Ministrieel besluit tot vaststelling van de vorm van het verslag bedoeld in artikel 1 en artikel 3 van het koninklijk besluit nr. 18 van 18 maart 1982 houdende reglementering en organisatie van de controle op de aanwending van het effect van het matigingsbeleid in de ondernemingen.
- Section :
- Législation
- Source :
- Numac 1982001383
Texte original :
Ajoutez le document à un dossier
()
pour commencer à l'annoter.
Artikel 1 Het verslag bedoeld in artikel 1 en artikel 3 van het koninklijk besluit nr. 18 van 18 maart 1982 houdende reglementering en organisatie van de controle op de aanwending van het effect van het matigingsbeleid in de ondernemingen, bevat de tabel opgenomen in bijlage 1 van dit besluit.
Artikel 2 De richtlijnen voor het invullen van de tabel bedoeld in artikel 1 van dit besluit zijn opgenomen in bijlage 2 van dit besluit.
Artikel 3 De bepalingen van dit besluit zijn niet van toepassing op de ondernemingen die op de eerste dag van het boekjaar waarop het verslag betrekking heeft minder dan twintig werknemers te werk stellen. Een bijkomend ministerieel besluit zal de vorm van het verslag in deze ondernemingen vaststellen.
Artikel 4 Dit besluit treedt in werking de dag van zijn bekendmaking in het Belgisch Staatsblad.
Artikel N1 Bijlage 1. TABEL
1. HERKOMST VAN DE KOSTENVERMINDERINGEN.
1.1. Loon- en weddekosten.
1.1.1. Kostenvermindering ingevolge de toepassing van het koninklijk besluit nr. 11 van 26 februari 1982 houdende bepaalde tijdelijke wijzigingen in de regeling inzake de koppeling van de lonen en bezoldigingen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen van het Rijk :...... F.
1.2. Sociale lasten en sociale zekerheidslasten.
1.2.1. Kostenvermindering ingevolge de toepassing van het voornoemd koninklijk besluit nr. 11 van 26 februari 1982 :
1.2.2. Kostenvermindering ingevolge de toepassing van het koninklijk besluit nr. 17 van 9 maart 1982 houdende tijdelijke vermindering van de werkgeversbijdragen voor sociale zekerheid, ter bevordering van de tewerkstelling van jonge werklozen :...... F.
1.3. Fiscale kosten.
1.3.1. Kostenvermindering ingevolge de toepassing van het koninklijk besluit nr. 16 van 9 maart 1982 tot wijziging van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen inzake vennootschapsbelasting en belasting der niet-verblijfhouders ten laste van vennootschappen :...... F.
1.3.2. Kostenvermindering ingevolge de toepassing van het koninklijk besluit nr. 7 van 15 februari 1982 tot wijziging van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen met betrekking tot het sociaal passief :...... F.1.4. Energiekosten.
1.4.2. Kostenvermindering ingevolge de toepassing van het ministerieel besluit van 9 maart 1982 houdende beperking der prijzen van de elektrische energie geleverd aan hoogspanningsverbruikers :...... F.
1.5. Financiële kosten.
1.5.1. Kostenvermindering met betrekking tot exportkredieten ingevolge de toepassing van de door het koninklijk besluit nr. 19 van 18 maart 1982 houdende aanwending van de opbrengst voortspruitend uit de loonmatiging in de kredietsector, in het vooruitzicht gestelde verlaging van de rentevoeten toegepast met betrekking tot bepaalde exportkredieten :...... F.
Totaal kostenvermindering :...... F.
2. AANWENDING VAN DE KOSTENVERMINDERINGEN.
(1) Normaal
(2) Effectief
(3) Aanwending kostenvermindering
Artikel N2 Bijlage 2.
Richtlijnen voor het invullen van de rubrieken van de tabel opgenomen in bijlage 1
Opmerking : Gegevens die beschikbaar zijn per technische bedrijfseenheid worden per technische bedrijfseenheid aan de ondernemingsraad van de betrokken bedrijfseenheid medegedeeld. De andere gegevens worden verstrekt voor het geheel van de onderneming.
