Hoewel de rechter op onaantastbare wijze oordeelt hoe ernstig de fout is van een ieder die schade heeft berokkend en op grond daarvan ieders aandeel in de schade in hun onderlinge verhouding bepaalt, kan hij echter niet beslissen dat in deze onderlinge verhouding een van de daders geen deel heeft in de schade, zonder meteen het oorzakelijk verband tussen de fout van die dader en de aan een derde veroorzaakte schade te negeren (2). ( Artt. 1382 en 1383 B. W. )
Arrêt :
La version intégrale et consolidée de ce texte n'est pas disponible.