wetten van 18 juli 1966 tot regeling van het taalgebruik in bestuurszaken, de artikelen 31 tot 37 van de wet van 1 augustus 1985, zoals gewijzigd door de wetten van 17 en 18 februari 1997 en de artikelen 28 tot 34 van het K.B. van 18 december 1986,
Verklaart het verzoek ontvankelijk,
Kent de verzoeker een hulp toe van € 15.500.
Aldus uitgesproken te Brussel, in openbare zitting en in de Nederlandse taal op 24 april 2003.