1. HERKOMST VAN DE KOSTENVERMINDERING.
1.1. Loon- en weddekosten.
1.1.1. (Deze rubriek vermeldt de kostenvermindering inzake lonen en wedden berekend op basis van de kostenvermindering voor het laatste kwartaal van 1982.) <MB 1984-03-05/30, Art. 1, § 1, 002>
1.2. Sociale lasten en sociale zekerheidslasten
1.2.1. (Deze rubriek vermeldt de kostenvermindering inzake sociale lasten en sociale zekerheidslasten berekend op basis van de kostenvermindering voor het laatste kwartaal van 1982.) <MB 1984-03-05/30, Art. 1, § 2, 002>
1.2.2. Rubriek
1.2.2. van het verslag vermeldt het totaal bedrag van de werkgeversbijdragen waarvan de onderneming krachtens artikel 2 van het koninklijk besluit nr. 17 van 9 maart 1982 gedurende het boekjaar is vrijgesteld geworden onder aftrek van de sociale zekerheidsbijdragen gestort in toepassing van artikel 9 van het voormeld koninklijk besluit nr. 17.
1.3. Fiscale kosten.
1.3.1. Rubriek
1.3.1. van het verslag vermeldt het verschil tussen de aan slag inzake vennootschapsbelasting te vestigen met toepassing van de tarieven vervat in het koninklijk besluit nr. 16 van 9 maart 1982 en de aanslag die zou gevestigd zijn geworden met toepassing van de tarieven die voorzien waren in
artikel 126 van het Wetboek van Inkomstenbelastingen onmiddellijk voor hun wijziging door voornoemd koninklijk besluit nr. 16 van 9 maart 1982.
1.3.2. Rubriek
1.3.2. van het verslag vermeldt het ingevolge artikel 23, § 2, van het Wetboek van Inkomstenbelastingen, zoals aangevuld door artikel 1 van het koninklijk besluit nr. 7 van 15 februari 1982, uitgespaarde belastingsbedrag, onder aftrek van de belastingsbedragen verschuldigd in toepassing van artikel 23, § 2, vierde en vijfde lid, van voornoemd Wetboek.
2. AANWENDING VAN DE KOSTENVERMINDERINGEN.
Dit onderdeel van de tabel bevat over drie kolommen de gegevens inzake prijzen, tewerkstelling en investeringen zoals zij normaal hadden plaatsgevonden voor de gerapporteerde periode (d.w.z. bij ontstentenis van de kostenverminderingen die voortvloeien uit het matigingsbeleid), zoals zij effectief werden uitgevoerd en, in de laatste kolom, de aanwending van de kostenverminderingen voortvloeiend uit het matigingsbeleid.
2.1. Effect op de prijzen.
De gegevens worden uitgesplitst over de verschillende grote categorieën goederen die door de onderneming op de markt worden gebracht.
2.2. Effect op de tewerkstelling.
2.2.1./2.2.2.
Deze rubrieken vermelden de aangroei of vermindering van het totaal aantal arbeidsdagen (respectievelijk gemiddeld aantal arbeidsplaatsen) in de onderneming in vergelijking met het totaal aantal arbeidsdagen (respectievelijk gemiddeld aantal arbeidsplaatsen) gedurende het vorig boekjaar.
2.2.3. Deze rubriek vermeldt de totale kost voor de werkgever als gevolg van de aangroei of de minder sterke vermindering t.o.v. wat normaal had plaatsgevonden, van de tewerkstelling in de onderneming.
2.3. Effect op de investeringen.
Worden als uitbreidingsinvesteringen beschouwd, (a) de investeringen die volledig nieuwe investeringsgoederen of -diensten betreffen, d.w.z. die geen vervangingsinvesteringen zijn, en (b) de vervangingsinvesteringen die een toename van het rendement, de produktiviteit of produktiecapaciteit van de onderneming beogen, tot beloop van de meerprijs boven de prijs van een loutere vervangingsinvestering.
De gegevens worden uitgesplitst over de verschillende grote categorieën investeringen van de onderneming. Investeringen die, B.T.W. niet inbegrepen, 100 000 F niet overschrijden, moeten niet afzonderlijk vermeld worden : zij mogen geglobaliseerd weergegeven worden.
