Jurisprudence NL 12/10/1994  -  1 page

De rechtsgeldigheid van opeenvolgende contracten van bepaalde duur kan blijken uit de bedoeling van partijen en het vast gebruik in een bepaalde sector. De arbeid van een seizoenarbeider tijdens de bietencampagne verschilt van voordien gepresteerde arbeid als handlanger.…

Jurisprudence NL 04/04/2014  -  2 pages

Het eigen belang waarvan een rechtspersoon moet doen blijken om een rechtsvordering in te stellen, omvat alleen datgene wat zijn bestaan, zijn materiële goederen en morele rechten, inzonderheid zijn eer en goede naam, raakt; noch het feit dat een rechtspersoon een soortgelijk doel als dat van een andere vereniging nastreeft, ook al is dat doel van statutaire aard, noch de omstandigheid dat hij het nettoactief van die andere vereniging kan ontvangen in geval van vereffening van laatstgenoemde, doen een eigen belang ontstaan om de ontbinding…

Jurisprudence NL 12/11/2002  -  5 pages

Voor de ontvankelijkheid van een burgerlijke partijstelling is niet vereist dat degene van wie de klacht met burgerlijke partijstelling uitgaat, in zijn akte van burgerlijke partijstelling uitdrukkelijk heeft aangevoerd dat hij door het aangeklaagde misdrijf is benadeeld, nu die beweerde benadeling ook kan blijken uit de andere feitelijke gegevens (1). (1) Zie Cass., 21 sept. 1999, A.R. P.99.0743.N, nr 475.…

Jurisprudence NL 26/11/2004  -  6 pages

Wanneer het voornemen op grond waarvan de verhuurder de uitzetting van de huurder heeft verkregen bestaat in de in art. 16,I,3° Handelshuurwet bepaalde wederopbouw van de lokalen en de huurder een uitzettingsvergoeding, eventueel vermeerderd met schadevergoeding, vordert omdat de verhuurder zonder van een gewichtige reden te doen blijken dit voornemen niet heeft uitgevoerd binnen de in art. 25, eerste lid, 3° bepaalde termijn van zes maanden omdat de kosten van de werken geen drie jaar huur te boven gaan of de werken de ruwbouw van het…

Jurisprudence NL 22/10/1982  -  1 page

Uit de gegevens van de zaak moet met zekerheid blijken dat de partij met de beslissing instemt . (Art. 1045 Ger.W.)…

Jurisprudence NL 16/09/2008  -  1 page

voldoet niet aan de bijzondere motiveringsvereiste van artikel 90quater, § 1, tweede lid, Wetboek van Strafvordering, dat bepaalt dat de beschikking van de onderzoeksrechter, op straffe van nietigheid, de redenen vermeldt waarom de maatregel onontbeerlijk is om de waarheid aan de dag te brengen; waar de beschikking bijgevolg moet vermelden waarom de maatregel concreet onontbeerlijk is, is de naleving van deze motiveringsplicht evenwel niet aan bepaalde wettelijke voorgeschreven of uitdrukkelijke bewoordingen onderworpen, maar kan zij blijken…

Jurisprudence NL 26/03/1984  -  1 page

In burgerlijke zaken impliceert de spontane uitvoering van een rechterlijke beslissing door de veroordeelde partij niet noodzakelijk dat zij daarin berust; uit de gegevens van de zaak moet met zekerheid blijken dat de partij met de beslissing instemt. ( Art. 1045 Ger.W. )…

Jurisprudence NL 11/01/1980  -  1 page

Indien de bedoeling van een partij de overeenkomst te verbreken stilzwijgend blijkt uit kontraktuele tekortkomingen, moet dergelijke bedoeling duidelijk blijken uit de beoogde tekortkoming. De volgehouden niet-betaling van loon staat gelijk met een verbreking.…

Jurisprudence NL 16/11/1977  -  1 page

Openbaarheid van de terechtzitting kan blijken uit de door de voorzitter en de griffier getekende vermeldingen op de aan het proces-verbal van de terechtzitting gehechte conclusie. - ( Artt. 153, 155 en 190 Sv.; art. 10 wet van 1 mei 1849. )…

Jurisprudence NL 14/12/1987  -  1 page

Het niet gedagtekend dokument doet er niet van blijken dat het werd opgesteld "uiterlijk op het tijdstip waarop de bediende in dienst treedt". Geen bewijs "bovenop" kan worden toegelaten (art. 1341 van het Burgerlijk Wetboek).…