De burgerlijke partij kan, bij een ter terechtzitting genomen conclusie, haar vordering wijzigen of uitbreiden, zelfs in hoger beroep, op voorwaarde dat de wijziging of uitbreiding blijft berusten op het aan de beklaagde ten laste gelegde misdrijf. ( Artt. 3 en 4 Wet 17 april 1878; artt. 2, 807 en 1042 Gerechtelijk Wetboek. )
Arrêt :
La version intégrale et consolidée de ce texte n'est pas disponible.