2.4. Andere aanwendingen.
Deze rubriek vermeldt aanwendingen van kostenverminderingen die niet onder één der bovenstaande rubrieken kunnen worden ondergebracht. Aard en bedrag, evenals de posten van de jaarrekening die deze aanwendingen reflecteren worden vermeld.
(De gerapporteerde periode betreft respectievelijk het jaar 1983 en 1984.) <MB 1984-03-05/30, Art. 1, § 3, 002>
Artikel N3 BEREKENINGSTABEL 1.
Forfaitaire berekening van de kostenvermindering inzake lonen en wedden ingevolge toepassing van het koninklijk besluit nr. 11 van 26 februari 1982.
Punt 1. BEREKENING VAN HET REFERTE DAGLOON.
Opmerking : De gegevens te gebruiken voor Punt 1 worden overgenomen uit de R.S.Z.-aangifte voor het laatste kwartaal 1981.
De ondernemingen die geen kostenvermindering hebben gekend gedurende het eerste kwartaal van 1982 (omdat geen indexaanpassing was voorzien voor de maand maart 1982), en dus de berekening pas vanaf het tweede kwartaal verrichten (zie richtlijn 1.1.1.) nemen de gegevens echter over uit de R.S.Z.-aangifte voor het eerste kwartaal 1982.
A. Arbeiders :
Punt 2. BEREKENING VAN DE BESPARINGSCOEFFICIENTEN VAN HET KWARTAAL WAARVOOR DE BEREKENING WORDT VERRICHT.
De besparingscoëfficiënt (Bc.) voor de arbeiders, respectievelijk de bedienden van het kwartaal waarvoor de berekening wordt verricht, wordt berekend aan de hand van de volgende formule :Bc = X + (1 X x1) + (0,67 X x2) + (0,34 X x3).
Waarin :
X : de som van de percentages der indexaanpassing die, gedurende de periode 1 maart 1982 tot en met de laatste maand van het kwartaal dat het kwartaal voorafgaat waarvoor de berekening wordt verricht, geen toepassing heeft gevonden ingevolge het koninklijk besluit nr. 11 van 26 februari 1982.
x1, x2, x3 : de percentages der indexaanpassingen die gedurende de eerste, respectievelijk tweede en derde maand van het kwartaal waarvoor de berekening wordt verricht geen toepassing hebben gevonden ingevolge het koninklijk besluit nr. 11 van 26 februari 1982.
Voorbeeld : Berekening van de besparingscoëfficiënt voor het derde kwartaal, waarbij verondersteld wordt dat volgende indexaanpassingen geen toepassing vonden :
maart 2 p.c.
april 0 p.c.
mei 2 p.c.
juni 0 p.c.
juli 2 p.c.
augustus 0 p.c.
september 2 p.c.
Bc. = (2 + 0 + 2 + 0) + (1 X 2) + (0,67 X 0) + (0,34 X 2) = 4 + 2 + 0,68 = 6,68 p.c.
Punt 3. FORFAITAIRE BEREKENING VAN DE KOST DER BEGRENSDE INDEXAANPASSINGEN VOOR HET KWARTAAL WAARVOOR DE BEREKENING WORDT VERRICHT.
A. Arbeiders :
De kwartaalkost van de begrensde indexaanpassingen wordt berekend aan de hand van de volgende formule :
Aantal arbeiders X (3Y + (y1 X 3) + (y2 X 2) + (y3 X 1))
Waarin :
Y : de som van de bedragen der begrensde indexaanpassingen die gedurende de periode 1 juni 1982 tot en met de laatste maand van het kwartaal dat het kwartaal voorafgaat waarvoor de berekening wordt verricht, toepassing hebben gevonden.
y1, y2, y3 : het bedrag van de begrensde indexaanpassing die heeft plaats gevonden tijdens de eerste, respectievelijk de tweede en de derde maand van het kwartaal waarvoor de berekening wordt verricht.
Aantal arbeiders : het aantal arbeiders vermeld in kolom 1 van Staat A van de R.S.Z.-aangifte voor het kwartaal waarvoor de berekening wordt verricht. In de ondernemingen die het stelsel van de tijdelijke werkloosheid hebben toegepast tijdens dit kwartaal, wordt echter niet het aantal arbeiders ingevuld in de formule, doch wel het quotient van volgende breuk :
Totaal aantal arbeidsdagen / aantal arbeiders X aantal werkdagen van het kwartaalin welke breuk :
_ het totaal aantal arbeidsdagen de som is van alle arbeidsdagen van alle arbeiders gedurende het kwartaal;
_ het aantal arbeiders het aantal is dat vermeld wordt in kolom 1 van Staat A van de R.S.Z.-aangifte voor het kwartaal waarvoor de berekening wordt verricht.
Voorbeeld : berekening van de kost der begrensde indexaanpassingen voor het vierde kwartaal waarbij verondersteld wordt dat volgende beperkte indexaanpassingen toepassing vonden :juni 500juli 0augustus 550september 0oktober 0november 600december 650Aantal arbeiders : 100 :
Kost begrensde indexaanpassingen " 100 X (3 (500 + 0 + 550 + 0) + (0 X 3) + (600 X 2) + (650 X 1))
B. Bedienden :
De berekening van de kwartaalkost van de begrensde indexaanpassingen is analoog aan deze hoger vermeld voor de arbeiders.
Punt 4. _ FORFAITAIRE BEREKENING VAN DE KOSTENVERMINDERING GEREALISEERD TIJDENS HET KWARTAAL WAARVOOR DE BEREKENING WORDT VERRICHT.
Opmerking : Het aantal bezoldigde dagen, respectievelijk arbeidsdagen te gebruiken in onderstaande berekeningswijze wordt overgenomen uit de R.S.Z.-aangifte voor het kwartaal waarvoor de berekening wordt verricht.
A. Arbeiders :
B. Bedienden :
De berekening van het kwartaalresultaat der kostenverminderingen inzake wedden is analoog aan deze hoger vermeld voor de arbeiders.
De som van de kwartaalresultaten der kostenverminderingen inzake lonen en inzake wedden wordt ingevuld in rubriek 1.1.1. van de tabel opgenomen in bijlage 1 van dit besluit.
Artikel N4 BEREKENINGSTABEL 2
Forfaitaire berekening van de kostenvermindering inzake sociale zekerheidslasten ingevolge de toepassing van het koninklijk besluit nr. 11 van 26 februari 1982. <wegens technische redenen werd deze tabel niet in het bestand opgenomen. Zie B.St. 11-9-1982, p. 10518>
Artikel 2 De richtlijnen voor het invullen van de tabel bedoeld in artikel 1 van dit besluit zijn opgenomen in bijlage 2 van dit besluit.
Artikel 3 De bepalingen van dit besluit zijn niet van toepassing op de ondernemingen die op de eerste dag van het boekjaar waarop het verslag betrekking heeft minder dan twintig werknemers te werk stellen. Een bijkomend ministerieel besluit zal de vorm van het verslag in deze ondernemingen vaststellen.
Artikel 4 Dit besluit treedt in werking de dag van zijn bekendmaking in het Belgisch Staatsblad.
Artikel N1 Bijlage 1. TABEL
1. HERKOMST VAN DE KOSTENVERMINDERINGEN.
1.1. Loon- en weddekosten.
1.1.1. Kostenvermindering ingevolge de toepassing van het koninklijk besluit nr. 11 van 26 februari 1982 houdende bepaalde tijdelijke wijzigingen in de regeling inzake de koppeling van de lonen en bezoldigingen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen van het Rijk :...... F.
1.2. Sociale lasten en sociale zekerheidslasten.
1.2.1. Kostenvermindering ingevolge de toepassing van het voornoemd koninklijk besluit nr. 11 van 26 februari 1982 :
1.2.2. Kostenvermindering ingevolge de toepassing van het koninklijk besluit nr. 17 van 9 maart 1982 houdende tijdelijke vermindering van de werkgeversbijdragen voor sociale zekerheid, ter bevordering van de tewerkstelling van jonge werklozen :...... F.
1.3. Fiscale kosten.
1.3.1. Kostenvermindering ingevolge de toepassing van het koninklijk besluit nr. 16 van 9 maart 1982 tot wijziging van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen inzake vennootschapsbelasting en belasting der niet-verblijfhouders ten laste van vennootschappen :...... F.
1.3.2. Kostenvermindering ingevolge de toepassing van het koninklijk besluit nr. 7 van 15 februari 1982 tot wijziging van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen met betrekking tot het sociaal passief :...... F.1.4. Energiekosten.
1.4.2. Kostenvermindering ingevolge de toepassing van het ministerieel besluit van 9 maart 1982 houdende beperking der prijzen van de elektrische energie geleverd aan hoogspanningsverbruikers :...... F.
1.5. Financiële kosten.
1.5.1. Kostenvermindering met betrekking tot exportkredieten ingevolge de toepassing van de door het koninklijk besluit nr. 19 van 18 maart 1982 houdende aanwending van de opbrengst voortspruitend uit de loonmatiging in de kredietsector, in het vooruitzicht gestelde verlaging van de rentevoeten toegepast met betrekking tot bepaalde exportkredieten :...... F.
Totaal kostenvermindering :...... F.
2. AANWENDING VAN DE KOSTENVERMINDERINGEN.
(1) Normaal
(2) Effectief
(3) Aanwending kostenvermindering
Artikel N2 Bijlage 2.
Richtlijnen voor het invullen van de rubrieken van de tabel opgenomen in bijlage 1
Opmerking : Gegevens die beschikbaar zijn per technische bedrijfseenheid worden per technische bedrijfseenheid aan de ondernemingsraad van de betrokken bedrijfseenheid medegedeeld. De andere gegevens worden verstrekt voor het geheel van de onderneming.
1. HERKOMST VAN DE KOSTENVERMINDERING.
1.1. Loon- en weddekosten.
1.1.1. (Deze rubriek vermeldt de kostenvermindering inzake lonen en wedden berekend op basis van de kostenvermindering voor het laatste kwartaal van 1982.) <MB 1984-03-05/30, Art. 1, § 1, 002>
1.2. Sociale lasten en sociale zekerheidslasten
1.2.1. (Deze rubriek vermeldt de kostenvermindering inzake sociale lasten en sociale zekerheidslasten berekend op basis van de kostenvermindering voor het laatste kwartaal van 1982.) <MB 1984-03-05/30, Art. 1, § 2, 002>
1.2.2. Rubriek
1.2.2. van het verslag vermeldt het totaal bedrag van de werkgeversbijdragen waarvan de onderneming krachtens artikel 2 van het koninklijk besluit nr. 17 van 9 maart 1982 gedurende het boekjaar is vrijgesteld geworden onder aftrek van de sociale zekerheidsbijdragen gestort in toepassing van artikel 9 van het voormeld koninklijk besluit nr. 17.
1.3. Fiscale kosten.
1.3.1. Rubriek
1.3.1. van het verslag vermeldt het verschil tussen de aan slag inzake vennootschapsbelasting te vestigen met toepassing van de tarieven vervat in het koninklijk besluit nr. 16 van 9 maart 1982 en de aanslag die zou gevestigd zijn geworden met toepassing van de tarieven die voorzien waren in
artikel 126 van het Wetboek van Inkomstenbelastingen onmiddellijk voor hun wijziging door voornoemd koninklijk besluit nr. 16 van 9 maart 1982.
1.3.2. Rubriek
1.3.2. van het verslag vermeldt het ingevolge artikel 23, § 2, van het Wetboek van Inkomstenbelastingen, zoals aangevuld door artikel 1 van het koninklijk besluit nr. 7 van 15 februari 1982, uitgespaarde belastingsbedrag, onder aftrek van de belastingsbedragen verschuldigd in toepassing van artikel 23, § 2, vierde en vijfde lid, van voornoemd Wetboek.
2. AANWENDING VAN DE KOSTENVERMINDERINGEN.
Dit onderdeel van de tabel bevat over drie kolommen de gegevens inzake prijzen, tewerkstelling en investeringen zoals zij normaal hadden plaatsgevonden voor de gerapporteerde periode (d.w.z. bij ontstentenis van de kostenverminderingen die voortvloeien uit het matigingsbeleid), zoals zij effectief werden uitgevoerd en, in de laatste kolom, de aanwending van de kostenverminderingen voortvloeiend uit het matigingsbeleid.
2.1. Effect op de prijzen.
De gegevens worden uitgesplitst over de verschillende grote categorieën goederen die door de onderneming op de markt worden gebracht.
2.2. Effect op de tewerkstelling.
2.2.1./2.2.2.
Deze rubrieken vermelden de aangroei of vermindering van het totaal aantal arbeidsdagen (respectievelijk gemiddeld aantal arbeidsplaatsen) in de onderneming in vergelijking met het totaal aantal arbeidsdagen (respectievelijk gemiddeld aantal arbeidsplaatsen) gedurende het vorig boekjaar.
2.2.3. Deze rubriek vermeldt de totale kost voor de werkgever als gevolg van de aangroei of de minder sterke vermindering t.o.v. wat normaal had plaatsgevonden, van de tewerkstelling in de onderneming.
2.3. Effect op de investeringen.
Worden als uitbreidingsinvesteringen beschouwd, (a) de investeringen die volledig nieuwe investeringsgoederen of -diensten betreffen, d.w.z. die geen vervangingsinvesteringen zijn, en (b) de vervangingsinvesteringen die een toename van het rendement, de produktiviteit of produktiecapaciteit van de onderneming beogen, tot beloop van de meerprijs boven de prijs van een loutere vervangingsinvestering.
De gegevens worden uitgesplitst over de verschillende grote categorieën investeringen van de onderneming. Investeringen die, B.T.W. niet inbegrepen, 100 000 F niet overschrijden, moeten niet afzonderlijk vermeld worden : zij mogen geglobaliseerd weergegeven worden.
2.4. Andere aanwendingen.
Deze rubriek vermeldt aanwendingen van kostenverminderingen die niet onder één der bovenstaande rubrieken kunnen worden ondergebracht. Aard en bedrag, evenals de posten van de jaarrekening die deze aanwendingen reflecteren worden vermeld.
(De gerapporteerde periode betreft respectievelijk het jaar 1983 en 1984.) <MB 1984-03-05/30, Art. 1, § 3, 002>
Artikel N3 BEREKENINGSTABEL 1.
Forfaitaire berekening van de kostenvermindering inzake lonen en wedden ingevolge toepassing van het koninklijk besluit nr. 11 van 26 februari 1982.
Punt 1. BEREKENING VAN HET REFERTE DAGLOON.
Opmerking : De gegevens te gebruiken voor Punt 1 worden overgenomen uit de R.S.Z.-aangifte voor het laatste kwartaal 1981.
De ondernemingen die geen kostenvermindering hebben gekend gedurende het eerste kwartaal van 1982 (omdat geen indexaanpassing was voorzien voor de maand maart 1982), en dus de berekening pas vanaf het tweede kwartaal verrichten (zie richtlijn 1.1.1.) nemen de gegevens echter over uit de R.S.Z.-aangifte voor het eerste kwartaal 1982.
A. Arbeiders :
Punt 2. BEREKENING VAN DE BESPARINGSCOEFFICIENTEN VAN HET KWARTAAL WAARVOOR DE BEREKENING WORDT VERRICHT.
De besparingscoëfficiënt (Bc.) voor de arbeiders, respectievelijk de bedienden van het kwartaal waarvoor de berekening wordt verricht, wordt berekend aan de hand van de volgende formule :Bc = X + (1 X x1) + (0,67 X x2) + (0,34 X x3).
Waarin :
X : de som van de percentages der indexaanpassing die, gedurende de periode 1 maart 1982 tot en met de laatste maand van het kwartaal dat het kwartaal voorafgaat waarvoor de berekening wordt verricht, geen toepassing heeft gevonden ingevolge het koninklijk besluit nr. 11 van 26 februari 1982.
x1, x2, x3 : de percentages der indexaanpassingen die gedurende de eerste, respectievelijk tweede en derde maand van het kwartaal waarvoor de berekening wordt verricht geen toepassing hebben gevonden ingevolge het koninklijk besluit nr. 11 van 26 februari 1982.
Voorbeeld : Berekening van de besparingscoëfficiënt voor het derde kwartaal, waarbij verondersteld wordt dat volgende indexaanpassingen geen toepassing vonden :
maart 2 p.c.
april 0 p.c.
mei 2 p.c.
juni 0 p.c.
juli 2 p.c.
augustus 0 p.c.
september 2 p.c.
Bc. = (2 + 0 + 2 + 0) + (1 X 2) + (0,67 X 0) + (0,34 X 2) = 4 + 2 + 0,68 = 6,68 p.c.
Punt 3. FORFAITAIRE BEREKENING VAN DE KOST DER BEGRENSDE INDEXAANPASSINGEN VOOR HET KWARTAAL WAARVOOR DE BEREKENING WORDT VERRICHT.
A. Arbeiders :
De kwartaalkost van de begrensde indexaanpassingen wordt berekend aan de hand van de volgende formule :
Aantal arbeiders X (3Y + (y1 X 3) + (y2 X 2) + (y3 X 1))
Waarin :
Y : de som van de bedragen der begrensde indexaanpassingen die gedurende de periode 1 juni 1982 tot en met de laatste maand van het kwartaal dat het kwartaal voorafgaat waarvoor de berekening wordt verricht, toepassing hebben gevonden.
y1, y2, y3 : het bedrag van de begrensde indexaanpassing die heeft plaats gevonden tijdens de eerste, respectievelijk de tweede en de derde maand van het kwartaal waarvoor de berekening wordt verricht.
Aantal arbeiders : het aantal arbeiders vermeld in kolom 1 van Staat A van de R.S.Z.-aangifte voor het kwartaal waarvoor de berekening wordt verricht. In de ondernemingen die het stelsel van de tijdelijke werkloosheid hebben toegepast tijdens dit kwartaal, wordt echter niet het aantal arbeiders ingevuld in de formule, doch wel het quotient van volgende breuk :
Totaal aantal arbeidsdagen / aantal arbeiders X aantal werkdagen van het kwartaalin welke breuk :
_ het totaal aantal arbeidsdagen de som is van alle arbeidsdagen van alle arbeiders gedurende het kwartaal;
_ het aantal arbeiders het aantal is dat vermeld wordt in kolom 1 van Staat A van de R.S.Z.-aangifte voor het kwartaal waarvoor de berekening wordt verricht.
Voorbeeld : berekening van de kost der begrensde indexaanpassingen voor het vierde kwartaal waarbij verondersteld wordt dat volgende beperkte indexaanpassingen toepassing vonden :juni 500juli 0augustus 550september 0oktober 0november 600december 650Aantal arbeiders : 100 :
Kost begrensde indexaanpassingen " 100 X (3 (500 + 0 + 550 + 0) + (0 X 3) + (600 X 2) + (650 X 1))
B. Bedienden :
De berekening van de kwartaalkost van de begrensde indexaanpassingen is analoog aan deze hoger vermeld voor de arbeiders.
Punt 4. _ FORFAITAIRE BEREKENING VAN DE KOSTENVERMINDERING GEREALISEERD TIJDENS HET KWARTAAL WAARVOOR DE BEREKENING WORDT VERRICHT.
Opmerking : Het aantal bezoldigde dagen, respectievelijk arbeidsdagen te gebruiken in onderstaande berekeningswijze wordt overgenomen uit de R.S.Z.-aangifte voor het kwartaal waarvoor de berekening wordt verricht.
A. Arbeiders :
B. Bedienden :
De berekening van het kwartaalresultaat der kostenverminderingen inzake wedden is analoog aan deze hoger vermeld voor de arbeiders.
De som van de kwartaalresultaten der kostenverminderingen inzake lonen en inzake wedden wordt ingevuld in rubriek 1.1.1. van de tabel opgenomen in bijlage 1 van dit besluit.
Artikel N4 BEREKENINGSTABEL 2
Forfaitaire berekening van de kostenvermindering inzake sociale zekerheidslasten ingevolge de toepassing van het koninklijk besluit nr. 11 van 26 februari 1982. <wegens technische redenen werd deze tabel niet in het bestand opgenomen. Zie B.St. 11-9-1982, p. 10518>